5.4.6. Wet, genade en Geest
Fout: Hoe meer ik me aan Gods geboden
ga houden, hoe dichter ik bij God leef.
Goed: Hoe
dichter ik bij God leef, hoe meer ik me aan Gods geboden ga houden.
Genade en wet zijn geen tegenstellingen
We lezen in de Bijbel:
"Want de zonde zal over u niet heersen. U bent namelijk
niet onder de wet, maar onder de
genade." (Romeinen 6:14, HSV2010)
Gods genade is alles wat God je graag wil geven om je blij en gelukkig te
maken. Dat is de grondbetekenis van het woord 'charis' in de Griekse brontekst
van het Nieuwe Testament. God is een goede God, die je wil overladen met
zegeningen, zonder dat er een tegenprestatie van jouw kant voor nodig is om die
te ontvangen. Die tegenprestatie heeft Jezus namelijk geleverd door zijn
sterven aan het kruis.
Maar Gods genade is geen vervanging van Gods levenswet, zodat we die
kunnen
afschaffen en kunnen teren op de genade die Jezus gebracht heeft.
Gods levenswet is gegeven om de weg naar het
leven te wijzen. Genade is het middel om tot nieuw leven te komen en Gods
Geest te ontvangen. Het
ontvangen van de volle zegen van God is het doel van zowel Gods levenswet als van
Gods genade.
De enige voorwaarde om Gods genadegaven te ontvangen is geloofsvertrouwen,
dat zich uit in een levensstijl van navolging van Jezus. In dit onderwerp gaan
we zien hoe Gods genade en Gods levenswet naast elkaar staan bij gelovigen die
door
bekering en wedergeboorte een
relatie met God hebben ontvangen.
Wetticisme
Gods levenswet functioneert alleen goed door de actieve inwoning van de Heilige Geest.
Dan werken Gods levenswet en Gods Geest
samen om gerechtigheid te bewerken vanuit het hart van de gelovige.
Gods levenswet is geen complete verzameling gedragsregels voor elke situatie.
De Bijbel geeft veel aanwijzingen
en voorbeelden van gedrag dat hoort bij het leven naar Gods levenswet, maar dat dekt
natuurlijk niet alle gebieden van het dagelijkse leven af. Ooit probeerden de farizeeën
de 'mazen' in de wet van Mozes te dichten door talloze
gedetailleerde regels toe te voegen om zo nauwkeurig mogelijk aan Gods wensen te
voldoen. De bedoeling was goed, maar hoe meer ze de wet dicht timmerden
met extra regels, hoe meer ze zichzelf gingen beroemen op hun voortreffelijke
navolging van die zelfbedachte regels. En daarmee haalden ze het leven er uit. Ze maakten
Gods levenswet tot een
beknellende wet, die ondraaglijke lasten op de mensen legde, zoals Jezus dat
uitdrukte:
"Maar Jezus zei: 'Wee ook jullie, wetgeleerden!
Want jullie leggen de mensen ondraaglijke lasten
op, maar raken die zelf met geen vinger aan." (Lucas 11:46, NBV2004)
Hoe meer Gods levenswet wordt omgebogen tot een regeltjeswet, hoe meer het
leven eruit verdwijnt en hoe minder ruimte Gods Geest heeft om door mensen heen
te werken.
Wetticisme kan zich uiten in:
- te veel nadruk op de zuiverheid van de kerkelijke leer
- een overmaat aan structuur in de organisatie van het
kerkelijk leven
- te veel nadruk op tradities en regels
Waar zulke uitingen van wetticisme aanwezig zijn kan het
geestelijke klimaat zo verstikkend zijn dat de Heilige Geest
nauwelijks ruimte heeft om iets te doen. Want waar wetticisme de overhand heeft,
kan Gods Geest niet werken en komen er geen mensen tot
levend geloof. Hooguit leren ze er een verstandelijke geloofsovertuiging op na
te houden. Elke vorm van wetticisme is een blusmiddel voor de Heilige Geest.
De apostel Paulus heeft een groot deel van de brief aan de Galaten gebruikt
om de gelovigen te waarschuwen tegen wetticisme. Hij beschouwde wetticisme als één
van de grootste gevaren voor de Gemeente van Jezus. De geschiedenis heeft
geleerd dat hij daarin volkomen gelijk had en dat er ook vandaag de dag nog heel
wat wetticisme bestaat in veel van onze kerkelijke kringen.
'Zie ook onderwerp 'Oudtestamentisch
christendom' in hoofdstuk 'Gods verbonden'.
