5.1.6. Gezag van de Bijbel
Betrouwbaarheid van de Bijbel
De Bijbel is feitelijk betrouwbaar en nauwkeurig.
Kleine oneffenheden in de tekst raken geen
belangrijke geloofszaken. Er zijn maar een paar Bijbelverzen met een onzekere
oorsprong. Er zijn van Bijbelgedeelten veel meer oude handschriften beschikbaar
dan van enig ander klassiek werk.
In heel wat literatuur komen we geschiedenissen tegen die behoorlijk
aangedikt zijn en waarin
de hoofdpersonen duidelijk krachtiger en edeler worden voorgesteld dan ze waren.
De Bijbel is
ontwapenend eerlijk en laat niet alleen de goede, maar ook de slechte kanten
van mensen zien,
zelfs van de meest vooraanstaande leiders en de meest geliefde Bijbelfiguren. Ook daardoor is de Bijbel
zeer geloofwaardig
en dus een betrouwbare bron van informatie.
Aan mensen die twijfelen aan de betrouwbaarheid van de Bijbel geef ik wel
eens het volgende advies: Lees eens één van de evangeliën van begin tot eind
door (bij voorkeur Lucas) met één vraag in je achterhoofd: "Is Jezus een
betrouwbaar persoon, is Hij echt wie Hij zegt te zijn (de Zoon van God) of is
Hij een nepfiguur, een bedrieger?" Ik vertrouw dat verreweg de meeste lezers van
dit onderwerp al lang ontdekt hebben dat Jezus betrouwbaarder is dan enig ander
mens. Welnu, als we Jezus volledig betrouwbaar vinden, dan geloven we ook in de
betrouwbaarheid van de Bijbel, waarvan Hij de hoofdpersoon is.
Goddelijk gezag
Als je je leven aan God hebt onderworpen en de Bijbel hebt aanvaard als de
waarheid,
kan je niet anders dan je onderwerpen aan het gezag van de
Bijbel. Het gezag van de Bijbel wordt ontleend aan het feit dat het door God
geïnspireerd is en daarom ook Woord van
God wordt genoemd.
Enkele teksten van de Bijbel zijn zelfs persoonlijk door God opgeschreven,
namelijk de tien geboden. Deze waren zo belangrijk dat God ze niet mondeling,
maar schriftelijk (in steen gegrift!) aan Mozes overdroeg zodat anderen konden
verifiëren dat God dat daadwerkelijk gezegd had bij de officiële wetgeving bij
de berg Sinaï:
"Nadat de HEER dit alles op de Sinaï tegen Mozes had gezegd,
gaf hij hem de twee platen van het verbond, de stenen platen, door Gods vinger
beschreven." (Exodus 31:18, NBV2004)
Ook Jezus onderwierp zich aan het gezag van de oudtestamentische geschriften,
ook al waren ze door
mensen op schrift gesteld. Daardoor bevestigde de Zoon van God de goddelijke
oorsprong van die geschriften.
Daardoor kon Jezus ook met gezag de Schriftwoorden citeren toen de satan Hem
in de woestijn tot zonde
probeerde te verleiden. Tot driemaal toe begon Hij zijn antwoorden met
"Er staat geschreven." (Matteüs 4:4,7
en 10).
Het geschreven Woord heeft gezag. Ook bij brieven van de apostelen komen we deze woorden
tegen als ze uit het Oude Testament citeren:
"Er staat immers geschreven: Wees heilig,
omdat ik heilig ben." (1 Petrus 1:16, GNB1996)
De schrijvers erkennen daarmee het absolute gezag van Gods geschreven Woord,
dat toe nog alleen bestond uit het Oude Testament.
Jezus sprak met gezag omdat Hij namens God de Vader sprak die Hem gezonden
had om Hem te vertegenwoordigen.
"Ze waren diep onder de indruk van zijn onderricht,
want hij sprak met
gezag." (Lucas 4:32, NBV2004)
Ware gelovigen, die leven onder het gezag van Gods Woord, kunnen
datzelfde Woord ook met gezag naspreken.
De Bijbel blijft altijd van kracht
Gods Woord is de waarheid en zal op één of andere manier altijd blijven bestaan.
