link naar Home Page  Bijbelstudies - startmenu  

 

 Helpdesk    Site info    Zoeken    Extra  

 

 

 

3.8.3. Intocht in Jeruzalem

Inhoud:

- Een ezelsveulen voor Jezus
- Jezus wordt toegejuicht door de massa
- Jaloezie van de farizeeën
- Jezus huilt om Jeruzalem
- Eenzame Jezus


Jezus kwam uit Jericho, dat niet ver ten oosten van Jeruzalem ligt. Jezus zou voor het laatst naar Jeruzalem reizen om daar uiteindelijk te sterven en daarmee zijn belangrijkste missie op aarde te volbrengen. Jezus besloot dat het moment was aangebroken om zich openlijk te manifesteren als de messias, die door God naar de aarde was gezonden. Deze intocht was niet bedoeld als de opmaat voor zijn aardse koningschap, maar alleen om duidelijk te maken dat Hij de messias was, die op een later tijdstip zijn koningschap zou aanvaarden.

De intocht van Jezus in Jeruzalem wordt tegenwoordig in veel kerken herdacht op Palmzondag (ook wel Palmpasen genoemd), een week voor Pasen.

Een ezelsveulen voor Jezus

 

"Toen ze Jeruzalem naderden en bij Betfage op de Olijfberg kwamen, stuurde Jezus er twee leerlingen op uit. Zijn opdracht luidde: 'Ga naar het dorp dat daar ligt. Vrijwel direct zullen jullie er een ezelin zien, die daar vastgebonden staat met haar veulen. Maak de dieren los en breng ze bij me. En als iemand jullie iets vraagt, antwoord dan: "De Heer heeft ze nodig." Dan zal men ze meteen meegeven.' " (Matteüs 21:1-3, NBV2004)

Het lijkt erop dat Jezus van tevoren iets had afgesproken met de eigenaar van het veulen.

"De beide leerlingen gingen op weg en vonden het veulen, precies zoals Jezus had gezegd. Toen ze het dier losmaakten, vroegen de eigenaars hun: 'Waarom maken jullie het los?' Ze antwoordden: 'De Heer heeft het nodig.' Daarna brachten ze het veulen naar Jezus..." (Lucas 19:32-35, NBV2004)

Toen de discipelen het juiste 'wachtwoord' gaven, kregen ze toestemming om de ezelin en haar veulen mee te nemen.

Jezus wilde een profetie van Zacharia vervullen die deze gebeurtenis had voorspeld:

"Dit is gebeurd opdat in vervulling zou gaan wat gezegd is door de profeet: 'Zeg tegen Sion: "Kijk, je koning is in aantocht, hij is zachtmoedig en rijdt op een ezelin en op een veulen, het jong van een lastdier." ' " (Matteüs 21:4-5, NBV2004)

De letterlijke tekst van deze profetie is:

"Jubel, dochter van Sion, juich, dochter van Jeruzalem! Zie, uw koning komt naar u toe, hij is rechtvaardig en zegevierend; hij is nederig, hij rijdt op een ezel, op een veulen, het jong van een ezelin." (Zacharia 9:9, WV2012)

Jezus wilde op deze manier zijn intocht in Jeruzalem laten plaatsvinden, om als messias herkend te worden. Geen enkele koning zou het in zijn hoofd halen om op zo'n simpel ezeltje te rijden. Andere koningen zouden op een paard rijden of in een draagstoel of wagen binnenkomen. Toen Jezus op een ezel naar Jeruzalem reed, wisten de mensen ogenblikkelijk: dit kan niet anders zijn dan de intocht van de messias.

De keuze van een ezel als rijdier laat iets van Jezus' karakter zien: zijn nederigheid en zachtmoedigheid. Dat beeld wordt nog versterkt doordat Jezus ervoor koos om niet op een volwassen ezel te rijden, maar op een jong veulen, dat nog nooit bereden was geweest. Doorgaans is een ezelsveulen erg weerbarstig als hij voor het eerst een berijder heeft, maar in dit geval leek het uitstekend te gaan. Met de Vredevorst als berijder voelde het veulen zich kennelijk op zijn gemak! Probeer het voor je te zien: Jezus op een onwennig, maar gewillig jong ezelsveulen, terwijl moeder ezel ernaast loopt.

"Ze (=discipelen) brachten de ezelin en het veulen mee, legden er mantels op en lieten Jezus daarop plaatsnemen. " (Matteüs 21:7, NBV2004)

De mantels van de discipelen dienden als een soort zadel, zodat Jezus comfortabel kon zitten.

