Helpdesk Site info Zoeken Extra
|
1.9.4. Het Nieuwe Verbond
Inhoud:
- Nieuw Verbond voorzegd
- Instelling van het Nieuw Verbond
- Geestelijke beloften en zegeningen
- Toetreding tot het Nieuwe Verbond
- De wet van Jezus
- Relatie met God
Dit onderwerp sluit nauw aan bij onderwerp 'Koninkrijk van de hemel' in hoofdstuk 'Gods koninkrijk'.
De term 'verbond' komt honderden malen voor in het Oude Testament. In het Nieuwe Testament komt die term maar een paar keer voor en bijna altijd als er een vergelijking wordt gemaakt met het Oude Verbond. Jezus sprak zelf liever over het koninkrijk van de hemel. Dat ging dan over dezelfde dingen maar vanuit een ander gezichtspunt.
Nieuw Verbond voorzegd
Evenals het Oude Verbond is ook het Nieuwe Verbond in de eerste plaats bedoeld voor het volk Israël. Het werd eeuwen van tevoren al beloofd:
"De dag zal komen - spreekt de HEER - dat ik met het volk van Israël en het volk van Juda een nieuw verbond sluit, een ander verbond dan ik met hun voorouders sloot toen ik hen bij de hand nam om hen uit Egypte weg te leiden ..." (Jeremia 31:31-32, NBV2004)
God liet Jeremia ook weten dat het Nieuwe Verbond geheel anders van aard zou zijn dan het bestaande, Oude Verbond.
"Maar dit is het verbond dat ik in de toekomst met Israël zal sluiten - spreekt de HEER: Ik zal mijn wet in hun binnenste leggen en hem in hun hart schrijven. Dan zal ik hun God zijn en zij mijn volk. Men zal elkaar niet meer hoeven te onderwijzen met de woorden: 'Leer de HEER kennen,' want iedereen, van groot tot klein, kent mij dan al - spreekt de HEER ..." (Jeremia 31:33-34, NBV2004)
Achteraf weten we dat de profeet het had over individuele wedergeboorte van gelovigen en over de inwoning van de Heilige Geest. Die gedachte moet Jeremia wel erg vreemd in de oren hebben geklonken.
Het Nieuwe Verbond is dus geen voortzetting van het Oude Verbond met een paar aanpassingen, geen soort upgrade dus, maar iets heel anders dan het Oude Verbond. Het woord voor 'nieuw' in de Griekse brontekst wijst ook in de richting van een gloednieuw verbond.
Instelling van het Nieuw Verbond
Het Nieuwe Verbond 'ontstond' aan het kruis toen Jezus stierf om op een totaal nieuwe manier een brug te slaan tussen God en de mensheid. Daardoor maakte Jezus het mogelijk dat Joden en niet-Joden op individuele basis in verbinding met God konden komen door zijn Zoon Jezus.
Voor zover we weten noemde Jezus alleen tijdens de laatste pesachmaaltijd met zijn discipelen het Nieuwe Verbond, namelijk bij de instelling van het Heilig Avondmaal:
"... Deze beker, die voor jullie wordt uitgegoten, is het nieuwe verbond dat door mijn bloed gesloten wordt" (Lucas 22:20, NBV2004)
Voorafgaande aan de pesachmaaltijd werd een offerlam geslacht. Het was een vooruitwijzing naar het offer dat Jezus, het Lam van God, de volgende dag zou brengen. Hij zou zichzelf geven als een volmaakt offer aan God de Vader om daarmee verzoening te bewerken tussen God en de mensheid. Met het oog daarop had Jezus eens gezegd:
"Wie mijn lichaam eet en mijn bloed drinkt, heeft eeuwig leven en hem zal ik op de laatste dag uit de dood opwekken." (Johannes 6:54, NBV2004)
Bij de verbonden met Abraham en Israël werden dierenoffers gebracht. Maar voor het Nieuwe Verbond bracht Jezus het allerhoogste offer, zodat daarna geen enkel ceremonieel offer meer gebracht hoefde te worden.
Geestelijke beloften en zegeningen
In tegenstelling tot het Oude Verbond, is het Nieuwe Verbond geestelijk van aard. Het Nieuwe Testament noemt het Oude Verbond een zwakke voorafschaduwing van het Nieuwe Verbond.
"Dit alles is slechts een schaduw van wat komt - de werkelijkheid is Christus." (Kolossenzen 2:17, NBV2004)
Evenals de geestelijke wereld van een hogere orde is dan de materiële wereld, zo is het Nieuwe Verbond van een hogere orde dan het Oude Verbond (Hebreeën 9-10). Jezus noemde Johannes de Doper de allergrootste profeet van het Oude Verbond, maar toch deed hij in zekere zin onder voor de geringste gelovige onder het Nieuwe Verbond:
"... is er niemand opgestaan, groter dan Johannes de Doper, maar de kleinste in het koninkrijk der hemelen is groter dan hij." (Matteüs 11:11, NBG1951)
God geeft onbeperkte geestelijke zegeningen aan zijn volk, maar aardse voorspoed en bescherming worden niet gegarandeerd, zoals bijvoorbeeld blijkt uit het leven van de apostel Paulus.