"Het gras verdort en de bloem verwelkt, maar het
woord van onze God houdt altijd stand." (Jesaja 40:8, NBV2004)
Mensen
die zichzelf boven de Bijbel plaatsen en daardoor de waarheid ondermijnen,
zullen zelf krachteloos blijven.
We hebben het dan over mensen die met bedekte woorden ongeveer dit zeggen: "
De Bijbel zegt dit, maar IK VIND dat ..."
De Bijbel zal altijd zijn kracht behouden en kracht geven aan wie het gezag
van de Bijbel respecteert.
De volgende Bijbeltekst over Schriftgezag is zo verschillend vertaald dat
het de moeite waard is om een aantal varianten te bekijken:
"... aangezien de Schrift niet gebroken kan worden ..."
(Johannes 10:35, HSV2010)
"De Schrift blijft altijd van kracht ..."
(Johannes 10:35, NBV2004)
"... de Schrift is onaantastbaar ..."
(Johannes 10:35, WV2012)
"De Schrift verliest nooit haar geldigheid ..."
(Johannes 10:35, GNB1996)
Ik geloof dat dit allemaal waar is, ook kom je in alle
Bijbelvertalingen wel eens
vertaalfouten of
onduidelijkheden tegen.
Menselijke geschriften, tradities en ervaringen
Het is een illusie om menselijke geschriften te maken, waarin de Bijbelse
boodschap zuiver en met al zijn facetten uit de verf komt. Ik ben
me daar ook heel goed van bewust bij het schrijven en aanpassen van Herschepping,
hoezeer ik ook mijn
best doe om er een Bijbelgetrouw en gebalanceerd geheel van te maken.
Menselijke geschriften kunnen bruikbaar zijn om
Gods Woord dichter bij de mensen te brengen, zodat het beter begrepen en
toegepast kan worden. Maar alles wat mensen schrijven over de Bijbel is tegelijk een
beperking van de Bijbelse boodschap tot wat de schrijvers er zelf van begrijpen.
Mensen interpreteren Gods Woord bovendien vanuit een denkwijze, die sterk beïnvloed
is door de heersende denkbeelden van de tijd waarin ze leven en door
hun persoonlijke ervaringen.
Er zijn in de loop der eeuwen allerlei belijdenisgeschriften geschreven om de
leer van een kerk of kerkgenootschap te conserveren en de kerk voor afwijkingen van de 'zuivere leer'
te bewaren. Maar zulke geschriften zijn per definitie beperkt en mogen nooit tot onaantastbare waarheid
worden verheven. Ze hebben altijd eenzijdigheden en bevatten altijd interpretaties
die door anderen op grond van de Bijbel betwist kunnen worden. Ze hebben
ongetwijfeld zinvolle antwoorden
gegeven op de vragen uit de tijd waarin ze ontstonden. Jaren later zijn
nieuwe vragen belangrijk geworden,
zodat zulke geschriften snel verouderen. Het is opvallend dat de Bijbel
nooit veroudert, maar dat
belijdenisgeschriften al na betrekkelijk korte tijd gedateerd blijken te zijn. Ze
kunnen dan ook nooit dezelfde autoriteit van de Bijbel hebben.
Ik verwacht dat de meeste lezers dit wel zullen beamen, maar pas op. Het
laten onderschrijven van zulke geschriften (zoals de Drie Formulieren van
Enigheid) door predikanten geeft ze in de praktijk een hogere autoriteit dan de Bijbel. Dat houdt een eerlijk gesprek tegen over zaken,
die mogelijk niet juist zijn in zulke belijdenisgeschriften. Menselijke
geschriften en interpretaties van de Bijbel mogen altijd ter discussie staan,
alleen de Bijbel zelf staat er boven verheven. Niet voor niets wordt de Bijbel
ook wel 'Heilige Schrift' genoemd.
De Bijbel als waarheidsnorm
Naast de Bijbel is er een schat van opbouwende lectuur, die nuttig kan zijn
voor persoonlijk
geloofsleven of kerkelijk leven. De betrouwbaarheid en het waarheidsgehalte van
alle andere geschriften
dient getoetst te worden aan de Bijbel. Wij moeten elke uitspraak afwijzen
die door de Bijbel weerlegd wordt. Dat geldt natuurlijk ook voor visioenen,
profetieën, ervaringen, belevenissen of andere opbouwende verhalen en geschriften
van deze tijd.
