"Wie ontzag heeft voor de HEER haat het kwaad ..." (Spreuken 8:13, NBV2004)
Het belangrijkste is niet DAT je zondigt, maar wat je VERHOUDING is met de zonde: haat je de zonde of koester je de zonde.
Als je de zonde hebt leren haten, heb je Jezus aan je zijde. Één van de zaligsprekingen van Jezus is:
"Gelukkig de treurenden, want zij zullen getroost worden." (Matteüs 5:4, NBV2004)
Dit slaat vooral op treuren met een hartgrondig berouw omdat je het benauwd krijgt van je zonden. Berouw is niet alleen nodig bij de bekering die samenhangt met de wedergeboorte, maar ook bij de zonden van elke dag:
"... Reinig de handen, zondaars, en zuiver de harten, dubbelhartigen! Besef uw ellendige staat en treur en huil. Laat uw lachen veranderd worden in treuren en uw blijdschap in droefheid. Verneder u voor de HEERE, en Hij zal u verhogen." (Jakobus 4:8-10, HSV2010)
Een door berouw verbroken hart wordt nooit door God afgewezen.
"... een verbrijzeld en verslagen hart zult U, o God, niet verachten." (Psalm 51:19, HSV2010)
Elk zondebewust kind van God mag rekenen op de open, vergevende armen van zijn hemelse Vader (Lucas 15:20). Geen zonde is te groot. Wees niet bang dat Jezus kapot zal zijn van wat je Hem vertelt. Hij is er al eens 'kapot' aan gegaan toen Hij aan het kruis stierf. Je houdt het niet voor mogelijk welke vreselijke zonden al bedekt zijn onder zijn bloed. Jouw zonden kunnen er ook nog wel bij. Het offer van Jezus was daarvoor meer dan voldoende.
Spijt en berouw zijn twee verschillende dingen. Spijt is oppervlakkiger, berouw gaat dieper. Spijt werkt op het niveau van de ziel:
In tegenstelling tot spijt speelt berouw (ook wel 'inkeer' genoemd) zich af op het diepere niveau van je hart. Daarbij spreekt het geweten zijn veroordeling uit over je zonden en dat is een gezond schuldbesef. Als je iets verkeerds hebt gedaan tegenover mensen, weet je je ook schuldig tegenover God. Daarvan was koning David zich ook sterk bewust nadat zijn zonde met Batseba was uitgekomen:
"Ik beken: ik heb mij misdragen, mijn zonde klaagt mij voortdurend aan. Tegen U alleen heb ik gezondigd, ik heb gedaan wat in uw ogen slecht is ..." (Psalm 51:5-6, WV2012)
Berouw is een heilzaam zondebesef dat tot innerlijke verandering leidt. Het is de enige juiste reactie van de gelovige, wanneer hij in zijn hart overtuigd is van zonde. Berouw is een pijnlijk zondebesef en tegelijk een ernstig voornemen om de betreffende zonde niet meer te doen. Laat ik een tweetal overbekende voorbeelden noemen van mensen uit de Bijbel die oprecht berouw hadden van hun zonden:
Zie ook onderwerpen 'Petrus verloochent Jezus' en 'Levenseinde van Judas' in hoofdstuk 'Lijden van Jezus'.