8.10.5. Paulus de apostel
Zelfstandigheid en pioniersgeest van Paulus
Als iemand met een uitgesproken zelfstandig karakter hield Paulus er niet van om op
andermans kosten te leven. Vooral in Korinte, waar hij geruime tijd bleef, wilde
hij zelf de kost verdienen als tentenmaker, een beroep dat hij kennelijk tevoren
wel eens had uitgeoefend.
"Daar ontmoette hij Aquila, een Jood uit Pontus. Die was met
zijn vrouw Priscilla daar nog maar kortgeleden aangekomen vanuit Italië ...
Paulus zocht hen op, en omdat hij evenals Aquila het vak van tentenmaker
uitoefende, bleef hij bij hen wonen en werken." (Handelingen 18:2-3, GNB1996)
"Geld of kleding heb ik van niemand verlangd; u weet wel dat
ik eigenhandig heb voorzien in mijn levensonderhoud en dat van mijn
metgezellen." (Handelingen 20:33-34, NBV2004)
Paulus had de ware pioniersgeest, passend bij zijn wilskrachtige karakter en
zijn roeping als apostel voor de niet-Joden. Hij wilde zo ongeveer het hele
Romeinse Rijk afreizen om overal christelijke gemeenten te stichten. Het was hem
nooit te ver of te moeilijk. Hij had zelfs plannen om naar Spanje te gaan
(Handelingen 15:24,28) maar voor zover we weten is hij daar nooit geweest. Zijn
volgende opmerking spreekt boekdelen over zijn
ambitieuze karaktertrekken:
"Ik heb er altijd mijn eer in gesteld het evangelie niet te
verkondigen op plaatsen waar al over Christus gesproken was. Het is niet mijn
bedoeling te bouwen op een fundering die door een ander is gelegd." (Romeinen
15:20, GNB1996)
Was dat verkeerd? Nee natuurlijk niet, hij zag dit als zijn unieke opdracht.
En Gods opdrachten worden dikwijls afgestemd op iemands persoonlijke karakter.
Doelgerichtheid van Paulus
Paulus was een voorbeeld van radicaal
discipelschap, onverdeelde
toewijding aan zijn Heer. Hij was een schoolvoorbeeld van
doelgerichtheid, bewust van zijn roeping als apostel. Hij had alles
opgegeven en was bereid om ‘met Jezus te sterven’ dat wil zeggen: zijn eigen
verlangens op te geven om te doen wat Jezus zou willen.
"Het enige wat ik wil, is Christus kennen en ervaren hoe groot
de kracht is, waardoor Hij uit de dood is opgestaan. Ik wil ervaren wat het
betekent om met Hem te sterven om uiteindelijk te komen tot de opstanding uit de
dood." (Filippenzen 3:10-11, HB2008)
Sommige Bijbeluitleggers suggereren bij deze verzen helaas dat Paulus niet
zeker zou zijn van zijn eeuwige behoud en of hij wel of niet de lichamelijke
opstanding zou meemaken. De vertalers van 'Het Boek' hebben dit Bijbelgedeelte naar mijn mening
het beste weergegeven. Paulus wist natuurlijk dat hij Gods einddoel nooit volledig zou
kunnen bereiken tijdens zijn leven op aarde, want volmaaktheid is op aarde voor
niemand haalbaar. Maar tot het einde van zijn leven zou hij zich uitstrekken
naar dat doel en alles daaraan onderwerpen. Hij had er alles voor over, zelfs
zijn leven:
"Ik hecht niet de minste waarde aan het behoud van mijn
leven, als ik mijn levenstaak maar kan voltooien en de opdracht uitvoeren die ik
van de Heer Jezus ontvangen heb: getuigen van het evangelie van Gods genade."
