link naar Home Page  Bijbelstudies - startmenu  

 

 Helpdesk    Site info    Zoeken    Extra  

 

 

 

3.3.13. Jezus in de woestijn

Inhoud:

- Jezus werd een mens zoals wij
- Voorafgaand onderwijs
- Woestijnperiode
- Ontmoeting met God de Vader
- Jezus' voorbereiding op zijn taak
- Uitzending van Jezus
- Nieuwe identiteit: Zoon van God
- Gespreksvragen


Dit unieke onderwerp gaat over de manier waarop God Jezus heeft voorbereid voor de meest omvattende taak die een mens ooit heeft volbracht.

Jezus werd een mens zoals wij

 

"... de mens Christus Jezus." (1 Timoteüs 2:5, HSV2010)

Jezus is als een gewoon mens geboren met alle zwakheden en beperkingen van het mens-zijn. Jezus had vóór zijn geboorte in Betlehem al zijn goddelijke hoedanigheden vrijwillig afgelegd.

"Hij die de gestalte van God had, hield zijn gelijkheid aan God niet vast, maar deed er afstand van. Hij nam de gestalte aan van een slaaf en werd gelijk aan een mens..." (Filippenzen 2:6-7, NBV2004)

Maar, anders dan alle andere mensen, was Jezus niet besmet met de erfzondigheid.

"Onze hogepriester kan volledig meevoelen met onze zwakheden. Hij heeft alle beproevingen net zo ondergaan als wij. Alleen, gezondigd heeft hij niet." (Hebreeën 4:15, GNB1996)

Voorafgaand onderwijs

 

Jozef en Maria hebben de opgroeiende Jezus ongetwijfeld een keurige, strikt Joodse opvoeding gegeven en Hem geholpen om volgens de wet van Mozes te leven. De engel Gabriël had vóór Jezus' geboorte tegen zijn moeder Maria gezegd:

"Hij zal een groot man worden en Zoon van de Allerhoogste worden genoemd, en God, de Heer, zal hem de troon van zijn vader David geven. Tot in eeuwigheid zal hij koning zijn over het volk van Jakob, en aan zijn koningschap zal geen einde komen ... De heilige Geest zal over je komen en de kracht van de Allerhoogste zal je als een schaduw bedekken. Daarom zal het kind dat geboren wordt, heilig worden genoemd en Zoon van God." (Lucas 1:32-35, NBV2004)

Ik denk dat Maria dit allemaal aan Jezus had toevertrouwd toen Hij daar de leeftijd voor had. Maar Jezus had natuurlijk geen idee HOE dat zou gebeuren.

Wanneer Jezus in Jeruzalem was om één van de verplichte Joodse feestdagen te vieren, ging Hij waarschijnlijk naar het tempelcomplex om de boekrollen van de Talmoed te bestuderen. Ook kon Hij daar onderwijs krijgen van schriftgeleerden in de zuilengangen van de tempel. Daarbij heeft Jezus wellicht extra aandacht geschonken aan wat er over Hem was geprofeteerd.

Woestijnperiode

 

Na zijn doop en zalving met de Heilige Geest moest Jezus eerst een woestijnperiode van veertig dagen doormaken als voorbereiding op zijn bediening.

"Daarna werd Jezus door de Geest meegevoerd naar de woestijn om door de duivel op de proef gesteld te worden. Nadat hij veertig dagen en veertig nachten had gevast ... " (Matteüs 4:1-2, NBV2004)

Uit dit Bijbelgedeelte zou je de conclusie kunnen trekken dat de confrontatie met de satan het enige doel was van deze woestijnperiode. Maar die confrontatie zou pas plaatsvinden tegen het einde van die veertig dagen. En wat deed Jezus dan gedurende die veertig dagen daarvoor? Die veertigdagentijd doet denken aan een langdurige ontmoeting van God met Mozes in de woestijn, bij en op de berg Sinaï. Dat was een belangrijk deel van zijn voorbereiding voor zijn taak als verlosser van het volk Israël:

"Veertig dagen en veertig nachten bleef Mozes daar bij de HEER, zonder te eten of te drinken ..." (Exodus 34:28, NBV2004)

Dus ligt het voor de hand om aan te nemen dat Jezus in zijn woestijnperiode ook een ontmoeting met zijn hemelse Vader heeft gehad. God de Vader wilde zijn Zoon natuurlijk persoonlijk voorbereiden en uitzenden als de verlosser van de wereld.

