3.8.14. Nachtelijk onderwijs
In dit onderwerp kijken we naar enkele belangrijke thema's die Jezus besprak
met zijn discipelen in de nacht na de laatste pesachmaaltijd. Deze thema's komen
voor in de prachtige hoofdstukken 14-16 van het Johannes evangelie.
Verschillende Bijbelgedeelten uit deze hoofdstukken worden per thema besproken.
Het eerste gedeelte van dit onderwijs (Johannes 14:15-31) gaf Jezus aan de
elf discipelen terwijl ze nog in het gastenverblijf waren, waar ze de
pesachmaaltijd hadden gehouden. Vervolgens verlieten ze het huis en begonnen ze aan
de wandeling naar de olijfgaard Getsemane. Tijdens de wandeling vervolgde Jezus
zijn onderwijs (Johannes 15-16)
De Heilige Geest zal Jezus 'vervangen'
"Dan zal ik de Vader vragen jullie een andere pleitbezorger te
geven, die altijd bij je zal zijn ... Ik laat jullie niet als wezen achter, ik kom bij jullie terug.
Nog een korte tijd en de wereld zal mij niet meer zien, maar jullie zullen mij
wel zien, want ik leef en ook jullie zullen leven."
(Johannes 14:16-19, NBV2004)
Met liefdevolle, troostende woorden beloofde Jezus zijn toekomstige apostelen dat de Heilige Geest
in hen zou
komen wonen, die als de geest van Jezus in hun hart zou zijn. Jezus zou
daardoor niet op een lichamelijke manier, maar wel op een geestelijke manier bij
hen zijn. Het was voor het eerst dat Jezus over Gods Geest sprak als over
een persoon.
"... zodat door uw geloof Christus kan gaan wonen in uw
hart ..." (Efeziërs 3:17, NBV2004)
De Heilige Geest wordt in Nederlandse Bijbelvertalingen onder meer
pleitbezorger of trooster genoemd, maar die woorden doen tekort aan wie Hij is.
De naam Helper is naar mijn mening veel beter en heeft een veel bredere
betekenis. In de Griekse brontekst komen we
het woord 'parakletos' tegen, dat betekent letterlijk: naast-geroepene, degene die
als taak heeft je in elk opzicht bij te staan,
om je kracht en moed te geven.
Lees meer over de Heilige Geest in hoofdstuk 'Heilige
Geest'.
Geest van waarheid
"... die altijd bij je zal zijn:
de Geest van de waarheid ... "
(Johannes 14:16-17, NBV2004)
De Heilige Geest is vooral werkzaam in het verstand van gelovigen, door de
waarheid van Gods Woord, zoals je die tegenkomt in de Bijbel,
levend te maken in je hart.
Daardoor wordt die 'volle' waarheid een deel van jezelf, die je inspireert om
ernaar te leven.
"... de Geest van de waarheid ... Jullie kennen hem wel, want hij woont in jullie en zal in
jullie blijven."
(Johannes 14:16-17, NBV2004)
Jezus had zijn twaalf discipelen eerder uitgezonden om in een bepaald gebied genezingen te doen
en over het koninkrijk van de hemel te vertellen (Matteüs 10). Toen hadden ze al
ervaring opgedaan met de geestelijke aanwezigheid van Jezus, zodat ze de kracht
en de moed hadden om te genezen en te prediken. Dat was een tijdelijke ervaring
geweest, maar datzelfde zouden ze permanent ontvangen, nadat Jezus bij hen zou
weggaan.
Leren denken vanuit Jezus' perspectief
Jezus vertelde dat de Heilige Geest van waarheid hen zou helpen om te
denken vanuit het perspectief
van Hem. En ook om hun geheugen op te frissen om zich de woorden van Jezus
goed te herinneren.
"Later zal ... de heilige Geest die de Vader jullie namens mij
zal zenden, jullie alles duidelijk maken en alles in herinnering brengen wat ik
tegen jullie gezegd heb." (Johannes 14:26, NBV2004)
Na de komst van de Heilige Geest zouden de discipelen zich veel van Jezus'
woorden herinneren en vooral ook: zijn woorden veel beter begrijpen dan toen Hij ze uitsprak. En
wat het 'in herinnering
brengen' betreft: dat is ook werkelijk gebeurd:
- Op de eerste Pinksterdag predikte de apostel Petrus voor een massa
mensen over Jezus. Zijn woorden getuigen van een buitengewoon helder inzicht
in de betekenis van het sterven en de opstanding van Jezus.
