link naar Home Page  Bijbelstudies - startmenu  

 

 Helpdesk    Site info    Zoeken    Extra  

 

 

 

3.3.2. Profetieën over Jezus' komst

Inhoud:

- Over de overwinning van Jezus over de satan
- Over de afkomst van Jezus
- Over de geboorte van Jezus
- Over de komst van de Messias
- Over het optreden van Jezus
- Eerste en tweede komst van Jezus
- Gespreksvragen


Voor wie bekend is met het Nieuwe Testament is het niet moeilijk om Jezus in bepaalde oudtestamentische profetieën te herkennen. Maar voor zijn tijdgenoten was het veel minder duidelijk dat deze profetieën betrekking hadden op Jezus van Nazaret.

Over de overwinning van Jezus over de satan

 

De eerste verwijzing in de Bijbel naar de komst van Jezus vinden we in de geschiedenis van de zondeval, waar God de satan bestrafte, die Adam en Eva verleid had om te zondigen.

"En Ik zal vijandschap teweegbrengen tussen u en de vrouw, en tussen uw nageslacht en haar Nageslacht; Dat zal u de kop vermorzelen, en u zult Het de hiel vermorzelen." (Genesis 3:15, HSV2010)

Met die woorden verklaarde God de oorlog aan de satan. Deze had door de zondeval de mensheid in zijn macht gekregen, maar Adam en Eva zouden nakomelingen krijgen, waar hij het knap moeilijk mee zou krijgen. De satan zou de mensen maar beperkte schade kunnen toebrengen (de hiel vermorzelen), terwijl het hemzelf de kop zou gaan kosten. De HSV vertaling heeft het tweede woord Nageslacht met een hoofdletter geschreven om daarmee aan te geven dat het een verwijzing is naar Jezus. Hij zou als mens geboren worden om later door zijn plaatsvervangend sterven aan het kruis de satan een verpletterende nederlaag te bezorgen.

Over de afkomst van Jezus

 

Toen aartsvader Jakob bij zijn naderend levenseinde zijn zoon Juda zegende, profeteerde hij over de komst van Jezus (één van zijn verre nakomelingen) die uiteindelijk over de hele aarde zal regeren:

"De scepter zal van Juda niet wijken en evenmin de heersersstaf van tussen zijn voeten, totdat Silo komt, en Hem zullen de volken gehoorzamen." (Genesis 49:10, HSV2010)

Het woord Silo betekent letterlijk: Hij die er recht op heeft. De profeet Jesaja profeteerde dat de Messias een nakomeling zou zijn van Isaï (de vader van koning David):

"Maar uit de stronk van Isaï schiet een telg op, een scheut van zijn wortels komt tot bloei. De geest van de HEER zal op hem rusten: een geest van wijsheid en inzicht, een geest van kracht en verstandig beleid, een geest van kennis ..." (Jesaja 11:1-2, NBV2004)

In een andere profetie van Jesaja komt ook naar voren dat de Messias, de Zoon van God die op de aarde geboren zou worden, een nakomeling van koning David zou zijn:

"Een kind is ons geboren, een zoon is ons gegeven; de heerschappij rust op zijn schouders ... Groot is zijn heerschappij, aan de vrede zal geen einde komen. Davids troon en rijk zijn erop gebouwd, ze staan vast, in recht en gerechtigheid, van nu tot in eeuwigheid ..." (Jesaja 9:5-6, NBV2004)

Over de geboorte van Jezus

 

De profeet Micha voorspelde niet alleen dat Jezus in Betlehem geboren zou worden, maar ook dat Hij ver voor zijn geboorte op aarde al bestond (om daarmee zijn eeuwige goddelijkheid aan te duiden):

"Uit jou, Betlehem in Efrata, te klein om tot Juda’s geslachten te behoren, uit jou komt iemand voort die voor mij over Israël zal heersen. Zijn oorsprong ligt in lang vervlogen tijden, in de dagen van weleer." (Micha 5:1, NBV2004)

De profeet Jesaja voorspelde de maagdelijke geboorte van Jezus op de volgende manier:

"Daarom zal de Heere Zelf u een teken geven: Zie, de maagd zal zwanger worden. Zij zal een Zoon baren en Hem de naam Immanuel geven." (Jesaja 7:14, HSV2010)

De naam Immanuël betekent God met ons slaat in dit Bijbelgedeelte op het feit dat Jezus jarenlang onder de mensen leefde.

God liet de ziener Bileam ooit de volgende uitspraak doen:

"Ik zie hem, maar niet in het heden, ik aanschouw hem, maar niet van nabij; een ster komt op uit Jakob, een scepter rijst op uit Israël ..." (Numeri 24:17, WV2012)

Deze uitspraak gaat over de messiaanse roeping van Jezus en doet bovendien denken aan de ster die was waargenomen door de magiërs die daarna de pasgeboren Jezus gingen opzoeken. De massamoord onder de pasgeboren kinderen in Betlehem, die koning Herodes liet uitvoeren nadat de magiërs hem hadden bezocht, was ook al voorzegd door de profeet Jeremia:

"Dit zegt de HEER: In Rama hoort men klagen, bitter treuren. Rachel beweent haar zonen, zij wil niet worden getroost. Haar kinderen zijn er niet meer." (Jeremia 31:15, NBV2004)

Rachel was dichtbij Betlehem overleden, maar haar graftombe had in Rama gestaan, in het gebied van Benjamin. Zie ook Matteüs 2:18.