Jezus wordt toegejuicht door de massa

 

Deze intocht van Jezus vond plaats terwijl er massa's mensen in en rondom Jeruzalem waren vanwege het naderende Pesachfeest. Een uitstekend moment dus voor Jezus om gezien te worden door veel mensen uit het hele land. Er waren ook veel mensen die hadden gehoord dat Jezus Lazarus uit de dood had opgewekt. Die mensen wilden Hem natuurlijk ook wel eens zien.

"De mensen die erbij waren geweest toen hij Lazarus uit het graf riep en uit de dood opwekte, waren van die gebeurtenis blijven getuigen. Daarom ging de menigte hem ook tegemoet, omdat ze gehoord hadden dat hij dit wonderteken had gedaan." (Johannes 12:17-18, NBV2004)

Ook vanuit Jericho waren mensen met Jezus meegekomen. Onder hen was ongetwijfeld ook Bartimeüs, die door Jezus van zijn blindheid was genezen. Als geen ander had deze blinde man toen al beseft dat Jezus de messias was, want hij had Jezus aangesproken met 'Jezus, Zoon van David'.

De menigte zag hoe Jezus, rijdend op het ezelsveulen, op weg was naar Jeruzalem. Bij velen van hen gingen de ogen open, waardoor ze Jezus herkenden als de beloofde messias die natuurlijk naar Jeruzalem zou gaan om het koningschap op te eisen. Hoera, ze zouden eindelijk worden bevrijd van de Romeinse overheersing! Ze waren buiten zichzelf van enthousiasme.

"Vanuit de menigte spreidden velen hun mantels op de weg uit, anderen braken twijgen van de bomen en spreidden die uit op de weg. De talloze mensen die voor hem uit liepen en achter hem aan kwamen, riepen luidkeels: 'Hosanna voor de Zoon van David! Gezegend hij die komt in de naam van de Heer. Hosanna in de hemel!' " (Matteüs 21:8-9, NBV2004)

"... ze riepen: 'Hosanna! Gezegend hij die komt in de naam van de Heer, de koning van Israël.' " (Johannes 12:13, NBV2004)

"Allen die voor hem uit liepen of achter hem aan kwamen, riepen luidkeels: 'Hosanna! Gezegend hij die komt in de naam van de Heer. Gezegend het komende koninkrijk van onze vader David. Hosanna in de hemel!' " (Marcus 11:9-10, NBV2004)

De mantels en palmtakken waren duidelijk duidelijk een eerbetoon voor de Vredevorst. Het is te vergelijken met de rode loper bij staatsiebezoeken in onze tijd. De woorden waarmee de mensen Jezus eer bewezen waren afkomstig uit Psalm 118. Dat lied hadden ze onderweg tijdens hun pelgrimsreis vast wel een aantal keren gezongen.

Het woord 'Hosanna' betekent niet dezelfde betekenis als 'Halleluja', zoals veel christenen denken. Het betekent: 'red ons' en heeft bovenal betrekking op de verwachte bevrijding bij de komst van de messias voor zijn volk Israël. Het één en ander wordt duidelijker als we lezen wat er in Psalm 118 staat:

"Dit is de dag die de HEER heeft gemaakt,
laten wij juichen en ons verheugen.
HEER, geef ons de overwinning, HEER, geef ons voorspoed.
Gezegend wie komt met de naam van de HEER.
Wij zegenen u vanuit het huis van de HEER.
De HEER is God, hij heeft ons licht gebracht.
Vier feest en ga met groene twijgen tot aan de horens van het altaar."
(Psalm 118:24-27, NBV2004)

De menigte zag Jezus als de beloofde verlosser die de strijd zou aanbinden tegen de Romeinse overheersing.

"Toen Hij Jeruzalem binnenkwam, raakte heel de stad in opschudding en men zei: Wie is Dat? De menigte zei: Dat is Jezus, de Profeet uit Nazareth in Galilea." (Matteüs 21:10-11, HSV2010)

Uit dit Bijbelvers kunnen we opmaken dat veel mensen met de komst van Jezus geen raad wisten. Lang niet iedereen zag Hem als de messias.

Jaloezie van de farizeeën

 

Vooral vanwege de opwekking van Lazarus waren de farizeeën erg nerveus geworden.

"En de farizeeën zeiden tegen elkaar: 'Je ziet dat we niets bereikt hebben: kijk maar, de hele wereld loopt achter hem aan.' " (Johannes 12:19, NBV2004)

Ze luisterden knarsetandend naar het 'Hosanna' geroep voor Jezus. Ze ergerden zich blauw. Zij kenden de profetieën over de messias die op een ezel zou rijden (Zacharia 9:9) en vonden dat de toestand uit de hand liep.