Misbruik van christelijke vrijheid
De nieuwtestamentische levenswet laat heel wat speelruimte voor gelovigen,
ook wel 'de christelijke vrijheid' genoemd. Maar die moet wel op een volwassen,
verstandige manier gebruikt worden, anders ontaardt het gegarandeerd in
losbandigheid.
"Ik mag alles, zegt u. Zeker, maar niet alles leidt tot iets
goeds. Ik mag alles. Ja, maar ik laat me van niemand en niets de slaaf maken."
(1 Korintiërs 6:12, GNB1996)
Vrijheid kan bestaan als de grenzen aan die vrijheid worden erkend. De
grenzen van onze christelijke vrijheid worden ruwweg bepaald door Gods levenswet
en andere aanwijzingen uit de Bijbel. Als je vooral je best
doet om die grenzen op te zoeken, ben je al verkeerd bezig, want in feite wil je
dan Gods levenswet ombuigen naar je eigen inzicht. Op dat moment sta je niet
meer onder
de zegenende invloed van Gods levenswet.
"Broeders en zusters, u werd geroepen tot vrijheid.
Alleen, misbruik de vrijheid niet als een voorwendsel voor een zondig leven,
maar dien elkaar door de liefde." (Galaten 5:13, WV2012)
Die waarschuwing van Paulus kwam natuurlijk niet uit de lucht vallen. In alle
gemeenten zag hij zondige praktijken doordat gelovigen op een verkeerde manier
met hun 'christelijke vrijheid'
omgingen en hoe velen ervan de fout ingingen. En waar zonde heerst kan Gods
Geest ook niet werken en ook niet waar wetticisme heerst.
Gods Geest in plaats van Gods levenswet
Er zijn ook gelovigen die Gods Geest als het ware tegenover de wet plaatsen.
Wie de Geest heeft ontvangen, hoeft zich niet zozeer om Gods levenswet te bekommeren,
want Jezus heeft die wet vervuld en dit ook voor alle gelovigen gedaan.
Vergeving van zonden is een gepasseerd station, daar hoef je je dan niet meer zo
druk over te maken. Vier het feest van de vrijheid, geniet van Gods aanwezigheid
en richt je op wat de Geest doet en kan doen. Daar put je genoeg kracht uit om
te leven. Natuurlijk moet je je wel aan Gods levenswet houden, maar dat gebeurt
vanzelf als de Geest bij je is. Dus niet moeilijk doen, want het oude is
voorbij en het nieuwe is gekomen!
Deze gedachtegang komen we tegenwoordig veel tegen in een toenemend aantal
nieuwe
kerkelijke gemeenten, waarvan sommige zijn uitgegroeid tot megakerken. Veel
Geest en weinig wet. Dat spreekt aan, want dat klinkt voor veel mensen een stuk
prettiger en gemakkelijker dan een rein en heilig leven leiden.
Het ontgaat hen waarschijnlijk dat waar Gods
levenswet wordt geminacht,
dit een belediging is van Gods heiligheid. En waar dat gebeurt kan Gods Geest
ook niet werken. Gods genade, Gods Geest en Gods levenswet zijn nu eenmaal niet los
verkrijgbaar.
Ik heb kennisgemaakt met een gemeente in oprichting waar maar één traditie
was: het ontbreken van tradities. Alles moest 'volgens de Bijbel' worden gedaan
en de Heilige Geest zou in alles wel leiden. Ik dacht bij mezelf: jongens,
wanneer worden jullie een keer volwassen? In zulke kerkelijke gemeenten is het
echt niet alleen Gods Geest die werkt, maar de willekeur van menselijke
ingevingen zorgt voor een rommeligheid die geen eer brengt aan Gods naam. De
gemeente waar ik het net over had is enige jaren na de oprichting al gesplitst.
En het
conflict ging over manipulerend leiderschap. Het hoeft ons niet te verbazen.
Balans
Hoe kunnen we de balans blijven bewaren tussen wet en Geest en de gevaarlijke
klippen van de genoemde drie uitersten omzeilen? We zouden het zo kunnen
samenvatten:
- Gods levenswet, Gods genade en Gods Geest horen bij elkaar. Hoe
meer ze alle drie in balans zijn in ons persoonlijk leven en in
onze kerkelijke gemeente, hoe meer Gods Geest werkzaam kan zijn
en hoe overvloediger Gods leven zichtbaar wordt.
- Zodra we het één boven het ander plaatsen of ze tegen elkaar
uitspelen ontstaat er schadelijke scheefgroei.
Volgend onderwerp: 5.4.7. Tien geboden