Hier volgen enkele basisvoorwaarden die even noodzakelijk zijn voor geloofsgroei als dat voedsel noodzakelijk is voor kinderen om volwassen te worden.
Deze drie zaken zijn belangrijk voor gelovigen om daardoor toegerust te worden in het geloof.
Geloofsgroei komt je dus niet aanwaaien. Je bent zelf verantwoordelijk om deze drie basisvoorwaarden een belangrijke plek te laten hebben in je leven. Er is een oud kinderliedje met de woorden: "Lees je Bijbel, bid elke dag, als je groeien wilt." Dat is een belangrijke waarheid.
Helaas bestaat er ook een foute variant van dit liedje dat je helemaal op het verkeerde been kan zetten: "Lees je Bijbel, bid elke dag, dat je groeien mag." Die versie komt voort uit een passieve manier van 'geloven', waarbij je wordt aangespoord om in je luie stoel rustig te wachten tot God je misschien een power-up geeft zodat je vanzelf een sterker geloof krijgt. Zo werkt het echt niet in Gods koninkrijk!
De twaalf discipelen van Jezus meenden ook dat geloofsgroei van buitenaf moest komen, iets wat God in je moet doen, zonder toedoen van jezelf.
"En de apostelen zeiden tegen de Heere: Vermeerder ons het geloof." (Lucas 17:5, HSV2010)
Jezus legde hen daarna niet de handen op om hun geloof sterker te maken. Hij beloofde hen ook niet dat God een gebed om een sterker geloof zou verhoren. Let goed op de reactie van Jezus:
"... Zelfs als je geloof maar zo klein is als een mosterdzaadje, is alles mogelijk. Als je dan tegen een boom zegt: 'Trek je wortels uit de grond en ga in de zee staan,' dan doet hij dat." (Lucas 17:6, BGT2012)
"... Als u een geloof had als een mosterdzaad, u zou tegen deze berg zeggen: Verplaats u van hier naar daar! En hij zou gaan, en niets zou voor u onmogelijk zijn." (MatteĆ¼s 17:20, HSV2010)
Je hebt dus niet zozeer een sterk geloof nodig, maar een actief geloof, waarmee je vertrouwt op Gods beloften. Niets is onmogelijk voor wie gelooft. Zegt Jezus! Geloof je dat?
Zie ook de gelijkenis 'Mosterdzaad' in hoofdstuk 'Gelijkenissen van Jezus'.
Je geloof lijkt dus eenvoudigweg te groeien door het te gebruiken. Dat wil zeggen: door elke bewuste of onbewuste keuze om te leven op Gods manier. Elke dag zijn er momenten dat je voor de keus staat:
En er zijn nog veel meer voorbeelden te bedenken. Elke keer dat je een goede keuze maakt, gebeurt er iets met je. Je ingesleten gewoonte van geloven in eigen kracht wordt dan zwakker en de gewoonte om op God te vertrouwen wordt dan groter, omdat je ziet dat het werkt. Een groeiend geloof is dus een groeiende gewoonte van vertrouwen hebben in Gods beloften dat zich uit in geloofskeuzen en geloofsdaden.
Geloofsgroei vindt ongemerkt plaats als je dicht bij Jezus leeft en doet wat je van Hem geleerd hebt. Vertrouw daarbij op de vernieuwende kracht van de Heilige Geest in alle situaties van je leven. De apostel Paulus schreef in dit verband:
"... blijft ... uw behoudenis bewerken met vreze en beven." (Filippenzen 2:12, NBG1951)
"... werk aan uw eigen zaligheid met vrees en beven." (Filippenzen 2:12, HSV2010)
Hier kunnen we door de woorden 'behoudenis' of 'zaligheid' gemakkelijk op het verkeerde been gezet, alsof je door eigen inspanning je eeuwige behoud zou moeten verdienen. Wat bedoeld wordt is: leef vanuit ontzag voor Gods wil, stel jezelf open voor het herscheppende werk van Gods Geest in je leven, waardoor er geloofsgroei plaatsvindt. De vertaling van 'Het Boek' geeft naar mijn mening een betere weergave van deze tekst:
"Zet u ... volledig in voor een gezond geestelijk leven." (Filippenzen 2:12, HB2008)
Als kind van God krijg je gegarandeerd te maken met allerlei beproevingen, verleidingen en weerstanden of zelfs vervolging waardoor je geloof dreigt te wankelen. Onder zulke omstandigheden wordt je geloof getest en uitgedaagd. Maar zijn ze noodzakelijk voor je geloofsgroei. Er zijn nu eenmaal lessen die je alleen leert onder druk van de omstandigheden. De Bijbel staat vol met voorbeelden van mensen die op God bleven vertrouwen onder de gekste omstandigheden en die er met een sterker geloof uitkwamen.