link naar Home Page  Bijbelstudies - startmenu  

 

 Helpdesk    Site info    Zoeken    Extra  

 

 

 

5.5.10. Berouw na zondigen

Inhoud:

- Verdriet over je zonden
- Spijt en berouw
- Zondebesef en berouw


"Wie ontzag heeft voor de HEER haat het kwaad ..." (Spreuken 8:13, NBV2004)

Verdriet over je zonden

 

Het belangrijkste is niet DAT je zondigt, maar wat je VERHOUDING is met de zonde: haat je de zonde of koester je de zonde.

  1. Als je de zonde haat en worstelt met bepaalde zonden (meestal zondige gewoonten), dan is er de weg van berouw, vergeving en overwinning.
  2. Als je je zonden steeds goedpraat of met excuses aankomt, dan is er geen vergeving omdat je het niet nodig vindt om je zonden te belijden. Je bent dan een slaaf van je zondige gewoonten, een loser.

Als je de zonde hebt leren haten, heb je Jezus aan je zijde. Één van de zaligsprekingen van Jezus is:

"Gelukkig de treurenden, want zij zullen getroost worden." (Matteüs 5:4, NBV2004)

Dit slaat vooral op treuren met een hartgrondig berouw omdat je het benauwd krijgt van je zonden. Berouw is niet alleen nodig bij de bekering die samenhangt met de wedergeboorte, maar ook bij de zonden van elke dag:

"... Reinig de handen, zondaars, en zuiver de harten, dubbelhartigen! Besef uw ellendige staat en treur en huil. Laat uw lachen veranderd worden in treuren en uw blijdschap in droefheid. Verneder u voor de HEERE, en Hij zal u verhogen." (Jakobus 4:8-10, HSV2010)

Een door berouw verbroken hart wordt nooit door God afgewezen.

"... een verbrijzeld en verslagen hart zult U, o God, niet verachten." (Psalm 51:19, HSV2010)

Elk zondebewust kind van God mag rekenen op de open, vergevende armen van zijn hemelse Vader (Lucas 15:20). Geen zonde is te groot. Wees niet bang dat Jezus kapot zal zijn van wat je Hem vertelt. Hij is er al eens 'kapot' aan gegaan toen Hij aan het kruis stierf. Je houdt het niet voor mogelijk welke vreselijke zonden al bedekt zijn onder zijn bloed. Jouw zonden kunnen er ook nog wel bij. Het offer van Jezus was daarvoor meer dan voldoende.

Spijt en berouw

 

Spijt en berouw zijn twee verschillende dingen. Spijt is oppervlakkiger, berouw gaat dieper. Spijt werkt op het niveau van de ziel:

  • Met je verstand ben je ervan overtuigd dat je iets gedaan hebt wat je beter niet had kunnen doen.
  • Je hebt een gevoel van schaamte omdat je je zonden ontdekt hebt, of omdat ANDEREN je zonden hebben ontdekt.

In tegenstelling tot spijt speelt berouw (ook wel 'inkeer' genoemd) zich af op het diepere niveau van je hart. Daarbij spreekt het geweten zijn veroordeling uit over je zonden en dat is een gezond schuldbesef. Als je iets verkeerds hebt gedaan tegenover mensen, weet je je ook schuldig tegenover God. Daarvan was koning David zich ook sterk bewust nadat zijn zonde met Batseba was uitgekomen:

"Ik beken: ik heb mij misdragen, mijn zonde klaagt mij voortdurend aan. Tegen U alleen heb ik gezondigd, ik heb gedaan wat in uw ogen slecht is ..." (Psalm 51:5-6, WV2012)

Zondebesef en berouw

 

Berouw is een heilzaam zondebesef dat tot innerlijke verandering leidt. Het is de enige juiste reactie van de gelovige, wanneer hij in zijn hart overtuigd is van zonde. Berouw is een pijnlijk zondebesef en tegelijk een ernstig voornemen om de betreffende zonde niet meer te doen. Laat ik een tweetal overbekende voorbeelden noemen van mensen uit de Bijbel die oprecht berouw hadden van hun zonden:

  1. Petrus had berouw nadat hij Jezus had verloochend (Lucas 22:54-61). Hij had Jezus in de steek gelaten en zelfs ontkend dat hij bij Hem hoorde! Hij begon vreselijk te snikken (Lucas 22:62). Zijn diepe pijn verdween toen hij zijn opgestane Heer ontmoette (Lucas 24:34), die hem later in het openbaar in ere herstelde (Johannes 21:15-19). Petrus was er goed doorheen gekomen en Jezus liet aan alles merken dat Hij hem weer vertrouwde en dat hij een verantwoordelijke taak voor zijn koninkrijk mocht uitvoeren.
  2. Judas had ook berouw toen hij doorkreeg dat hij had meegewerkt aan de veroordeling van Jezus en zijn dood aan het kruis (Matteüs 27:3). De echtheid van zijn berouw blijkt uit zijn reactie: hij ging naar de tempel en bracht het verradersloon terug. Voor een dief is dat heel wat! Verder zei hij: "Ik heb gezondigd en onschuldig bloed vergoten!" Toen het geld niet werd aangenomen, smeet hij het in de tempel (Matteüs 27:3-5). In zijn berouw kwam Judas verder dan Petrus. Judas dééd er iets mee, Petrus had alleen verdriet. Laten we niet te snel oordelen over Judas! Ook voor hem zou er vergeving zijn geweest als hij naar Jezus was gegaan. We weten niet wat hem ervan weerhield. Schaamte? Dacht hij dat Jezus hem zijn verraad nooit zou kunnen of willen vergeven? Hoe het ook zij, hij zonk weg in het moeras van zonde en schuld en om zichzelf van pijn en wroeging te verlossen pleegde hij zelfmoord (Matteüs 27:5).

Zie ook onderwerpen 'Petrus verloochent Jezus' en 'Levenseinde van Judas' in hoofdstuk 'Lijden van Jezus'.


Volgend onderwerp:

 5.5.11. Zonden belijden 

 

 

 

HELPDESK

 

HELPDESK

Site info
- Wat betekent herschepping?
- Wat vind je op deze site?
- Achtergrond
- Vier aspecten
- Copyright

 

 

 

 

Helpdesk

Zoeken
- Zoekmogelijkheden
- Tips voor zoektermen
- Populaire zoektermen
- Inhoudsopgave (kort)
- Inhoudsopgave (lang)
- Trefwoord index
- Bijbeltekst index

 

 

 

 

 

Extra
- Geloofsvragen
- PDF bestanden downloaden
- Printklare pagina's
- Gespreksvragen
- Thema's voor Bijbelkringen
- Thema's kerkelijk jaar
- Cursus 'Gods karakter'

 

Herschepping Bijbelstudies