Zie ook onderwerp 'Gods zegeningen' in hoofdstuk 'Gelukkig leven'.
Toetreding tot het Nieuwe Verbond
Het Oude Verbond was bestemd voor Israël als volk, het Nieuwe Verbond voor alle individuele gelovigen van de hele wereld. Terwijl fysieke geboorte als Israëliet de voorwaarde was om tot het Oude Verbond toe te treden, geeft geestelijke geboorte ofwel wedergeboorte de toegang tot het Nieuwe Verbond.
De eerstgenoemde woorden uit de prediking van Jezus waren:
"... Bekeer u, want het koninkrijk der hemelen is nabij gekomen." (Matteüs 4:17, HSV2010)
De stap van bekering is nodig om toegang te krijgen tot het koninkrijk van de hemel. Jezus nam de tijd om Nikodemus uit te leggen dat geestelijke wedergeboorte nodig is om tot het Nieuwe Verbond van Gods koninkrijk toe te treden. Bekering leidt tot wedergeboorte.
"... Als iemand niet opnieuw geboren wordt, kan hij het Koninkrijk van God niet zien ... Als iemand niet geboren wordt uit water en Geest, kan hij het koninkrijk van God niet binnengaan." (Johannes 3:3-5, HSV2010)
De doop wordt in de Bijbel het 'bad van de wedergeboorte' genoemd (Titus 3:5, HSV2010) en de wedergeboorte is gekoppeld aan geloofsovergave. Zo lezen we:
"... Maar door het geloof in de macht van God, die ook Hem (=Jezus) heeft opgewekt uit de dood, bent u nu met Hem opgestaan en hebt u nieuw leven ontvangen (=wedergeboorte)." (Kolossenzen 2:12, HB2008)
De waterdoop is een uiterlijk teken van de innerlijke levensvernieuwing die heeft plaatsgevonden. Geloof, bekering, wedergeboorte en doop horen bij elkaar.
Gelovigen onder het Nieuwe Verbond zijn geroepen tot een reine en heilige levensstijl, evenals het volk Israël onder het Oude Verbond.
"Maar u bent een uitverkoren geslacht, een koninkrijk van priesters, een heilige natie, een volk dat God zich verworven heeft om de grote daden te verkondigen van hem die u uit de duisternis heeft geroepen naar zijn wonderbaarlijke licht." (1 Petrus 2:9, NBV2004)
Zie ook onderwerp 'Nieuwe Verbond en doop' in hoofdstuk 'Doop'.
De wet van Jezus
In antwoord op een vraag van een farizeeër gaf Jezus aan wat de kern van de oudtestamentische wet van Mozes was:
"... Gij zult de HERE, uw God, liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand. Dit is het grote en eerste gebod. Het tweede, daaraan gelijk, is: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf. Aan deze twee geboden hangt de ganse wet en de profeten." (Matteüs 22:37-40, NBG1951)
Jezus legde daarmee uit dat de liefde voor God en de medemensen de sleutelfactor is van de wet van Mozes. Het is de liefde die mensen motiveert tot gerechtigheid, ofwel om het goede te doen tegenover God en medemensen.
De samenvatting van de wet van Mozes is tegelijk de grondwet van de wet van Jezus. Het wordt ook wel de wet van liefde genoemd. Er zijn veel overeenkomsten tussen de oudtestamentische wet van Mozes en de nieuwtestamentische wet van Jezus. Beide hebben ze het doen van gerechtigheid als doel met liefde als motief.
Onder het Nieuwe Verbond is er een totaal nieuwe manier van omgaan met Gods levenswet vergeleken met het Oude Verbond. Niet langer: "vervul de wet en dan zul je leven", maar "ontvang het leven door de Heilige Geest zodat je kracht ontvangt om de wet te kunnen volbrengen."
Nieuwtestamentische gelovigen hebben geleerd uit geloof te leven en uit genade, vooral niet vanuit de wet. Maar ze vergeten wel eens dat Jezus sterk de nadruk legt op het doen van gerechtigheid als uitvloeisel van hun nieuwe leven in verbondenheid met de Heilige Geest. Jezus is naar de aarde gekomen om een demo te geven van een levensstijl van gerechtigheid:
"Denk niet dat Ik gekomen ben om de Wet of de Profeten op te heffen. Ik ben niet gekomen om ze op te heffen, maar om ze te vervullen." (Matteüs 5:17, WV2012)
Jezus is naar de aarde gekomen om een begin te maken aan het herstel van gerechtigheid op aarde. Daarbij nam Hij het op voor armen en zwakken, genas Hij zieken en droeg Hij zijn volgelingen op om zijn voorbeeld te volgen:
"Zoek liever eerst het koninkrijk van God en zijn gerechtigheid, dan zullen al die andere dingen je erbij gegeven worden." (Matteüs 6:33, NBV2004)
Zie meer hierover in onderwerp 'Wet van Jezus' in hoofdstuk 'Gods levenswet'.
Relatie met God
In het Nieuwe Testament beschrijft Jezus de relatie tussen God en de gelovigen vaak als een relatie met hun Vader terwijl Jezus hun Heer en de Heilige Geest hun Helper is.
Zie meer in hoofdstuk 'Relatie met God'.
Volgend onderwerp: