3.7.10. Jezus genas ook op sabbat
De sabbat is een geschenk van God
"Op een sabbat liep Jezus door de korenvelden. Onderweg
begonnen zijn leerlingen korenaren te plukken. ‘Kijk eens wat ze doen!’ zeiden
de Farizeeën tegen hem. ‘Dat mag niet op sabbat.’ " (Marcus 2:23-24, GNB1996)
De farizeeën hadden vastgesteld dat de discipelen van Jezus met hun handen
koren hadden geoogst en gemalen en dat was werken. En elke vorm van werken op de sabbat
was verboden! Jezus
irriteerde zich enorm aan hun muggenzifterij en zei:
"... De sabbat is er voor de mens, en niet de mens voor de
sabbat ..." (Marcus 2:27, NBV2004)
Hiermee gaf Jezus aan dat de sabbatdag was bedoeld als geschenk van God voor de
mensen, niet als onderwerp voor pietluttige
discussies over wat je op die dag wel of niet mag doen.
Zie ook onderwerp 'Van
sabbat naar zondag' in hoofdstuk 'Gemeente'.
Genezing van een man met een verschrompelde hand
Het lijkt soms of Jezus expres op de sabbatdag mensen genas om
de Joodse leiders op stang te jagen. Ik denk eerlijk gezegd dat Jezus hen aan het denken
wilde zetten over de diepere betekenis van de sabbat. Ze waren namelijk erg
wettisch ingesteld als het om de sabbat ging. Ze vonden al hun regels over de
sabbat belangrijker dan het doel van de sabbat. Als ze daarover begonnen te
zeuren, reageerde Jezus door
bijvoorbeeld te zeggen:
"Op een andere sabbat ging hij naar de synagoge, waar hij
onderricht gaf. Daar was ook iemand met een verschrompelde rechterhand. De
schriftgeleerden en de farizeeën letten op hem om te zien of hij op sabbat
iemand zou genezen, want dan zouden ze hem op grond daarvan
kunnen aanklagen." (Lucas 6:6-7, NBV2004)
Jezus nam even de tijd om zijn hevige emoties te verwerken:
"Hij keek hen boos aan, maar ook diepbedroefd vanwege hun
hardleersheid ..." (Marcus 3:5, NBV2004)
Na een korte pauze sprak Jezus de man aan:
"Maar hij wist wat ze van plan waren en zei tegen de man met de verschrompelde
hand: 'Sta op en kom in het midden staan.' Dat deed de man. Jezus zei tegen de
farizeeën en schriftgeleerden: 'Ik vraag u of men op sabbat goed mag doen of kwaad, of men een
leven mag redden of verloren laten gaan.' " (Lucas 6:8-9, NBV2004)
Die laatste vraag werd niet beantwoord, want ze durfden
die vraag niet te beantwoorden. In het evangelie van Matteüs lezen we over deze
genezing nog enkele woorden van Jezus die voor zich spreken:
"... Stel dat u maar één schaap hebt en dat valt op sabbat
in een kuil, wie van u zou het niet vastgrijpen en het er weer uit halen? En is
een mens niet veel meer waard dan een schaap? Daaruit volgt dat we op sabbat
goed mogen doen. En is een mens niet veel meer waard dan een schaap? Daaruit
volgt dat we op sabbat goed mogen doen." (Matteüs 12:11-12, NBV2004)
Na deze woorden genas Jezus iemand. Zo komen we terug bij Gods
oorspronkelijke bedoeling van de sabbatdag: herstel en welzijn voor de mens.
Kortom: de sabbat was juist de mooiste en beste dag van de week om mensen te
genezen! En daarom deed Jezus het vaak op sabbat.
Genezing van een vrouw met een gekromde rug
Op sabbat was Jezus vaak in een synagoge te vinden, ergens in Galilea. Hij
gaf dan onderwijs aan de mensen. En als er zieken naar Hem toekwamen, genas Hij
hen. Maar soms nam Jezus zelf het initiatief tot genezing,
zoals bij een vrouw die al 18 jaar leed onder een afschuwelijke kwaal:
"Eens gaf Hij op sabbat onderricht in een synagoge. Daar bevond
zich een vrouw die al achttien jaar leed onder een geest die haar ziek maakte.
Ze liep krom en was niet in staat zich op te richten." (Lucas 13:10-11, WV2012)
Deze kwaal stond in dit geval niet op zichzelf, maar stond in verband met een
demonische geest waardoor ze gebonden was.
Demonische gebondenheid is
soms de oorzaken van ziekte. De Bijbel vermeldt niet dat Jezus de demon
aansprak om de vrouw te verlaten (wat waarschijn wel is gebeurd), wel dat Jezus haar genas.
"Jezus zag haar en sprak haar
aan.'Vrouw', zei Hij, 'u bent van uw kwaal verlost.' Hij legde haar de handen op
en onmiddellijk rechtte ze haar rug, en ze prees God." (Lucas 13:12-13, WV2012)
De vrouw voelde zich bevrijd en genezen en spontaan begon ze God te prijzen
om wat Hij voor haar gedaan had. Ze bedankte Jezus dus niet, maar gaf God de
eer. En daarmee erkende ze dat Jezus haar door de kracht van God genezen had en
dat Jezus dus door God gezonden was.
Wettische Joodse leiders protesteren
Maar de goede sfeer in de synagoge werd onmiddellijk om zeep geholpen door een
venijnige opmerking van de leider van de synagoge:
"... Er zijn zes dagen om te werken. Kom dus op die
dagen om u te laten genezen en niet als het sabbat is!' " (Lucas 13:14, NBV2004)
Deze man was niet blij met wat de vrouw had meegemaakt. Hij had niet door dat God zelf
in zijn synagoge aan het werk (!) was geweest (Johannes
5:17). Er was
ongetwijfeld nog nooit zoiets moois gebeurd in zijn synagoge! De leider van de
synagoge kreeg veel instemming van andere aanwezigen. Deze medische
handeling van Jezus was een zonde tegen het
vierde gebod, een schending
van de heilige sabbat. O wat hielden deze mensen van Gods geboden en hoe orthodox waren ze in
het nauwgezet leven volgens de wet van Mozes.
"De Heer gaf hem dit antwoord: 'Huichelaars! Ieder van u maakt
toch op sabbat zijn os of ezel los van de voerbak om hem te drinken te geven?
Moest deze dochter van Abraham dan op sabbat niet losgemaakt worden van de
boeien waarmee de satan haar al achttien jaar geleden heeft vastgebonden?' "
(Lucas 13:15-16, WV2012)
In dit Bijbelgedeelte wordt Jezus niet voor niets 'de Heer' genoemd. Hier
sprak de Zoon van God met de autoriteit van God de Vader, die de
Levenswet had opgesteld die zij zo
nauwkeurig dachten te onderhouden. Jezus wees hen op het doel van de wet,
namelijk het welzijn en het herstel van de mens.
De leider van de synagoge en anderen hadden de wet van Mozes tot een afgod
gemaakt, tot een doel op zich. Ze meenden door uiterlijke vervulling van de wet
aan Gods eisen te voldoen. En vanwege dit
wetticisme van een aantal mensen noemde Jezus hen huichelaars. Helaas komen
we dit soort wetticisme ook vandaag tegen onder kerkmensen.
Volgend onderwerp:
3.7.11. Verlamde man in Kafarnaüm