- De apostel
Matteüs heeft heel veel onthouden van wat Jezus gezegd heeft, zoals we in het
evangelie van Matteüs kunnen lezen.
- De apostel Johannes wist op hoge
leeftijd nog zoveel details van het diepgaande onderwijs van Jezus en van de gesprekken die
Hij had gevoerd. Dat kunnen we allemaal lezen in het evangelie van Johannes.
Vruchtdragen
Jezus noemde het
belangrijkste doel voor elke volgeling van Hem:
geestelijk vruchtdragen.
"Jullie hebben niet mij uitgekozen, maar ik jullie, en ik
heb jullie opgedragen om op weg te gaan en vrucht te dragen, blijvende vrucht..."
(Johannes 15:16, NBV2004)
Geestelijke vruchten zijn de
resultaten van het leven van iemand die met Jezus leeft en daardoor (1)
een beter karakter krijgt
zodat je meer op Jezus gaat lijken
en (2) zegen verspreidt
in zijn omgeving. In een gelijkenis liet Jezus zien wat de belangrijkste
voorwaarde is van vruchtdragen: de blijvende verbondenheid met Jezus. Om dat te
illustreren vertelde Jezus een gelijkenis over de
ranken van een wijnstok die
alleen vruchten dragen wanneer ze verbonden blijven met de wijnstok. Doen ze dat
niet, dan hebben ze geen waarde voor Gods koninkrijk.
Vervolgens benadrukte Jezus dat liefde
het belangrijkste gevolg is van verbondenheid met Jezus.
"Ik heb jullie liefgehad, zoals de Vader mij heeft liefgehad.
Blijf in mijn liefde: je blijft in mijn liefde als je je aan mijn geboden
houdt, zoals ik me ook aan de geboden van mijn Vader gehouden heb en in zijn
liefde blijf. Dit zeg ik tegen jullie om je mijn vreugde te geven, dan zal je
vreugde volkomen zijn. Mijn gebod is dat jullie elkaar liefhebben zoals ik
jullie heb liefgehad. Er is geen grotere liefde dan je leven te geven voor je
vrienden." (Johannes
15:9-13, NBV2004)
Liefde en geloofsgehoorzaamheid
De inwoning en de kracht van de
Heilige Geest zal alleen werkzaam zijn en ervaren worden
wanneer je Jezus echt liefhebt. Je liefde
tot Jezus blijkt vooral uit
gehoorzaamheid aan wat
Jezus heeft geboden. Voor wie echt toegewijd is aan Jezus, is die gehoorzaamheid geen moeizame plicht, maar iets wat ze graag doen, uit liefde.
"... Wanneer
iemand mij liefheeft zal hij zich houden aan wat ik zeg, mijn Vader zal hem
liefhebben en mijn Vader en ik zullen bij hem komen en bij hem wonen. Maar wie
mij niet liefheeft, houdt zich niet aan wat ik zeg, en wat jullie mij horen
zeggen, zijn niet mijn woorden, maar de woorden van de Vader door wie ik
gezonden ben." (Johannes 14:23-24,
NBV2004)
Veel christenen vinden het belangrijk om Jezus in hun hart te ervaren, maar
komen niet toe aan die gehoorzaamheid. Zij bewijzen daardoor Jezus niet echt
lief te hebben, en dan staat de relatie met Jezus op een laag pitje.
Verdriet en vreugde
"Ik laat jullie niet als wezen achter, ik kom bij jullie terug.
Nog een korte tijd en de wereld zal mij niet meer zien, maar jullie zullen mij
wel zien, want ik leef en ook jullie zullen leven."
(Johannes 14:18-19, NBV2004)
Ook dit waren troostrijke, liefdevolle woorden. Jezus bedoelde hier wellicht
mee: de tijd tussen zijn opstanding en hemelvaart. Jezus probeerde zijn
discipelen duidelijk te maken dat ze niet verdrietig hoefden te zijn dat Hij bij
hen vandaan ging. Door de inwoning van de Heilige Geest zou Jezus immers permanent bij
elk van hen zijn, waar ze ook heengingen. Dat zou geen troostprijs zijn, maar een verruiming van hun
mogelijkheden.
"Werkelijk, het is goed voor jullie dat ik ga, want als ik niet
ga zal de pleitbezorger niet bij jullie komen, maar als ik weg ben, zal ik hem
jullie zenden ... Ik heb jullie nog veel meer te zeggen, maar jullie kunnen het
nog niet verdragen. De Geest van de waarheid zal jullie, wanneer hij komt, de
weg wijzen naar de volle waarheid. Hij zal niet namens zichzelf spreken, maar
hij zal zeggen wat hij hoort en jullie bekendmaken wat komen gaat." (Johannes 16:7-13,
NBV2004)
Over getuigen en weerstand in de wereld
Zoals Jezus zijn discipelen als eerder had verteld, was het Jezus' bedoeling
dat zij als zijn getuigen van Jezus zouden optreden. Hun opdracht was: al de
dingen te doen die Jezus had gedaan voordat Hij gevangen genomen werd.