Over de komst van de Messias

 

In het Oude Testament kunnen we veel profetieën lezen die vooruitwijzen naar de komst van de Messias. Een van de bekendste is een uitspraak van Mozes, die ook later door Stefanus is aangehaald in zijn toespraak aan de Joodse Raad (Handelingen 7:37). Daarin bevestigde Stefanus dat die profetie naar Jezus verwees:

"Een Profeet uit uw midden, uit uw broeders, zoals ik, zal de HEERE, uw God, voor u doen opstaan; naar Hem moet u luisteren ... Ik zal Mijn woorden in Zijn mond geven, en alles wat Ik Hem gebied, zal Hij tot hen spreken." (Deuteronomium 18:15,18, HSV2010)

De bekendste profetie over de Messias (zeker bij de Joden in Jezus dagen op aarde) was waarschijnlijk de volgende:

"met de wolken des hemels kwam iemand gelijk een mensenzoon ... en hem werd heerschappij gegeven en eer en koninklijke macht, en alle volken, natiën en talen dienden hem." (Daniël 7:13-14, NBG1951)

Jezus verwees naar deze profetie tijdens zijn verhoor door de hogepriester, voorafgaande aan zijn veroordeling en kruisiging.

Toen Jezus een keer in de synagoge van Nazaret voorging, las Hij de volgende profetie die op Hem zelf betrekking had:

" De geest van God, de HEER, rust op mij, want de HEER heeft mij gezalfd. Om aan armen het goede nieuws te brengen heeft hij mij gezonden, om aan verslagen harten hoop te bieden, om aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken en aan geketenden hun bevrijding," (Jesaja 61:1-2, NBV2004)

Het woord messias betekent letterlijk gezalfde.

Over het optreden van Jezus

 

Jezus is het meest actief geweest in de landstreek Galilea. Daarover had de profeet Jesaja eeuwen daarvoor al geprofeteerd:

"Hij liet Nazaret achter zich en ging wonen in Kafarnaüm, aan het Meer van Galilea, in het gebied van Zebulon en Naftali. Zo ging in vervulling wat gezegd is door de profeet Jesaja: Land van Zebulon en Naftali, gebied aan de weg naar zee en aan de overkant van de Jordaan, Galilea van de heidenen, luister: Het volk dat in duisternis leefde, zag een schitterend licht, en zij die woonden in de schaduw van de dood werden door het licht beschenen. " (Matteüs 4:13-16, NBV2004)

Messias Jezus is niet op een opzienbarende manier als koning naar de aarde gekomen, zoals iedereen verwachtte in die tijd. In plaats daarvan kwam Hij om gewoon onder de mensen te leven, hen te onderwijzen en te dienen en hun zieken te genezen. God zou gaan genieten van het zien van zijn Zoon die op de aarde zijn taak zo voortreffelijk vervulde. Eeuwen daarvoor had God de profeet Jesaja al het één en ander over Jezus geopenbaard:

"Hier is mijn dienaar, hem zal ik steunen, hij is mijn uitverkorene, in hem vind ik vreugde, ik heb hem met mijn geest vervuld. Hij zal alle volken het recht doen kennen." (Jesaja 42:1, NBV2004)

Deze woorden doen sterk denken aan het moment dat Jezus door Johannes de Doper in de Jordaan gedoopt werd, en de Heilige Geest in de vorm van een duif op Hem neerdaalde. God zei toen:

"... Dit is mijn geliefde Zoon, in hem vind ik vreugde." (Matteüs 3:17, NBV2004)

Jezus zou zichzelf op een bescheiden manier presenteren:

"Hij schreeuwt niet, hij verheft zijn stem niet, hij roept niet luidkeels in het openbaar.." (Jesaja 42:2, NBV2004)

Eerste en tweede komst van Jezus

 

Veel profetieën over de eerste komst van Jezus wijzen ook op zijn tweede komst, die we meestal de wederkomst van Jezus noemen.

"En jij, Betlehem in het land van Juda, bent zeker niet de minste onder de leiders van Juda, want uit jou komt een leider voort die mijn volk Israël zal hoeden." (Matteüs 2:6, NBV2004, geciteerd uit Micha 5:1)

De volgende profetie gaat nog verder: over de eerste komst van Jezus, over het messiaanse vrederijk na zijn wederkomst en over zijn uiteindelijke heerschappij op de nieuwe aarde.

"Groot is zijn heerschappij, aan de vrede zal geen einde komen. Davids troon en rijk zijn erop gebouwd, ze staan vast, in recht en gerechtigheid, van nu tot in eeuwigheid." (Jesaja 9:6, NBV2004)

Zie ook :
- 'Profetieën over Jezus lijden' in hoofdstuk 'Lijden van Jezus'
- 'Profetieën over Jezus sterven' in hoofdstuk 'Sterven van Jezus'
- 'Profetieën over de eindtijd' in hoofdstuk 'Eindtijd'

Gespreksvragen

 

  1. Welke hoedanigheden van Jezus komen in deze profetieën naar voren?
  2. Wat valt je op bij de vijf benamingen van Jezus in Jesaja 9:5?
  3. Welke toekomstverwachtingen over Jezus worden in de aangehaalde profetieën benadrukt, die nog niet zijn vervuld?

Volgend onderwerp:

 3.3.3. Roeping van Maria 

 

 

 

HELPDESK

 

HELPDESK

Site info
- Wat betekent herschepping?
- Wat vind je op deze site?
- Achtergrond
- Vier aspecten
- Copyright

 

 

 

 

Helpdesk

Zoeken
- Zoekmogelijkheden
- Tips voor zoektermen
- Populaire zoektermen
- Inhoudsopgave (kort)
- Inhoudsopgave (lang)
- Trefwoord index
- Bijbeltekst index

 

 

 

 

 

Extra
- Geloofsvragen
- PDF bestanden downloaden
- Printklare pagina's
- Gespreksvragen
- Thema's voor Bijbelkringen
- Thema's kerkelijk jaar
- Cursus 'Gods karakter'

 

Herschepping Bijbelstudies - versie 3.4.