"Enkele Farizeeën die zich tussen de mensen bevonden, zeiden tegen hem: 'Meester, roep uw leerlingen tot de orde.' Maar hij antwoordde: 'Neem van mij aan: als zij zwijgen, zullen de stenen het uitroepen.' " (Lucas 19:39-40, GNB1996)

Dit was een erg bijdehand antwoord van Jezus. Waarom? Hij gebruikte woorden uit Habakuk 2 waarin de corruptie en de geldzucht van de toenmalige Joodse leiders werden veroordeeld:

"Wee hem die zich verrijkt met andermans goed
en zo een steeds zwaardere schuld op zich laadt ....
Wee hem die woekerwinsten maakt ten bate van zijn huis ...
Zelfs de stenen klagen je aan vanuit de muur..." (Habakuk 2:6-11, NBV2004)

Dus dat konden de Joodse leiders in hun zak steken.

Jezus huilt om Jeruzalem

 

Jezus stond op het punt om door één van de poorten Jeruzalem binnen te gaan. Het 'Hosanna' geroep was nog luid te horen, maar Jezus was er niet onverdeeld blij mee. Hij wist dat het gejuich niet veel diepgang had en dat de meeste mensen niet doorhadden wie Hij werkelijk was. Veel van deze mensen zouden een kleine week later door de geestelijke leiders worden overgehaald om van Pilatus te eisen dat 'hun koning' gekruisigd moest worden. Een groter contrast was niet denkbaar. Jezus werd overvallen door een diep verdriet over de mensen van Jeruzalem. Door Jezus af te wijzen zouden zij een afschuwelijk oordeel over zich afroepen.

"En toen Hij dichtbij kwam en de stad zag, weende Hij over haar. Hij zei: Och, dat u ook nog op deze uw dag zou onderkennen wat tot uw vrede dient! Nu echter is het verborgen voor uw ogen. Want er zullen dagen over u komen dat uw vijanden een wal rondom u zullen opwerpen, u zullen omsingelen en u van alle kanten in het nauw zullen brengen. En zij zullen u met de grond gelijkmaken en uw kinderen in u verpletteren. Ook zullen zij in u geen steen op de andere steen laten, omdat u het tijdstip waarop er naar u omgezien werd, niet hebt onderkend." (Lucas 19:41-44, HSV2010)

Jezus was HERKEND als de messias, in zekere zin ERKEND als de messias en ondanks dat zou Hij AFGEWEZEN worden. De vrede waar Jezus over had gesproken (vrede met God) was ongewenst. Ze hadden niet opgemerkt hoe belangrijk de komst van Jezus was voor het volk Israël. Daarmee hadden de mensen een grote schuld over zich gehaald. Jezus zag voor zich hoe de Romeinen enkele tientallen jaren later Jeruzalem zouden omsingelen, veroveren en wreed zouden afstraffen. Jezus dacht niet aan zijn eigen lijdensweg die voor Hem lag, maar huilde om de vreselijke dingen die de bewoners van Jeruzalem zouden meemaken.

Zie ook onderwerp 'Jezus profeteert over Jeruzalem' verderop in dit hoofdstuk.

Eenzame Jezus

 

Natuurlijk begrepen de Romeinse soldaten niet dat Jezus niet uit was op een aards koninkrijk, maar op een geestelijk koninkrijk. Hun gouverneur Pilatus zou het ook niet begrijpen. Maar de juichende volksmassa begreep het ook niet, zelfs zijn twaalf naaste discipelen niet.

Wat moet Jezus zich op dat moment eenzaam hebben gevoeld. Hij ging Jeruzalem binnen om het ergste lot te ondergaan dat ooit een mens heeft meegemaakt en NIEMAND begreep waar Hij mee bezig was. Erger nog: alle mensen zouden zich van Hem afkeren. Jezus ging zijn weg alleen...


Volgend onderwerp:

 3.8.4. Zalving in Betanië 

 

 

 

HELPDESK

 

HELPDESK

Site info
- Wat betekent herschepping?
- Wat vind je op deze site?
- Achtergrond
- Vier aspecten
- Copyright

 

 

 

 

Helpdesk

Zoeken
- Zoekmogelijkheden
- Tips voor zoektermen
- Populaire zoektermen
- Inhoudsopgave (kort)
- Inhoudsopgave (lang)
- Trefwoord index
- Bijbeltekst index

 

 

 

 

 

Extra
- Geloofsvragen
- PDF bestanden downloaden
- Printklare pagina's
- Gespreksvragen
- Thema's voor Bijbelkringen
- Thema's kerkelijk jaar
- Cursus 'Gods karakter'

 

Herschepping Bijbelstudies - versie 3.4.