"... jullie moeten mijn getuigen zijn, want jullie zijn vanaf
het begin bij mij geweest." (Johannes 15:27, NBV2004)
Maar Jezus voegde eraan toe dat getuigen van Jezus weerstanden oproept of
zelfs vervolging. Afkeer van christengelovigen is irrationeel en komt vooral
doordat veel mensen in hun hart vijandig of bewust onverschillig staan tegenover Jezus en
tegenover God.
"Wanneer de wereld je haat, bedenk dan dat ze mij eerder haatte dan jullie.
Als jullie bij de wereld zouden horen, zou ze jullie hebben liefgehad als iets
van haarzelf, maar jullie horen niet bij haar, want ik heb jullie uit de wereld
weggeroepen. Daarom haat ze jullie. Denk aan wat ik gezegd heb: een slaaf is
niet meer dan zijn meester. Ze hebben mij vervolgd, dus zullen ze ook jullie
vervolgen ... Dit alles zullen ze jullie vanwege mij aandoen, want ze
kennen hem niet die mij gezonden heeft." (Johannes 15:18-21, NBV2004)
Jezus heeft de ergst denkbare tegenstand ondervonden van zijn eigen
geloofsgenoten. Zijn discipelen hadden zelf meegemaakt hoe vijandig en venijnig veel
Joden tegenover Jezus deden. Ook in onze tijd hebben veel gelovigen (waaronder ik zelf)
veel tegenstand vanuit de familie meegemaakt toen ze echt tot geloof kwamen, en
dat doet behoorlijk pijn.
"Jullie zullen uit de synagoge gezet worden, en er komt zelfs
een tijd dat iedereen die jullie doodt, meent daarmee God te dienen. Maar ze
doen dat omdat ze de Vader en mij niet kennen. Ik zeg jullie dit nu, en wanneer
die tijd komt zullen jullie denken aan wat ik gezegd heb..." (Johannes 16:2-4,
NBV2004)
Zie meer hier over in hoofdstuk 'Geloofsvervolging'.
Vergaande beloften, ook voor jou
Jezus zei ook:
"Waarachtig, ik verzeker jullie: wie op mij vertrouwt zal hetzelfde doen als ik,
en zelfs meer dan dat, ik ga immers naar de Vader. En wat jullie dan in mijn
naam vragen, dat zal ik doen, zodat door de Zoon de grootheid van de Vader
zichtbaar wordt. Wanneer je iets in mijn naam vraagt, zal ik het doen."
(Johannes 14:12-14, NBV2004)
Laat dat even goed tot je doordringen: niet alleen de apostelen maar elke
volgeling van Jezus is in staat om in geloof dezelfde dingen te doen als Jezus.
Dit heeft betrekking op gebed en optreden in de
autoriteit van Jezus. Hier
zijn de meeste christenen niet mee grootgebracht, maar Jezus heeft het echt
gezegd. We moeten ons geloof bouwen op de woorden Jezus, niet op de mislukkingen
van christenen!
Over gebed zei Jezus ook:
"Als je dan iets vraagt in mijn naam, hoef ik het niet meer
namens jullie aan de Vader te vragen, want de Vader zelf heeft jullie lief,
omdat jullie mij liefhebben en geloven dat ik van God ben gekomen. Ik ben bij de
Vader vandaan gegaan en naar de wereld gekomen, nu verlaat ik de wereld weer en
ga ik terug naar de Vader." (Johannes 16:26-28, NBV2004)
Dit is een ruime belofte van
verhoring van gebeden die binnen de wil van God passen. De laatste woorden
van Jezus' nachtelijke onderwijs zijn woorden van bemoediging:
"Deze dingen heb Ik tot u gesproken, opdat u in Mij vrede zult
hebben. In de wereld zult u verdrukking hebben, maar heb goede moed: Ik heb de
wereld overwonnen." (Johannes 16:33, HSV2010)
De vrede van Jezus is de meest bemoedigende
ondersteuning van Jezus voor zijn volgelingen:
Dit alles natuurlijk geldt natuurlijk voor elke ware gelovige.
Volgend onderwerp: 3.8.15. Hogepriesterlijk gebed