Helpdesk Site info Zoeken Extra
|
2.4.6. Gevallen mensen
Inhoud:
- Eva gevallen
- Adam gevallen
- Besef van naaktheid: verloren onschuld
- Wegkruipen voor God
Eva gevallen
Eva moet onmiddellijk hebben aangevoeld dat ze een verkeerde beslissing had genomen, maar het was helaas te laat. Ze kreeg onprettige gevoelens in haar binnenste die ze nooit eerder had gehad. Gevoelens van schuld, schaamte en onvrede. Ze wist dat er een diepe verwijdering was ontstaan tussen haar en God, en ook tussen haar en Adam. Haar man was nog puur en onschuldig, maar over haar leven was een donkere schaduw gevallen. Daardoor was ook de vanzelfsprekende eenheid tussen haar en Adam verbroken.
"... Ze gaf ook wat aan haar man, die bij haar was, en ook hij at ervan." (Genesis 3:6, NBV004)
Toen zondigde Eva voor de tweede keer: ze haalde Adam over om ook te eten, zodat ze samen weer op één lijn zouden komen. In plaats van hem te waarschuwen en om hulp te vragen sleepte ze hem mee in haar val. Het was een daad van zelfzucht. Er was geen spoor van loyaliteit tegenover God en liefdevol respect voor haar man. Ze handelde uit puur eigenbelang.
Zonde heeft de neiging zich te verspreiden. Iemand die zelf verleid wordt, is er vaak op uit om ook anderen te verleiden. Zo zie je bijvoorbeeld vaak dat rokers, drinkers en drugsgebruikers anderen proberen over te halen om met hen mee te doen, zogenaamd voor de gezelligheid of om bij de groep te horen. Eva was verleid en werd meteen zelf een verleidster, in navolging van haar nieuwe meester (de satan). Zo sleepte ze haar man mee in het verderf.
Adam gevallen
"... en ook hij at ervan." (Genesis 3:6, NBV004)
En toen maakte Adam hetzelfde mee als zijn vrouw: gevoelens van schuld, schaamte en onvrede. Ook hij wist nu dat er een diepe verwijdering was ontstaan tussen hem en God.
Ook Adam had een hele serie ernstige fouten gemaakt:
- Hij was samen met Eva te dicht bij de boom gekomen. Op dat moment had hij moeten beseffen dat dit gevaarlijk was.
- Hij liet toe dat Eva het woord voerde met het serpent, terwijl hij als hoofdverantwoordelijke het gesprek had moeten overnemen.
- Hij liet toe dat Eva het voortouw nam en de fatale beslissing nam om van de verboden vruchten te eten.
- Hij had haar moeten beschermen tegen het doodsgevaar! Hij deed niets om haar tegen te houden.
- Toen Eva hem een verboden vrucht had aangereikt, luisterde hij naar haar aanbeveling, pakte hij de vrucht aan en at ervan.
En daarmee was Adam, de koning van de aarde, ook ontrouw geworden aan zijn God en schepper. Hij had zich onderworpen aan de macht van Gods tegenstander en zijn koningschap verkwanseld. Dieper had hij niet kunnen vallen!
Besef van naaktheid: verloren onschuld
Toen alles nog goed was, droegen Adam en Eva geen kleding en geen van beiden vond dat vreemd. Ze leefden in volmaakte harmonie met elkaar en ze hadden geen geheimen voor elkaar.
"Beiden waren ze naakt, de mens en zijn vrouw, maar ze schaamden zich niet voor elkaar." (Genesis 2:25, NBV2004)
De kennis van goed en kwaad, die Adam en Eva bij de doodsboom hadden opgedaan, zorgde ook voor een bijwerking: hun volmaakte harmonie was gebroken. Wellicht gingen ze elkaar verwijten maken over de verkeerde keuze die ze hadden gemaakt. Ze voelden ze zich gekwetst door elkaar en ze gingen zich schamen voor elkaar.
"Toen gingen hun beiden de ogen open en merkten ze dat ze naakt waren. Daarom regen ze vijgenbladeren aan elkaar en maakten er lendenschorten van." (Genesis 3:7, NBV2004)
Adam en Eva werden zich bewust van hun naaktheid. Niet omdat ze het ineens gek vonden om in hun blootje rond te springen, maar omdat ze zich ineens zo vreemd kwetsbaar voelden. Voor die tijd waren ze voor het oog ongekleed, maar wel hadden ze een uitstraling van Gods heerlijkheid. We zouden dat een soort geestelijk kledingstuk kunnen noemen. We weten uit het Bijbelboek Openbaring dat de mensen er in de hemel niet naakt bij lopen, maar dat ze bekleed zijn met witte (geestelijke) kleding (Openbaring 3:4-5,18; Openbaring 4:4). Dat is een teken van hun verkregen reinheid en waardigheid. In de hemel is kleding er niet voor om iemands naaktheid te bedekken, maar om iemands geestelijke rijkdom te openbaren.
Toen Gods heerlijkheid als geestelijk kledingstuk van Adam en Eva was weggevallen, stonden ze 'in hun hemd'. Alleen hun kale naaktheid bleef over en dat gaf een natuurlijk schaamtegevoel dat hoort bij verloren onschuld. Daardoor kwamen ze al snel op het idee om van grote bladeren iets als schorten te maken. Kennelijk voelden ze instinctief aan wat ze moesten bedekken om er minder bloot uit te zien. Wilden ze de 'schaamte' over lichaamsdelen toedekken vanwege de innerlijke schaamte over hun innerlijk?
Wegkruipen voor God
Adam en Eva gingen zich niet alleen schamen tegenover elkaar, maar ook tegenover hun Schepper. In de avond, toen het tijd was voor hun avondwandeling met God, hoorden ze dat God naar hen toe kwam. Adam en Eva kropen Adam verschrikt weg tussen de bomen en struiken. Dat kwam natuurlijk voort uit hun schuldgevoel en het angstige besef van de verwijdering die er tussen God en hen was ontstaan.
"Toen de mens en zijn vrouw God, de Heer, in de koelte van de avondwind door de tuin hoorden wandelen, verborgen zij zich voor Hem tussen de bomen." (Genesis 3:8, NBV2004)
Volgend onderwerp: