3.6.19. Joodse leiders
Jezus en de Joodse leiders
In de vier evangeliën (Bijbelboeken Matteüs, Marcus, Lucas en Johannes) komen
we erg veel ontmoetingen tegen van Jezus met Joden. En dan gaat het eigenlijk altijd
over godsdienstige, vooraanstaande, invloedrijke Joden. In 'Herschepping' noemen
we die met een verzamelnaam 'Joodse leiders'.
Jammer genoeg stonden bijna al die Joodse leiders afwijzend of zelf vijandig
tegenover Jezus. Daarom zijn de ontmoetingen van Jezus vooral twistgesprekken,
waarin ze hun afkeer van Jezus onder woorden brachten. De Joodse leiders
erkenden Jezus niet als een door God gezonden profeet, als een rabbi die het
volk mocht onderwijzen, en helemaal niet als de Zoon van God. Vooral met het oog op hen
lezen we in het Johannes evangelie:
"Hij kwam tot het Zijne (=Israël), maar de Zijnen hebben Hem
niet aangenomen." (Johannes 1:11, HSV2010)
In dit onderwerp vind je uitleg over de bekendste groepen Joodse leiders in
Jezus' dagen. In de drie volgende onderwerpen vind je meer over de opvattingen, gedragingen
en gesprekken van Joodse leiders met Jezus.
Wie waren de Joodse leiders?
Hier is een overzicht:
- Farizeeën - De farizeeën (= afgescheidenen) vormden een streng godsdienstige
groepering in Jezus' dagen. Het was vanaf de
tweede eeuw voor Christus een soort opwekkingsbeweging van gelovige Joden. Zij wilden het volk terug brengen tot gehoorzaamheid
aan de wet van Mozes. De farizeeën hielpen de armen en andere mensen die
hulp nodig hadden. Daarom stonden ze in hoog aanzien bij het volk. In het
Jodendom van vandaag vind je hetzelfde gedachtegoed
bij orthodoxe Joden in Israël.
- Sadduceeën - Zij vormden een vrijzinnige stroming binnen het
Jodendom, ongeveer het tegenovergestelde van de farizeeën. Zij hielden zich
tot op zekere hoogte wel aan de wet van Mozes. Veel aanzienlijken en
vastgoedeigenaren behoorden tot deze stroming.
Invloedrijke sadduceeën werkten
nogal eens samen met de Romeinen en hadden daar veel voordeel bij. Ze verdienden
ook schandalig veel geld aan de veemarkt op
het tempelplein.
- Schriftgeleerden en wetgeleerden - Schriftgeleerden
hielden zich bezig met het bestuderen van de Tenach (ons Oude Testament).
De
wetgeleerden bestudeerden vooral de eerste vijf Bijbelboeken om op basis
daarvan rechtspraak uit te oefenen. Schriftgeleerden en wetgeleerden gaven onderwijs aan
het volk en lieten zich 'rabbi'
(=leermeester) noemen. Veel van hen behoorden tot de farizeeën. Ze waren
vaak te vinden in de overdekte zuilengangen rondom het tempelplein in
Jeruzalem om groepen mensen onderwijs te geven of met hen te discussiëren.
- Sanhedrin of Joodse Raad - Deze Raad behartigde de Joodse
belangen en was een soort tegenmacht ten
opzichte van de Romeinse overheersers. Er zaten voornamelijk farizeeën en
wetgeleerden in deze Raad. Deze raadsleden worden in de Bijbel ook wel
oudsten genoemd.
- Hogepriester - Dit was de hoogste geestelijke leider van het volk
Israël. In de tijd van Jezus'
bediening had de hogepriester (Kajafas)
ook de hoogste politieke macht in het Joodse land. Maar hij was wel
verantwoording schuldig aan de Romeinse prefect (Pontius
Pilatus) die ook de bevoegdheid had om een hogepriester te benoemen.
- Oversten (in sommige Bijbelvertalingen: opperpriesters) - Zo
worden vooraanstaande Joden met bestuurlijke functies genoemd, zoals oversten
van synagogen en alle leden van de Joodse Raad (Sanhedrin).
- Overpriesters - Zij hebben de leiding over groepen priesters. Ze waren ook
leden van de Joodse Raad (Sanhedrin). In sommige Bijbelvertalingen worden zij
hoofdpriesters, opperpriesters of hogepriesters (alleen als meervoud) genoemd.