link naar Home Page  Bijbelstudies - startmenu  

 

 Helpdesk    Site info    Zoeken    Extra  

 

 

 

3.5.27. Talenten en ponden

Inhoud:

- Twee gelijkenissen
- Gelijkenis van de talenten
- De eerste twee dienaren
- De derde dienaar
- Gelijkenis van de ponden
- Toepassing van beide gelijkenissen


Deze gelijkenis gaat over het thema 'Vruchtdragen' met het oog op de eindbestemming van gelovigen.

 Andere gelijkenissen over vruchtdragen zijn: 'Boom en vrucht', 'Graankorrel', 'Onvruchtbare vijgenboom', 'Wijnstok en ranken' en 'Zaaier'.

Twee gelijkenissen

 

Er staan in de Bijbel twee gelijkenissen die veel op elkaar lijken, maar op details verschillend zijn:

  1. de gelijkenis van de talenten (Matteüs 25:14-30)
  2. de gelijkenis van de ponden (Lucas 19:11-27)

Het gaat in beide gevallen om een opdrachtgever, die aan enkele dienaren een geldbedrag toevertrouwt met de opdracht om zaken te doen en zo veel mogelijk winst te maken. Het doel van de opdracht is niet dat de opdrachtgever er rijker door wordt, maar om uit te vinden in hoeverre ze geschikt zijn voor verantwoordelijke posities in de nieuwe vestiging van het bedrijf. In beide gelijkenissen worden twee ijverige dienaren genoemd en een derde die er met de pet naar gooit. Als de opdrachtgever terugkomt krijgen de twee succesvolle, ijverige dienaren een forse beloning, terwijl de derde, luie dienaar met lege handen komt te staan.

De tijd dat wedergeboren christengelovigen op aarde leven is als een stageperiode bij een werkgever. Hun aardse leven is een opleidingstraject om verantwoordelijkheden uit te kunnen dragen in de toekomstige fase van Gods koninkrijk, na Jezus' wederkomst.

"... En zij zullen als koningen heersen tot in eeuwigheid." (Openbaring 22:5, NBV2004)

Gelovigen die geen geestelijke vruchten dragen zullen geen plaats krijgen in het toekomstige koninkrijk, ook geen recht hebben op het eeuwige leven. Het is dus een zaak van leven of dood!

Gelijkenis van de talenten

 

De gelijkenis van de talenten (Matteüs 25:14-30) heeft Jezus alleen aan zijn twaalf discipelen verteld toen zij met elkaar op de Olijfberg zaten en Jezus zijn profetieën uitsprak over de verwoesting van Jeruzalem en over de eindtijd.

In deze gelijkenis krijgen verschillende dienaren verschillende hoeveelheden geld (talenten) mee. De opdrachtgever bepaalt aan wie hij meer of minder toevertrouwt.

"Of het zal zijn als met een man die op reis ging, zijn dienaren bij zich riep en het geld dat hij bezat aan hen in beheer gaf. Aan de een gaf hij vijf talent, aan een ander twee, en aan nog een ander één, ieder naar wat hij aankon. Toen vertrok hij." (Matteüs 25:14-15, NBV2004)

Let op: de opdrachtgever vertrouwde zijn HELE bezit aan de dienaren toe! De opdrachtgever en zijn dienaren zijn Jezus en zijn volgelingen. Korte tijd later zou Jezus naar de hemel vertrekken en zijn dienaren zouden zijn plaats innemen om dezelfde dingen te doen die Jezus gedaan had. Dat is een grote verantwoordelijkheid.

Talenten zijn de bekwaamheden die je als gelovige van God hebt ontvangen, zoals:

  1. natuurlijke, aangeleerde bekwaamheden
  2. karaktergaven
  3. bijzondere geestelijke gaven

Het zijn gereedschappen waarmee je geestelijke vruchten kunt dragen.

Je kunt bij talenten ook denken aan de mogelijkheden die je als gelovigen hebt om dienstbaar te zijn in Gods koninkrijk. Sommige mensen zijn rijk en hebben een goede opleiding gevolgd, maar anderen hebben dat niet en moeten al hun energie gebruiken om hun gezin voldoende te eten te geven. We hebben als Nederlanders van deze tijd veel meer mogelijkheden dan onze voorouders. Laten we die mogelijkheden niet gebruiken om er zelf 'beter' van te worden, maar zo veel mogelijk in te zetten voor de dingen die God belangrijk vindt.

De eerste twee dienaren

 

Dan komt de opdrachtgever terug en de eerste twee dienaren brengen rapport uit van hun doen en laten. De opdrachtgever beloont hen vorstelijk om hun bewezen trouw.

