banner image

 

3.4.3. Gelukkig wie treuren

Zaligspreking 2

"Gelukkig de treurenden, want zij zullen getroost worden." (MatteĆ¼s 5:4, NBV2004)

"... Gelukkig wie nu huilt, want je zult lachen." (Lucas 6:21, NBV2004)

Het woord in de Griekse brontekst wijst in de richting van intens, diep verdriet, zoals rouw.

Verdriet en berouw over je zonden

Ook al maakt deze uitspraak van Jezus de oorzaak van het treuren niet duidelijk, de meeste Bijbeluitleggers geloven dat Jezus hier in de eerste plaats verdriet over je zonden mee bedoelde, zoals in het volgende Bijbelgedeelte:

"... Reinig de handen, zondaars, en zuiver de harten, dubbelhartigen! Besef uw ellendige staat en treur en huil. Laat uw lachen veranderd worden in treuren en uw blijdschap in droefheid." (Jakobus 4:8-9, HSV2010)

"... verdriet geleden zoals God bedoelt, leidt tot een heilvolle ommekeer waarvan men geen spijt krijgt ..." (2 Korintiƫrs 7:10, GNB1996)

Bij je bekering is het normaal dat je gaat beseffen dat je een zondaar bent en vergeving nodig hebt. Wanneer je tot bekering komt wordt de zondelast van je afgenomen en ervaar je de bevrijding die dat geeft.

Wanneer je als bekeerde gelovige oprecht berouw hebt over bepaalde zonden en die zonden aan God belijdt, zal Hij je vergeven en vertroosten. Er valt dan ook weer een last van je af en je ervaart Gods vrede en blijdschap, omdat het weer goed is tussen God en jou.

Zie meer hierover in:
- onderwerp 'Zondebesef' in hoofdstuk 'Bekering en wedergeboorte'
- hoofdstuk 'Omgaan met zonden'

Verdriet vanwege andere mensen

Jezus heeft nooit hoeven treuren over zijn eigen zonden, maar had wel verdriet over bepaalde mensen. Zoals toen Hij bij het graf van zijn vriend Lazarus stond, naast Maria:

"Toen Jezus haar dan zag huilen, en ook de Joden die met haar meekwamen, zag huilen, werd Hij heftig in de geest bewogen en raakte innerlijk in beroering .... Jezus weende." (Johannes 11:33 en 35, HSV2010)

Bij zijn intocht in Jeruzalem huilde Jezus om de bewoners van Jeruzalem, vanwege de toekomstige verwoesting van hun stad.

"En toen Hij dichtbij kwam en de stad zag, weende Hij over haar. Hij zei: Och, dat u ook nog op deze uw dag zou onderkennen wat tot uw vrede dient! Nu echter is het verborgen voor uw ogen. Want er zullen dagen over u komen dat uw vijanden een wal rondom u zullen opwerpen, u zullen omsingelen en u van alle kanten in het nauw zullen brengen. En zij zullen u met de grond gelijkmaken en uw kinderen in u verpletteren. Ook zullen zij in u geen steen op de andere steen laten, omdat u het tijdstip waarop er naar u omgezien werd, niet hebt onderkend." (Lucas 19:41-44, HSV2010)

Deze zaligspreking is ook bedoeld voor de mensen die verdriet hebben omdat bijvoorbeeld hun ouders, broer, zus of kind nog zonder God leeft, al of niet godsdienstig. Als zij volhardend voor hen bidden en God verhoort hun gebed, zullen zij extra veel vreugde ervaren.

De apostel Paulus kende ook dat verdriet over bepaalde mensen die zonder God leefden:

"Ik heb u al vaak gezegd, en zeg nu zelfs met tranen in mijn ogen: velen leven als vijand van het kruis van Christus en gaan hun ondergang tegemoet ..." (Filippenzen 3:18-19, NBV2004)

Verdriet en rouw bij het verlies van een dierbaar persoon

Deze zaligspreking kan ook betrekking hebben op rouw in verband met het overlijden van een geliefd persoon. Als de overleden persoon in verbondenheid met God heeft geleefd, wordt deze zelf in het hiernamaals vertroost. Voor de nabestaanden is het een grote troost te weten dat de ander 'bij de Heer' is.

Maar ook de nabestaanden, die met hun verdriet naar hun hemelse Vader gaan zullen ook vertroost worden en zijn vaderlijke zorg in hun leven ervaren. Ik heb dit persoonlijk ook mogen ervaren nadat mijn vrouw was overleden. God nam niet mijn pijn weg, maar daarnaast heeft Hij mij op verschillende manieren zijn bewogenheid en zorg laten merken en mij troostend toegesproken. Ondanks het grote verlies ben ik innerlijk verrijkt en sterker uit dat verwerkingsproces gekomen.

Dus ook op die manier kan pijnlijk verdriet door Gods toedoen leiden tot diepere blijdschap in verbondenheid met Hem.