4.2.18. Levendmaking
Toen Jezus aan het kruis stierf, heeft Hij de dood overwonnen. Deze
overwinning is nog eens bevestigd door zijn
opstanding uit de dood. Bij je
wedergeboorte wordt deze overwinning persoonlijk op jou toegepast, waardoor je
een nieuw leven ontvangt door de inwoning van de Heilige Geest.
Zie onderwerp
'Jezus overwon de dood' in hoofdstuk
'Kruis van Jezus'.
Wat is levendmaking?
Levendmaking is als het ware het sluitstuk van de wedergeboorte, waardoor de
overige drie aspecten van de wedergeboorte
(rechtvaardigmaking,
verzoening en
verlossing) tot leven komen. Ontvangen van nieuw leven en wedergeboorte zijn
begrippen die dan ook heel dicht bij elkaar liggen. Geboorte betekent immers
niets anders dan dat je begint te leven. Wedergeboorte is het begin van je
geestelijke leven.
"Waarachtig, ik verzeker u: wie luistert naar wat ik zeg en hem gelooft
die mij gezonden heeft, heeft eeuwig leven ... hij is van de dood overgegaan
naar het leven." (Johannes 5:24, NBV2004)
Na de
zondeval is de mensheid in de
geestelijke dood terechtgekomen. Door zijn
plaatsvervangend
sterven aan het kruis
heeft Jezus zijn leven prijsgegeven om de mensheid alsnog nieuw, geestelijk leven te kunnen
aanbieden. Bij de wedergeboorte wordt dit collectieve aanbod van leven
persoonlijk toegepast bij je bekering. Je wordt dan van binnen uit,
vanuit je geest, een nieuw mens door de Heilige Geest die in je komt wonen.
Je ontvangt daardoor een zogenaamde
nieuwe natuur, waardoor je
gedrag
en levensstijl begint te veranderen.
"... opdat u daardoor deel zou krijgen aan de Goddelijke
natuur, nadat u het verderf, dat er door de begeerte in de wereld is, ontvlucht
bent." (2 Petrus 1:4, HSV2010)
Bij levendmaking onderscheiden we een minkant en een pluskant. De minkant is
dat de wedergeboren mens niet langer geestelijk dood is. De pluskant is dat hij
nieuw, geestelijk leven ontvangt. In dit verband betekent de term 'minkant' dat
God iets schadelijks wegneemt dat bij het oude leven hoort. De term 'pluskant'
betekent dat God daarvoor in de plaats iets goeds geeft dat bij het nieuwe leven
hoort.
Minkant van levendmaking: niet langer geestelijk
dood
Nadat Adam geschapen was leefde hij in harmonie met God en de aarde om hem
heen was vol van Gods zegenende en beschermende heerlijkheid. Toch had hij nog
niet die geestelijke verbondenheid met God die hij zou ontvangen als hij voor
God zou kiezen door van de
levensboom te eten. In plaats daarvan koos hij voor onafhankelijkheid van
God en zo stierf hij een geestelijke dood bij de
doodsboom. Zo is ook elke nakomeling van Adam geboren zonder geestelijke
verbondenheid met God. Leven zonder God noemt de Bijbel 'dood'. Elk mens wordt
dus geboren als geestelijk dode, hoe vervelend dat ook klinkt.
Zie ook onderwerp 'Erfzondigheid'
in hoofdstuk 'Omgaan met zonden'.
Het kruis van
Jezus is je levensboom geworden. Als je Jezus hebt aangenomen, heb je daardoor
gegeten van de levensboom en nieuw, geestelijk leven ontvangen. Dat leven is
bovendien onvergankelijk. Daarmee worden de dodelijke gevolgen van de zonde
weggenomen. Je aardse lichaam is wel sterfelijk, maar de dood zal niet meer zijn
dan een toegangspoort tot het eeuwige leven met
Jezus.
Pluskant van levendmaking: nieuw leven ontvangen
"Vroeger was u dood door uw overtredingen en uw heidense
levenswijze, maar God heeft u samen met Christus levend gemaakt, en hij heeft al
onze overtredingen vergeven." (Kolossenzen 2:13, GNB1996)
In het dagelijks taalgebruik betekent geestelijk leven zoiets als alle
kerkelijke en godsdienstige aangelegenheden bij elkaar. Dat woordgebruik heeft
niets met ECHT geestelijk leven te maken. Het nieuwe leven is geen
aangeleerde levensstijl of godsdienstigheid, maar heeft een bovennatuurlijke
kwaliteit. Nieuw leven betekent dat de Heilige Geest in je hart woont.