"Na lange tijd keerde de heer van die dienaren terug en vroeg hun rekenschap. Degene die vijf talent ontvangen had, kwam naar hem toe en overhandigde hem nog vijf talent erbij met de woorden: 'Heer, u hebt mij vijf talent in beheer gegeven, alstublieft, ik heb er vijf talent bij verdiend.' Zijn heer zei tegen hem: 'Voortreffelijk, je bent een goede en betrouwbare dienaar. Omdat je betrouwbaar bent gebleken in het beheer van een klein bedrag, zal ik je over veel meer aanstellen. Wees welkom bij het feestmaal van je heer.' Ook degene die twee talent ontvangen had, kwam naar hem toe en zei: 'Heer, u hebt mij twee talent in beheer gegeven, alstublieft, ik heb er twee talent bij verdiend.' Zijn heer zei tegen hem: 'Voortreffelijk, je bent een goede en betrouwbare dienaar. Omdat je betrouwbaar was in het beheer van een klein bedrag, zal ik je over veel meer aanstellen. Wees welkom bij het feestmaal van je heer.' " (Matteüs 25:19-23, NBV2004)

De dienaar die van vijf talenten tien talenten heeft gemaakt, blijkt hetzelfde compliment te krijgen als degene die van twee talenten vier talenten heeft gemaakt. Aan allebei wordt een verantwoordelijke positie aangeboden en als bonus een uitnodiging voor een feestmaal. De dienaren worden dus niet beloond naar de hoeveelheid winst die ze gemaakt hebben, maar naar het winstpercentage. Dat is ook rechtvaardig, want ze zijn immers met een verschillend beginkapitaal begonnen. Beiden hebben 100% winst gemaakt en dat is een gelijke prestatie.

De moraal van het verhaal is: wedergeboren gelovigen zullen worden beloond naar wat ze gedaan hebben met de bekwaamheden en mogelijkheden die ze van God hebben ontvangen. Ik heb eens het verhaal gehoord van een oude verlamde vrouw in Rusland die nog maar één vinger kon gebruiken. Gedurende het communistische tijdperk gebruikte ze die ene vinger om liederenbundels en Bijbelgedeelten te typen, die toen niet gedrukt mochten worden. Wat een geweldig gebruik heeft deze gelovige vrouw gemaakt van die ene kleine gave die ze nog had. Wat denk je dat Jezus tegen haar gezegd heeft toen Hij haar in de hemel verwelkomde? Inderdaad, op zijn minst hetzelfde als tegen de dienaren in de gelijkenis, die hun twee of vijf talenten hadden verdubbeld.

De derde dienaar

 

Nu moet de derde dienaar verantwoording afleggen van wat hij gedaan heeft met zijn talent. Hij komt met het volgende verhaal:

"... Heer, ik wist van u dat u streng bent, dat u maait waar u niet hebt gezaaid en oogst waar u niet hebt geplant, en uit angst besloot ik uw talent te begraven; alstublieft, hier hebt u het terug." (Matteüs 25:24-25, NBV2004)

Hij begint met het spuien van zijn grieven tegenover zijn opdrachtgever. De dienaar noemt hem iemand die rijk wil worden ten koste van hem en dus vertikt hij het om hem nóg rijker te maken. Deze dienaar heeft niet door dat de opdrachtgever hem juist een mooie kans had geboden om zijn bekwaamheden te ontwikkelen en om uiteindelijk een betere positie te krijgen. Hij heeft zijn talent veilig weggeborgen, zodat hij in ieder geval geen verlies zou lijden. Hij dacht dat zijn opdrachtgever hier niets verkeerd over zou kunnen zeggen.

Deze derde dienaar is het symbool van gelovigen die geen geestelijke vruchten voortbrengen. Zij geloven misschien dat ze naar de zullen hemel gaan omdat ze geloven dat Jezus voor hun zonden gestorven is. Als ze braaf naar de kerk blijven gaan en 'het geloof vasthouden' komen ze vanzelf in de hemel. Denken ze. Maar het zal anders uitpakken.

"Maar zijn heer antwoordde en zei tegen hem: Slechte en luie dienaar, u wist dat ik maai waar ik niet gezaaid heb en van de plaats inzamel waar ik niet gestrooid heb. Dan had u mijn geld aan de bankiers moeten geven, en ik zou bij mijn komst het mijne met rente teruggekregen hebben. Neem daarom het talent van hem af en geef het aan hem die de tien talenten heeft." (Matteüs 25:26-28, HSV2010)

De opdrachtgever had zelfs genoegen genomen van de lage rente die bankiers zouden geven! Maar een nulopbrengst van je levenskapitaal laat zien dat je het niet waard bent om in het hiernamaals met Jezus zelfs maar de geringste verantwoordelijkheid te dragen. Wie zijn kansen op vruchtdragen systematisch heeft laten liggen, heeft geen waarde voor Gods koninkrijk en zal daarin geen plaats hebben. Zo iemand ontvangt het eeuwige leven niet, ook al was hij ooit wedergeboren. De opdrachtgever noemt hem een SLECHTE dienaar. Het woord in de Griekse brontekst voor 'slecht' wijst op de zwaarste graad van zondigheid en nutteloosheid.

"En die nutteloze dienaar, gooi die eruit, in de uiterste duisternis, waar men jammert en knarsetandt." (Matteüs 25:30, NBV2004)

Deze zin past niet meer in het beeldverhaal van de gelijkenis. Hier schakelt Jezus over naar de geestelijke werkelijkheid achter de gelijkenis: de verantwoordelijkheid van gelovigen tegenover Jezus. Wat kunnen we van deze derde dienaar uit de gelijkenis leren? Welke factoren speelden een rol bij zijn mislukte leven?

  • Hij kende God niet echt, want hij noemde Hem een hard, streng persoon, die te hoge eisen stelt aan zijn personeel (Matteüs 25:24).
  • Hij was ook bang (Matteüs 25:25). Waarvoor eigenlijk? Bang om te falen of had hij een slecht geweten? Door een verkeerd beeld van God kan de lust ontbreken om voor Hem te willen leven.
  • Hij was ook lui, want hij deed niet zijn best om er iets van te maken. Als we, ook als gelovigen, alleen maar voor onszelf leven, behalen we hetzelfde nulresultaat als deze man.

Gelijkenis van de ponden

 

Deze gelijkenis vertelde Jezus aan Zacheüs en zijn huisgenoten, nadat Zacheüs spontaan tot geloof in Jezus was gekomen. Zacheüs luisterde aandachtig, want het ging over geld verdienen en daar had hij veel ervaring mee.

"... Iemand van adel vertrok naar een ver land om het koningschap te ontvangen, en dan terug te keren. Hij riep tien van zijn dienaren en gaf hun tien pond. 'Doe daar zaken mee, totdat ik terugkom', zei hij." (Lucas 19:12-13, WV2012)

In deze gelijkenis van de ponden krijgt iedere dienaar (anders dan in de gelijkenis van de talenten) hetzelfde beginkapitaal. Vergeleken met een talent is een pond maar een beperkt bedrag. De geldwaarde van een pond komt overeen met ongeveer honderd daglonen. Dit beginkapitaal kunnen we vergelijken met het nieuwe leven dat elke gelovige ontvangt bij zijn wedergeboorte. Dat heeft in het begin meestal maar een beperkte uitwerking in iemands leven, maar het heeft enorme groeimogelijkheden. Iedere gelovige krijgt bij zijn wedergeboorte de onbeperkte toegang tot alle hemelse bronnen (Efeziërs 1:3) en iedereen start dus in zekere zin met gelijke kansen in Gods koninkrijk.

De afrekening laat een opmerkelijk verschil met de andere gelijkenis zien.

"De eerste verscheen en zei: 'Uw pond, heer, heeft tien pond opgeleverd.' Hij zei tegen hem: 'Uitstekend, goede dienaar. Omdat je in het klein betrouwbaar bent geweest, krijg je het gezag over tien steden!' De tweede kwam en zei: 'Uw pond, heer, heeft vijf pond opgebracht.' Tegen hem zei hij: 'En jij wordt de baas over vijf steden.' " (Lucas 19:16-19, WV2012)

De succesvolle dienaren behalen in deze gelijkenis een opvallend hoger winstpercentage dan in de vorige gelijkenis: niet het dubbele bedrag, maar het tienvoudige en het vijfvoudige bedrag. Dit zegt iets over de groeimogelijkheden van het nieuwe leven dat God geeft. Ook de wijze van belonen is anders. Hier worden de dienaren namelijk WEL op het winstpercentage beoordeeld en dus ontvangen ze een verschillende beloning. Ook dat is eerlijk. De succesvolle dienaren mogen als beloning het startkapitaal plus de winst behouden. Dat is veel meer dan waar ze recht op hebben, want het startkapitaal was nooit hun eigen kapitaal geweest. Maar bovenal krijgen ze een eerbare positie aangeboden: de verantwoordelijkheid over even veel steden als dat ze er ponden bij hadden verdiend.

