5.3.16. Angst en vrees
Vrees is misschien wel de grootste vijand van je
geloof.
Vormen van angst en vrees
Er zijn twee woorden die we daarvoor
vaak gebruiken: vrees en angst. Je hebt angst wanneer je niet goed weet waar je
aan toe bent. Bij vrees weet je beter WAAR je bang voor bent. Vrees kent veel verschillende vormen, zoals:
- angstige verwarring doordat je plotseling iets ergs meemaakt
- onzekerheid over hoe je verder moet leven
- angst voor verlies van controle over je leven
- vrees voor de toekomst
- faalangst
- vrees voor wat mensen je kunnen aandoen of hoe ze misschien over je denken
- verwarring, paniek
- apathie, besluiteloosheid
Vrees heeft altijd te maken met je levensomstandigheden of gebeurtenissen die
je meemaakt of misschien zult meemaken. Een reactie van vrees is ook een soort reflex op
je omstandigheden, die je motiveert om veiligheid te zoeken, hulp te zoeken of een
oplossing te bedenken.
Bij de meeste vormen van langdurig negatief denken (die in de vorige
onderwerpen zijn genoemd) speelt vreesachtigheid een belangrijke rol:
- Als je een laag zelfbeeld
hebt, ben je bang dat mensen je lelijk, slecht, stom of niet aardig vinden.
- Als je perfectionistisch bent,
ben je bang dat je niet voldoet aan de eisen of verwachtingen van God,
mensen of jezelf.
- Als je bezorgd bent, ben je bang
voor de nabije toekomst, bang voor wat er zou kunnen gebeuren.
- Als je neerslachtig bent,
ben je bang dat het nooit meer goed komt met je.
Ook bij aanhoudende moeilijkheden (zoals
een chronische ziekte, een zich voortslepende conflictsituatie, een permanent
bedreigende situatie) kun je zover komen dat je bang bent voor de toekomst.
Bijbelse voorbeelden
In de Bijbel komen we veel voorbeelden tegen, waarbij het goede nieuws is dat
God de gelovigen telkens oproept om juist niet te vrezen. Is vrezen dan een
zonde?
De Israëlieten stonden voor de Rietzee, terwijl achter hen een eliteleger van
de farao van Egypte aankwam dat van plan was hen te vernietigen of weer tot
slaven te maken. Geen wonder dat het volk doodsbenauwd was. Maar God was bij de
Israëlieten en bevrijdde hen uit de macht van het machtige Egyptische leger door
het meest spectaculaire wonder uit het Oude Testament: een veilige wandeltocht
over een pad dwars door de Rietzee en een totale vernietiging van het vijandelijke
leger. God had het onmogelijke mogelijk gemaakt, want er zijn geen grenzen aan
zijn macht.
"Toen de Israëlieten de farao zagen naderen, met al zijn
paarden, wagens en ruiters en al zijn voetvolk, werden ze doodsbang en riepen ze
de HEER luidkeels om hulp ... Maar Mozes antwoordde
het volk: 'Wees niet bang, wacht rustig af. Dan zult u zien hoe de HEER
vandaag voor u de overwinning behaalt. De Egyptenaren die u daar nu ziet, zult u
hierna nooit meer terugzien. De HEER zal voor u
strijden ..." (Exodus 14:10,13-14, NBV2004)
In de Psalmen komen we veel uitspraken tegen over God die alle vrees bij ons
wil wegnemen, gebaseerd op geoefend
geloofsvertrouwen:
"Op God, wiens woord ik prijs, op God vertrouw ik, angst ken ik
niet, wat kan een sterveling mij aandoen?" (Psalm 56:5, NBV2004)
"... Wees niet bang voor de hoon van mensen, stoor je niet aan
hun spot." (Jesaja 51:7, NBV2004)
"Altijd als ik roep, bent u nabij; u zegt mij: 'Wees niet
bang.' " (Klaagliederen 3:57, NBV2004)
Veel voorbeelden van vrees bij gelovigen in het Oude Testament hebben te maken met dreigend
gevaar van vijanden. En telkens bewees God dat Hij een betrouwbare bondgenoot was
tegen elk gevaar wanneer mensen Hem wilden vertrouwen. We kunnen deze
voorbeelden bijna allemaal 'vertalen' naar het leven van een
beproefde gelovige van nu,
waarbij je de 'vijanden' vervangt door je beproeving, eventueel ook door de
satan. De Bijbel praat beproevingen niet weg, maar zet er Gods hulp tegenover.
Bij ELKE beproeving is God je betrouwbare bondgenoot. Als je het maar wil zien.
Als je hart vol van vrees is, is je geloof niet werkzaam.
Als je hart vol van geloof is, vrees je niet.
Storm op het meer
De vreesreactie wordt geïllustreerd in de overbekende geschiedenis van de
storm op het meer, waarin de discipelen terechtkwamen, terwijl Jezus bij hen aan
boord van het schip was.