De Bijbel geeft ons een krachtig
fundament van waarheid en is ook DE toetssteen voor waarheid.
"De Joden in Berea ... bestudeerden dagelijks de Schriften
om te zien of het inderdaad waar was wat er werd gezegd."
(Handelingen 17:11, NBV2004)
De Bijbel als boek heeft ook een grote waarde OMDAT het op schrift gesteld is.
Door het geschreven Woord van God kunnen we een objectief beeld krijgen van wie God
is en wat zijn bedoelingen zijn met de mensheid. Een van mond tot mond
overgedragen boodschap kan in de loop der tijd veranderingen ondergaan, maar bij
het geschreven woord is het risico veel kleiner. Door het geschreven Woord zijn we
ook minder afhankelijk van de eigen gedachten die mensen over
Bijbelse onderwerpen uitspreken. Daarom zorgt vooral
het geschreven Woord van God voor
stabiliteit in de opvattingen van gelovigen door alle eeuwen heen en in
alle culturen.
Zie meer hierover in hoofdstuk 'Waarheid
en leugen'.
Onfeilbaarheid
"De richtlijnen van de Heer zijn volmaakt,
ze geven levenskracht. Wat de Heer afkondigt, is
betrouwbaar, het maakt de onervarene wijs." (Psalm 19:8, GNB1996)
De Bijbel, die de door God
geïnspireerde waarheid bevat, is via menselijke
kanalen tot ons gekomen en geeft soms blijk van menselijke beperkingen. Daarom
moeten we niet krampachtig omgaan met Bijbelgegevens die tegenstrijdig lijken.
Laat ik daar twee voorbeelden van geven:
- In 2 Samuel 24:1 lezen we dat God David ertoe aanzette om het volk te
tellen, terwijl in 1 Kronieken 21:1 staat dat het een satanische influistering
was. Wat moeten we daarmee? In dit geval is het naar mijn mening de satan
geweest, terwijl God het toeliet. God is nooit de oorzaak van verleiding
(Jakobus 1:13-14). In het Bijbelboek Openbaring zien we meerdere plaatsen dat
duivelse machten van alles kunnen uitspoken onder Gods toelating (bijvoorbeeld
in Openbaring 13:7). Die twee Bijbelgedeelten belichten dus twee kanten van
dezelfde werkelijkheid.
- Jezus ging eens naar de overkant van het meer van Galilea, waar Hij een heel
legioen demonen uitdreef, die vervolgens een kudde varkens de afgrond in
deed storten. Volgens Matteüs 8:28-32 ging het om twee bezetenen, terwijl
in Marcus 5:1-20 staat dat het er maar één was. Om hoeveel bezetenen ging het?
Ik weet het niet, maar in beide gevallen is
de boodschap gelijk. Het aantal is in dit
geval een detail dat van ondergeschikt belang is.
Ik maak me niet zo druk over zulke verschillen. Sommige van die verschillen
blijken geen tegenspraken op te leveren, maar
beschrijvingen van hetzelfde maar dan vanuit een verschillende gezichtshoek.
Andere verschillen zijn moeilijker te verklaren, maar dan ga ik er in eerste
instantie vanuit dat het aan mezelf ligt dat ik het niet begrijp. Je hebt ook
mensen die dan meteen zeggen: "De Bijbel klopt niet." Het is maar
net welke relatie je met de Bijbel hebt. Eigenlijk altijd gaat het om verschillen
die niet de kern van de Bijbelse boodschap aantasten.
Gezag erkennen
Het gezag van de Bijbel erkennen begint met het betrouwbaar vinden ervan.
Iedere gelovige hoort een Bijbelgetrouwe gelovige te zijn.
Maar iedereen die zich een Bijbelgetrouwe gelovige noemt, behoort ook het
doelbewuste verlangen te hebben om Gods Woord te gehoorzamen
en zijn eigen mening zo nodig aan te passen.
Wie daar met de pet naar gooit kan dan met de mond het gezag van de Schrift
te vuur en te zwaard verdedigen, maar plaatst ZICHZELF
buiten het gezag van het Woord van God. Daarbij gaat het natuurlijk niet om
zondeloze perfectie, maar om de innerlijke houding om van harte
God te willen gehoorzamen.
Volgend onderwerp: 5.1.7. Bijbellezen