Behalve de twee succesvolle dienaren was er ook de derde, die helemaal niets had gedaan met het geld dat hem was toevertrouwd.

"Toen kwam de derde dienaar, die zei: 'Heer, hier is uw geld, ik heb het in een doek voor u bewaard. Ik was bang voor u, omdat u een streng man bent die terugvordert wat hij niet heeft gestort en oogst wat hij niet heeft gezaaid.' " (Lucas 19:20-21, NBV2004)

Het blijkt dat een nulopbrengst van iemands nieuwe leven ernstige gevolgen heeft. De opdrachtgever zegt tegen deze dienaar niet: "Wat goed dat je mijn pond zo goed bewaard hebt!" maar:

"... Neem hem het pond af en geef het aan hem die de tien ponden heeft." (Lucas 19:24, WV2012)

Dit komt overeen met een uitspraak die Jezus eerder gedaan had:

"... wie iets heeft zal nog meer krijgen; maar wie niets heeft, hem zal zelfs wat hij denkt te hebben worden ontnomen." (Lucas 8:18, NBV2004)

Zelfs het pond, dat de derde dienaar was toevertrouwd, wordt hem afgenomen. In geestelijke zin betekent dat hetzelfde als wat we gezien hebben in de gelijkenis van de talenten: de ontrouwe, niet-toegewijde christen zal niet het eeuwige leven ontvangen. Het is een ernstige boodschap, maar de Bijbel zegt het niet anders.

Toepassing van beide gelijkenissen

 

Wat we uit deze twee gelijkenissen kunnen leren: toegewijde gelovigen die geestelijke vruchten voortbrengen ontvangen een passende positie in het hiernamaals en een bijbehorende beloning. Nogmaals: het gaat hier niet om de toegang tot het eeuwige leven, maar om de positie en de beloning in het hiernamaals. De Bijbel vertelt ons dat gelovigen later met Jezus zullen regeren. Daarbij gaat het om verantwoordelijke taken tijdens het messiaanse vrederijk en daarna op de nieuwe aarde. Voor sommige gelovigen zal het misschien letterlijk betekenen dat ze verantwoordelijk zullen worden van één of meer plaatsen of steden. Voor anderen zal er misschien een onderwijzende of een andere dienende taak zijn. Ik denk dat God ons in het hiernamaals verschillende taken zal geven, die waarschijnlijk zullen samenhangen met onze karaktereigenschappen en aan wat we op aarde hebben gedaan.

Maar wat de derde dienaar uit de gelijkenis van de ponden betreft: de niet-toegewijde gelovige waar niets van uitgaat zal niet het eeuwige leven ontvangen. Laten we niet denken dat het uiteindelijk bij de eindbeoordeling voor lauwe christenen allemaal wel zal meevallen. De veronderstelling "eens een kind van God, altijd een kind van God" klopt dus niet. Een gewaarschuwd christen telt voor twee.

Zie ook hoofdstuk 'Vruchtdragen'.
Zie ook onderwerpen 'Voor wie is het eeuwige leven?' en 'Beloning in het hiernamaals' in hoofdstuk 'Hiernamaals'.

  1. Wat zijn de verschillen tussen de gelijkenissen van de talenten en de ponden?
  2. Was het eerlijk dat drie dienaren in de gelijkenis  van de talenten een verschillend aantal talenten kregen?
  3. In hoeverre ontvingen de eerste twee van hen verschillende beloningen?
  4. Waarom kregen de eerste twee dienaren met de ponden verschillende beloningen?
  5. Hoe denk je dat de diverse beloningen in het hiernamaals eruit zien?

Volgend onderwerp:

 3.5.28. Tien bruidsmeisjes 

 

 

 

HELPDESK

 

HELPDESK

Site info
- Wat betekent herschepping?
- Wat vind je op deze site?
- Achtergrond
- Vier aspecten
- Copyright

 

 

 

 

Helpdesk

Zoeken
- Zoekmogelijkheden
- Tips voor zoektermen
- Populaire zoektermen
- Inhoudsopgave (kort)
- Inhoudsopgave (lang)
- Trefwoord index
- Bijbeltekst index

 

 

 

 

 

Extra
- Geloofsvragen
- PDF bestanden downloaden
- Printklare pagina's
- Gespreksvragen
- Thema's voor Bijbelkringen
- Thema's kerkelijk jaar
- Cursus 'Gods karakter'

 

Herschepping Bijbelstudies - versie 3.4.