6.5.9. Lofprijzing
Er zijn verschillende manieren om God groot te maken:
-
dankzegging - God bedanken voor wat Hij jou heeft GEGEVEN
- lofprijzing - God eren om wat Hij heeft GEDAAN
-
aanbidding - God bewonderen om wie Hij IS
Dankzegging, lofprijzing en aanbidding liggen soms dicht bij elkaar en vloeien in elkaar over,
maar zijn toch ook duidelijk verschillend.
Wat is lofprijzing?
Bij lofprijzing gaat het dus niet om wat je persoonlijk van God hebt
gekregen, maar om je blijdschap over wat God in het algemeen heeft GEDAAN voor jou
of voor anderen.
"Om uw daden, HEER, ben ik zo verheugd, ik
juich van blijdschap om het werk van uw handen." (Psalm 92:5, WV2012)
"Kom en zie de werken van God, zijn daden vervullen de mens met ontzag" (Psalm
66:5, NBV2004)
"... als je vrolijk bent, zing dan een lied om God te eren."
(Jakobus 5:13, BGT2014)
Je kunt God prijzen door blije woorden als een gebed uit te spreken of door
te zingen.
Lofprijzing is de weg naar Gods aanwezigheid.
Lofprijzing wil zeggen dat je iets goeds over God uitspreekt. Losse
kreten als 'Halleluja' of clichés als 'Heer wij komen voor uw aangezicht om U te
loven en te prijzen' zijn op zichzelf geen lofprijzingen zolang er niet bij
gezegd wordt WAARVOOR je God prijst. Zo kun je God bijvoorbeeld prijzen:
- omdat Hij je heeft
bevrijd uit de macht van de satan
- omdat Hij zijn Zoon heeft gegeven om jou met God te
verzoenen
- omdat Hij je
rechtvaardig heeft verklaard
- omdat Hij je
nieuw leven
heeft gegeven
- om wat je de laatste tijd van Hem geleerd hebt
- omdat Hij je antwoorden heeft doen vinden op je vragen
- omdat Hij daadwerkelijk heeft geholpen toen je dat nodig had
- enzovoort.
Je prijst God niet alleen voor wat Hij in het verleden gedaan heeft, maar ook
voor wat Hij vandaag of later zal doen als uiting van geloofsvertrouwen.
Lofprijzing is ook een geestelijk offer, waar je God veel vreugde mee geeft:
"En door Jezus willen wij God voortdurend een lofoffer brengen,
de hulde namelijk van lippen die zijn naam prijzen." (Hebreeën 13:15, WV2012)
Ook David wist dat zulke offers uit het hart meer waarde voor God hebben dan
de offers die een onderdeel waren van de oudtestamentische eredienst:
"De naam van God wil ik loven met een lied, zijn grootheid met
een lofzang prijzen. Dat behaagt de HEER meer dan
offerdieren, dan stieren met hun horens en hoeven." (Psalm 69:31-32, NBV2004).
Lees bijvoorbeeld Psalm 103 en Psalm 145 voor veel voorbeelden van
lofprijzing.
God zegenen
In de Bijbel wordt op diverse plaatsen gesproken over het 'zegenen van God'. We
kunnen dan denken aan Bijbelteksten zoals:
"Gezegend wie komt met de naam van de HEER.
Wij zegenen u vanuit het huis van de HEER." (Psalm
118:26, NBV2004)
"Gezegend zij de God en Vader ..." (Efeziërs 1:3, NBG1951)
Het oudtestamentische bronwoord voor 'zegenen' in verband met God betekent
vooral: 'grootmaken'. Het nieuwtestamentische bronwoord voor 'zegenen' kan ook
betekenen: 'iets goeds over of tot iemand zeggen'. Daarom is het oorspronkelijke
woord voor 'zegenen' met betrekking tot God in de meeste
Nederlandse Bijbelvertalingen vertaald met 'prijzen' of 'dankzeggen'. Een
voorbeeld:
"... Bless the LORD, O my soul: and all that is within me,
bless his holy name." (Psalm 103:1, KJV1611)
"... Loof de HEERE, mijn ziel, en al wat in mij is, Zijn
heilige Naam." (Psalm 103:1, HSV2010)
"... Prijs de HEER, mijn ziel, prijs,
mijn hart, zijn heilige naam." (Psalm 103:1, NBV2004)
"... Ik dank de Heer, ik dank de
heilige Heer vanuit het diepst van mijn hart." (Psalm 103:1, BGT2012)
Hemelse oorsprong
Lofprijzing begint in de hemel rondom Gods troon (door engelen en gelovige
mensen in de hemel) en werkt door tot in de ziel van de gelovigen op aarde:
"De troon van de HERE
staat in de hemel; Hij is Koning over alles.
Laten alle engelen de HERE loven en prijzen. Zij zijn
sterke helden, die zijn woord uitvoeren en luisteren naar zijn stem.
Laten alle hemelse legers de HERE prijzen. Zij zijn
de dienaren, die zijn wil uitvoeren.
Laat alles wat de HERE heeft gemaakt Hem prijzen,
overal waar Hij heerst.
Met hart en ziel wil ik de HERE prijzen." (Psalm
103:19-22, HB2008)
Lofprijzing heeft een zuiverende uitwerking op de ziel van de gelovige.
Bezorgdheid en
deprimerende gedachten
smelten weg als het hart gaat lofprijzen. Lofprijzing is immers een geloofsdaad
en levend geloof brengt altijd iets goeds voort. Daardoor brengt God je hart
vanuit de benauwdheid in de ruimte (Psalm 4:2; Psalm 118:5).
Aspecten van lofprijzing
In de brontekst van het Oude Testament worden verschillende woorden gebruikt
om diverse aspecten van lofprijzing weer te geven:
- barach - God zegenen, Hem grootmaken, bewust van je eigen kleinheid
- jadah - als een kind je handen verlangend uitstrekken naar God
- tehillah - lofprijzing gericht aan God op de troon
- halal - enthousiaste proclamatie van Gods goedheid, uitbundig, vol
emoties en stralend van vreugde (van dit woord komt het bekende woord
"Halleluja")
- zamar - tot God zingen onder muzikale begeleiding
- shabach - luid roepend God verhogen, zijn grootheid verklaren,
ondersteund met handgeklap
Deze woorden geven met elkaar een duidelijk beeld van het hart van ware
lofprijzing.
Wanneer lofprijzing?
- de hele dag:
"U brengen wij onze hulde, de hele dag; u
bewijzen wij eer, zonder ophouden." (Psalm 44:9, GNB1996)
- 's nachts:
" 's nachts zal Zijn lied bij mij zijn, een gebed
tot de God van mijn leven." (Psalm 42:9, HSV2010)
- elke dag:
"Geprezen zij de
HERE. Dag aan dag draagt Hij ons; die God is ons
heil." (Psalm 68:20, NBG1951)
- levenslang:
"Ik zal de HERE
zingen, zolang ik leef, ik zal mijn God psalmzingen, zolang ik ben." (Psalm
104:33, NBG1951)
Vooral lofprijzen als je er geen zin in hebt
Je prijst God niet alleen als de
zon schijnt en je heerlijk uitgerust lekker kunt genieten van een vrije dag.
Echte lofprijzing ontstaat juist in omstandigheden die je neerdrukken. De
eerste woorden van de bekende Psalm 103 luiden:
"Loof de HERE, mijn ziel ..." (Psalm
103:1, NBG1951)
Waarom zou David, de psalmdichter, met zo'n rare zin beginnen? Wie zegt er nu
iets tegen zijn eigen ziel? Ik denk dat David dat zei, omdat hij op dat moment
totaal niet in de stemming was om God te prijzen. Daarom zei hij tegen zijn
ziel
(zijn bewuste innerlijk): wees nu toch BEWUST van God en wat Hij allemaal gedaan
heeft en tel je zegeningen, dan kun je weer lofprijzen.
Deze merkwaardige uitspraak van David was een uiting van geloof. Daarbij
negeerde hij zijn gevoel en richtte
hij zijn aandacht (verstand) op de waarheid over
God. In het vervolg van Psalm 103 lezen we dat Davids gevoel meeging met de
dankbaarheid van het verstand, waardoor hij zijn Heer met zijn hele hart en zijn
hele ziel kon prijzen. Laten we zijn voorbeeld volgen.
Zie ook onderwerp 'Lofprijzing
bij beproevingen' in hoofdstuk 'Beproevingen'.
Gespreksvragen
- Is lofprijzing net zoiets als iemand een compliment geven? Of toch
iets anders?
- Om welke daden van God zou je Hem zoal willen eren?
- Hoe zou je God kunnen verheerlijken door je manier van leven?
- Kunnen mensen God zegenen? Zo ja, hoe kun je dat dan doen?
- Wat kunnen we als christenen leren van de verschillende woorden voor
'lofprijzing' in het Oude Testament?
- Onder welke omstandigheden heb je geleerd God te prijzen?
Volgend onderwerp:
6.5.10. Aanbidding