"En er stak een hevige storm op, en de golven sloegen over de
boot, zodat die al volliep. Maar Hij lag op het achterdek op een kussen te
slapen. Ze maakten Hem wakker en zeiden: 'Meester, kan het U niet schelen dat
wij vergaan?' Hij stond op en bestrafte de wind en het water: 'Zwijg, wees
stil!' En de wind ging liggen en het werd volkomen stil." (Marcus 4:37-39,
WV2012)
De discipelen zagen dat er water in de boot kwam en dachten dat ze allemaal
zouden verdrinken. Alsof dat zomaar kon met de Zoon van God aan boord. Zo
reageren wij ook vaak op een plotselinge nood: we denken dat we er onderdoor
gaan, maar hebben niet door dat we met Jezus in ons hart geen gevaar kunnen
lopen. De les, die de discipelen moesten leren, was: laat nood je aanzetten tot
actie, maar niet tot paniek. Ga ermee naar Jezus en vertrouw op zijn hulp en
kracht. Dat is iets wat je door ervaring moet leren.
Vrees is een vorm van ongeloof
Na dit voorval konden de discipelen
geen woord uitbrengen, perplex als ze waren door wat er zojuist gebeurd
was. Jezus verbrak de stilte en vroeg hen rustig:
"Waarom zijn jullie zo bang?' vroeg hij hun. 'Hebben jullie nog
steeds geen geloof?" (Marcus 4:40, GNB1996)
"En Hij zei tegen hen: Waarom
bent u angstig, kleingelovigen? ..." (Matteüs 8:26, HSV2010)
Jezus probeerde zijn discipelen
duidelijk te maken dat hun vreesachtigheid eigenlijk een vorm van ongeloof was. Voor
gelovigen is geloofsvertrouwen normaal. Voor hen is gebrek aan vertrouwen dus abnormaal. We moeten dit
vooral niet omdraaien, alsof vrees normaal zou zijn, want dan
maken we de mens en zijn gevoelens tot maatstaf in plaats van het Woord van God.
Het is niet voor niets dat er talloze keren in de Bijbel staat: "vrees niet! of
"wees niet bang!" Het werd steeds gezegd tegen mensen, die om allerlei
uiteenlopende redenen WEL bang waren. En elke keer was het een aansporing van
God om niet op de omstandigheden gefixeerd te blijven, maar in geloofsvertrouwen
op Hem te zien.
Zie ook onderwerp 'Storm
op het meer' in hoofdstuk 'Wonderen
van Jezus'.
Twijfel
De Bijbel leert ons ook dat twijfel een vorm van ongeloof is. Twijfel en
vrees gaan vaak hand in hand. In dit
onderwerp gaat het niet om twijfel over het bestaan van God of over andere
Bijbelse waarheden. Het gaat nu over twijfel aan de almacht van God en aan zijn
bereidheid om je terzijde te staan wanneer je zijn hulp juist zo nodig hebt.
"Maar als u bidt, moet u vertrouwen en niet twijfelen.
Iemand die twijfelt, lijkt op de golven van de zee, die door de wind heen en
weer worden bewogen. Zo iemand moet niet denken ook maar iets van de Heer te
krijgen, onzeker als hij is en besluiteloos in al zijn doen en laten." (Jakobus 1:6-8,
GNB1996)
Geloof begint bij het vertrouwen op God en zijn beloften en die beloften
accepteren als de waarheid waaruit je wil leven. Laat je die waarheid en die
zekerheid niet afnemen! Twijfel is een hinderpaal om Gods hulp daadwerkelijk te
ontvangen.
Dit doet me denken aan Tomas, die eerst niet wilde geloven dat Jezus
was opgestaan voordat hij Hem met zijn eigen ogen had gezien. Eerst zien en dan
geloven! Toen Jezus kort daarna weer aan zijn discipelen verscheen, waar Tomas
ook bij was, toonde Jezus begrip voor de twijfel van Tomas. Deze discipel was
nog steeds van slag vanwege het sterven van Jezus, en onder zulke omstandigheden
luisterde hij niet naar zijn verstand, maar naar het gekwetste gevoel. Vol
liefde en begrip liet Jezus zijn wonden zien en voelen. Daarna was Tomas
overtuigd en geloofde hij. Jezus zei toen:
"Jezus zei tegen hem:
'Omdat je me gezien hebt, geloof je. Gelukkig zijn zij die niet zien en toch
geloven." (Johannes 20:29, NBV2004)
De eerste opmerking van Jezus was voor Tomas bedoeld, de twee opmerking was
bedoeld voor iedereen die over deze geschiedenis heeft gehoord. Dus ook voor jou
en mij.
Laat dus geen twijfel toe in je hart en laat je leiden door de waarheid van
Gods Woord. Daarin vind je vele oproepen om God op zijn Woord te vertrouwen.
Kies daarvoor en alle twijfel en vrees zullen verdwijnen. Dat gaat niet altijd
vanzelf, want de satan zal alles doen om je weer te laten twijfelen aan Gods
waarheid. Het is een kwestie van volhouden!
Zie ook onderwerp
'Verschijning
van Tomas' in onderwerp 'Opstanding
van Jezus'.
Volgend onderwerp: 5.3.17. Positief denken