Ontmoeting met God de Vader

 

Er is een uitspraak van Jezus in het evangelie van Johannes die deze gedachte onderbouwt. In het gesprek van Jezus met Nikodemus over wedergeboorte door de Heilige Geest zei Hij:

"Wanneer jullie me niet geloven als ik over aardse dingen spreek, hoe zouden jullie me dan geloven als ik over hemelse dingen spreek? Er is toch nooit iemand opgestegen naar de hemel behalve degene die uit de hemel is neergedaald: de Mensenzoon?" (Johannes 3:12-13, NBV2004)

Het was me nooit eerder opgevallen dat Jezus bijna letterlijk tegen Nikodemus zei dat Hij minstens één keer vanaf de aarde naar de hemel was gegaan en daarna weer was teruggekomen op de aarde. Daardoor was Jezus als geen ander in staat over hemelse (geestelijke) dingen te spreken. De meeste Bijbelcommentaren noemen bij Johannes 3:13 hooguit dat Jezus afkomstig was uit de hemel vanwege zijn bijzondere geboorte. Over het 'opstijgen naar de hemel' zwijgen alle commentaren die ik heb geraadpleegd of ze leggen een verband met de hemelvaart van Jezus na zijn opstanding. Maar dat vind ik ongeloofwaardig omdat die hemelvaart pas veel later zou plaatsvinden.

Kortom, Jezus moet iets als een geestvervoering meegemaakt hebben waarbij Hij in de hemel een langdurige ontmoeting had met zijn hemelse Vader. En de meest waarschijnlijke tijd van die ontmoeting was naar mijn mening: zijn woestijnperiode van veertig dagen. Het is niet ondenkbaar dat er later meer van zulke ontmoetingen hebben plaatsgevonden tijdens de nachtelijke gebedstijden van Jezus.

In de Bijbel lezen we meer voorbeelden van 'hemelbezoek' vanaf de aarde:

  1. van de apostel Johannes toen hij verbannen was op het eiland Patmos (Openbaring 4:1-2)
  2. van de profeet Jesaja (Jesaja 6:1-13)
  3. van iemand die tot in de derde hemel (het 'paradijs') werd weggevoerd, waarschijnlijk de apostel Paulus (2 Korintiërs 12:1-4)

Jezus' voorbereiding op zijn taak

 

De mens Jezus kon toen kennismaken met zijn hemelse Vader! Wat een heilig en emotioneel moment moet die ontmoeting zijn geweest voor beiden. Jezus werd natuurlijk overweldigd door de krachtige uitstraling van Gods majesteit en heerlijkheid. Jezus moet blij verrast zijn geweest toen Hij de intense liefde en blijdschap van zijn Vader proefde. Nu zag Jezus ook dat Hij sprekend op zijn Vader leek. In de Bijbel staat dat Jezus de afstraling van Gods heerlijkheid en de afdruk van zijn wezen was (Hebreeën 1:3, NBG1951). Daarom zou Jezus later naar waarheid tegen zijn elf naaste discipelen zeggen:

"... Wie mij gezien heeft, heeft de Vader gezien .. ik ben in de Vader en de Vader is in mij..." (Johannes 14:9-11, NBV2004)

Ik denk dat er in die tijd een intieme relatie groeide tussen Jezus en zijn Vader. In Johannes 17 lezen we hoe intens en hoe intiem die verbondenheid was.

Jezus leerde zijn Vader kennen als geen ander. De Vader heeft zijn Zoon wellicht alles verteld en/of laten zien wat Hij nodig zou hebben voor zijn bediening om zijn Vader te vertegenwoordigen op de aarde. Daarom deed Jezus later de volgende uitspraken:

"Alle dingen zijn Mij overgegeven door Mijn Vader; en niemand kent de Zoon dan de Vader, en niemand kent de Vader dan de Zoon ..." (Matteüs 11:27, HSV2010)

"Niet dat iemand ooit de Vader gezien heeft - alleen hij die van God komt, heeft hem gezien." (Johannes 6:46, NBV2004)

Natuurlijk heeft Jezus zicht gekregen op wie Hij in het verleden was geweest, vóór zijn geboorte als mens. Daarom zou Hij later kunnen zeggen:

"Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Vóór Abraham geboren was, ben Ik." (Johannes 8:58, HSV2010)

Jezus zou later bij verschillende gelegenheden het volgende zeggen over het onderwijs dat Hij van God de Vader had ontvangen:

"Mijn onderricht is niet van Mij, maar van Hem Die Mij gezonden heeft." (Johannes 7:16, HSV2010)

"... Ik heb u (=Jezus' naaste discipelen) vrienden genoemd, omdat Ik u alles wat Ik van Mijn Vader gehoord heb, bekendgemaakt heb." (Johannes 15:15, HSV2010)

"... Wanneer u de Zoon des mensen verhoogd zult hebben, zult u inzien dat Ik het ben, en dat Ik vanuit Mijzelf niets doe, maar dat Ik die dingen spreek zoals Mijn Vader Mij heeft onderwezen. En Hij Die Mij gezonden heeft, is met Mij. De Vader heeft Mij niet alleen gelaten, omdat Ik altijd doe wat Hem welgevallig is." (Johannes 8:28-29, HSV2010)

"Ik spreek over wat Ik bij Mijn Vader gezien heb ..." (Johannes 8:38, HSV2020)

Ook liet de Vader zijn Zoon zien wie Hij in de toekomst zou zijn als de allerhoogste, verheerlijkte Heer van hemel en aarde. In de hemel is de toekomst zichtbaar. Jezus zou later tegen het Sanhedrin zeggen na zijn veroordeling:

"... Maar ik zeg tegen u allen: vanaf nu (= later) zult u de Mensenzoon zien zitten aan de rechterhand van de Machtige en hem zien komen op de wolken van de hemel." (Matteüs 26:64, NBV2004)

Uitzending van Jezus

 

Ook moet de Vader met Jezus gesproken hebben over de missie die Hij op aarde te vervullen had. Jezus wilde van zijn kant zijn Vader gehoorzamen uit liefde voor Hem en voor de mensheid. Jezus was bereid om zichzelf als het Lam van God op te offeren om God en de mensheid met elkaar te verzoenen:

"Daarom zegt Hij (=Jezus) bij Zijn komst in de wereld: Slachtoffer en graanoffer hebt U niet gewild, maar U hebt voor Mij een lichaam gereedgemaakt. Brandoffers en offers voor de zonde hebben U niet behaagd. Toen zei Ik: Zie, Ik kom - in de boekrol is over Mij geschreven - om Uw wil te doen, o God." (Hebreeën 10:5-7, HSV2010)

Later zou Jezus eens het volgende zeggen:

"Daarom heeft de Vader Mij lief, omdat Ik Mijn leven geef om het opnieuw te nemen. Niemand neemt het Mij af, maar Ik geef het uit Mijzelf; Ik heb macht het te geven, en heb macht het opnieuw te nemen. Dit gebod heb Ik van Mijn Vader ontvangen." (Johannes 10:17-18, HSV2010)   

De gehoorzaamheid van Jezus was niet afgedwongen of plichtmatig, maar kwam voort uit pure liefde.

Nieuwe identiteit: Zoon van God

 

Al de genoemde uitspraken bij elkaar bevestigen de gedachte dat de als mens geboren Jezus een persoonlijke ontmoeting moet hebben gehad met zijn Vader in de hemel. En daar werd de Jezus, zoals Hij was vóór zijn geboorte op aarde, verenigd met Jezus de timmerman. Natuurlijk was dit een uniek proces dat ons begrip ver te boven gaat, evenals de geboorte van Jezus op de aarde.

Jezus de timmerman was in de hemel geweest, waar Hij werd toegerust om als Gods vertegenwoordiger te kunnen functioneren: als de Zoon van God en tegelijk als de Mensenzoon. Jezus wist daarna wie Hij was, wie Hij was geweest en wie Hij in de toekomst zou zijn.

"... Hoewel Ik van Mijzelf getuig, is Mijn getuigenis waar, want Ik weet waar Ik vandaan gekomen ben en waar Ik heen ga ..." (Johannes 8:14, HSV2010)

Jezus wist ook dat Hij uit zichzelf niets kon doen en zelfs niet het kleinste wondertje zou kunnen verrichten.

"Ik kan niets doen uit mijzelf ..." (Johannes 5:30, NBV2004)

De meeste christenen geloven dat Jezus zoveel wonderen kon doen omdat Hij de goddelijke Zoon van God was. Maar niets is minder waar. Jezus had immers al zijn goddelijke hoedanigheden afgelegd. Maar door de permanente vervulling met Gods Geest en zijn vertrouwen op zijn almachtige Vader kon Hij alles doen wat Hij gedaan heeft. Telkens wanneer Jezus bijvoorbeeld een genezingswonder verrichtte sprak Hij een enkel woord en bracht de Heilige Geest het wonder tot stand.

Gespreksvragen

 

  1. Op wie zijn initiatief ging Jezus de woestijn in?
  2. Wat was het doel van deze woestijnperiode?
  3. Van welke Bijbelfiguren weet je dat die ook een woestijnperiode hebben meegemaakt?
  4. Van welke Bijbelfiguren weet je dat die ook een hemelervaring hebben meegemaakt?
  5. Waarom was het zo belangrijk voor Jezus om te weten wat zijn identiteit was als de Zoon van God?
  6. Kon Jezus wonderen doen 'omdat Hij behalve mens ook God was'?

Volgend onderwerp:

 3.3.14. Verzoekingen in de woestijn 

 

 

 

HELPDESK

 

HELPDESK

Site info
- Wat betekent herschepping?
- Wat vind je op deze site?
- Achtergrond
- Vier aspecten
- Copyright

 

 

 

 

Helpdesk

Zoeken
- Zoekmogelijkheden
- Tips voor zoektermen
- Populaire zoektermen
- Inhoudsopgave (kort)
- Inhoudsopgave (lang)
- Trefwoord index
- Bijbeltekst index

 

 

 

 

 

Extra
- Geloofsvragen
- PDF bestanden downloaden
- Printklare pagina's
- Gespreksvragen
- Thema's voor Bijbelkringen
- Thema's kerkelijk jaar
- Cursus 'Gods karakter'

 

Herschepping Bijbelstudies - versie 3.4.