Daarover is in het Oude testament al geprofeteerd:
"Een nieuw hart zal Ik u geven en een nieuwe geest in uw
binnenste; het hart van steen zal ik uit uw lichaam verwijderen en ik zal u een
hart van vlees geven. Mijn Geest zal ik in uw binnenste geven ..." (Ezechiël
36:26-27, NBG1951)
Voor je geboorte leefde je in het lichaam van je moeder die je door de
navelstreng van alle noodzakelijke voedingsstoffen voorzag. Bij je natuurlijke
geboorte werd die navelstreng doorgeknipt en vanaf dat moment kon je
onafhankelijk leven. Bij wedergeboorte is het net andersom. Voor je
wedergeboorte leefde je misschien wel binnen een bepaalde invloedssfeer van
God (als je kerkelijk bent opgegroeid), maar in geestelijke zin nog los van God.
Bij je wedergeboorte word je als het
ware door een soort geestelijke navelstreng met God verbonden. Door die
geestelijke navelstreng kun je alles ontvangen wat je nodig hebt om dat nieuwe
leven te leven. Het nieuwe leven kan dan ook worden omschreven
als: leven in verbondenheid met God, als een soort internetverbinding met de hemel.
Wanneer je wordt levend gemaakt, dan gebeurt er iets in de geestelijke
wereld. De hemel staat in open verbinding met alle mensen op aarde die nieuw
leven hebben ontvangen. Daarom zegt de Bijbel ook dat er feest is in de hemel
als een zondaar zich bekeert (Lucas 15:7,10). Wedergeboorte wordt niet alleen
vanuit de hemel waargenomen, het speelt zich gewoon in de hemel zelf af, want de
hemel behoort tot de geestelijke wereld en het wedergeboren hart ook. Ga er maar
van uit dat die gebeurtenis even duidelijk door de hemelbewoners wordt
waargenomen als het doorbreken van de zon op aarde gezien wordt door de
aardbewoners.
Nieuw leven door de Heilige Geest
Nieuw leven ontvangen betekent dus dat Jezus via de Heilige Geest in het hart van
de bekeerde mens komt wonen:
"zodat Christus door het geloof woont in uw hart ..." (Efeziërs
3:17, WV2012)
Je behoudt daarbij je eigen identiteit. Je wordt niet ineens gemuteerd tot
een modelgelovige of zo. Maar in je hart is het leven van Jezus erbij gekomen. Het aardse
leven heb je via je ouders en voorouders uiteindelijk van Adam doorgekregen.
Adam werd levend door Gods adem:
"Toen maakte God, de HEER, de
mens. Hij vormde hem uit stof, uit aarde, en blies hem levensadem in de
neus. Zo werd de mens een levend wezen." (Genesis 2:7, NBV2004)
De oorspronkelijke woorden voor 'geest' in het Oude en Nieuwe Testament
is hetzelfde als voor 'adem'. Het nieuwe leven heb je ontvangen van de
tweede Adam: Jezus. En je ontvangt het door de
inwoning van Gods Geest.
"... Hij heeft ons gered door het bad van de wedergeboorte en
de vernieuwende kracht van de heilige Geest." (Titus 3:5, NBV2004)
Dat nieuwe leven ontvang je niet alleen voor jezelf, maar vooral om aan
anderen de geestelijke rijkdom uit te delen die je ontvangen hebt.
"De Schrift zegt over wie in mij
gelooft: Zijn hart zal een bron zijn waaruit stromen levend water
vloeien.' " (Johannes 7:38, GNB1996)
Zie meer over het nieuwe leven in het volgende onderwerp
'Nieuw
leven, eeuwig leven'.
Met Jezus gestorven en opgestaan
Paulus legt in Romeinen 6:3-5 uit dat levendmaking ook kan worden beschreven
als met Jezus gestorven en opgewekt zijn. Jezus heeft zich vereenzelvigd met de
mensheid door plaatsvervangend te sterven en vervolgens opgewekt te worden. Het
gevolg is dat de mens, die Gods genadeaanbod heeft aangenomen, ook vereenzelvigd
is met Jezus in zijn sterven en opstanding:
"... U bent immers met Hem begraven ... door het geloof van de
werking van God, Die Hem uit de doden heeft opgewekt." (Kolossenzen 2:12,
HSV2010)
Door zich te laten dopen legt een
gelovige een publiek getuigenis af van zijn wedergeboorte.
Volgend onderwerp:
4.2.19. Nieuw leven, eeuwig leven