(Handelingen 20:24, NBV2004)
"... vergetend wat achter me ligt en me richtend op wat voor
me ligt, streef ik naar het doel: de prijs van de hemelse roeping, die God in
Christus Jezus tot mij richt." (Filippenzen 3:13-14, WV2012)
Dit is de beste vorm van gemotiveerd optimisme:
- negatieve ervaringen uit het verleden
loslaten en je er niet door laten hinderen
- vooruitzien en gericht zijn op het
hogere doel
Het doel van Paulus was
niet zijn eeuwige behoud (daar
was hij allang zeker van), maar het bereiken van het doel wat Jezus had met zijn
leven op aarde. Het najagen van dat doel was de motivatie waardoor hij tot het einde van
zijn leven een opmerkelijke vitaliteit behield.
Veel mensen takelen bij het ouder worden te vroeg af door gebrek aan een doel
in hun leven, terwijl ze denken dat het door een afnemende gezondheid komt.
Mopperige oude mensen zijn vaak mensen die geen doel meer hebben om voor te
leven. Maar dat gold niet voor Paulus. Aan het einde van zijn leven kon hij
uiteindelijk zeggen:
"... ik heb de goede strijd gestreden, de wedloop volbracht,
het geloof behouden. Nu wacht mij de krans van de gerechtigheid die de Heer, de
rechtvaardige rechter, aan mij zal geven op de grote dag; en niet alleen aan
mij, maar aan allen die naar zijn komst hebben uitgezien." (2 Timoteüs 4:7-8,
NBV2004)
Paulus bleef vooruitzien. Met welk doel heeft God jou geschapen en je
allerlei gaven gegeven om Hem en je medemens te dienen? Vraag Hem om inzicht en
zet alles op alles om dat doel te bereiken, zoals een atleet die zijn hele leven
afstemt om die ene overwinning te behalen waardoor hij kampioen wordt. Voor een
topsporter vinden we het heel normaal om zo te leven. Maar als een gelovige in
zulke termen spreekt over het volgen van Jezus wordt hij al gauw fanatiek en
overgeestelijk genoemd. Toch verlangt God naar zulke radicale gelovigen!
Gezag en leiderschap
Barnabas was bij de eerste zendingsreis de leider. Hij had de meeste ervaring
in het werk van de Heer. Toen Barnabas en Paulus (toen nog Saulus geheten) op
Cyprus bij de landvoogd Sergius Paulus waren, bleek daar ook een occult figuur
te zijn die de landvoogd van het geloof probeerde af te houden. Hier kwam het
wilskrachtige karakter van Paulus goed van pas. Bewust van zijn
geestelijke autoriteit in
Jezus was hij niet bang voor een confrontatie.
"... vervuld van de heilige Geest zei hij (=Paulus): 'U bent
een bedrieger, een gewetenloze oplichter, een kind van de duivel en een vijand
van elke vorm van gerechtigheid. Hoe durft u de rechte wegen van de Heer te
veranderen in kronkelpaden? Let op: de hand van de Heer zal u treffen, u zult
blind zijn en voorlopig geen zonlicht meer zien.' Onmiddellijk werd alles donker
om hem heen, zodat hij tastend zijn weg moest zoeken en anderen moest vragen of
ze hem wilden leiden. Toen de proconsul dit zag, aanvaardde hij het geloof, diep
onder de indruk als hij was van wat hij over de Heer had geleerd." (Handelingen
13:9-12, NBV2004)
Paulus toonde daadkracht en leiderschap. Vanaf dat moment wordt in het Bijbelboek
Handelingen Paulus eerst genoemd en vervolgens Barnabas. Hij werd duidelijk de
nieuwe leider van het zendingsteam. Diezelfde daadkracht toonde Paulus toen hij tijdens
zijn tweede zendingsreis met Silas in Filippi was.
"Een andere keer, toen we weer op weg waren naar de
gebedsplaats, kwamen we een jonge slavin tegen die bezeten was door een geest en
zo de toekomst kon voorspellen. Met haar waarzeggerij verdiende ze veel geld
voor haar eigenaars. Terwijl ze achter Paulus en ons aan liep, schreeuwde ze aan
één stuk door: 'Deze mensen zijn dienaren van de allerhoogste God en verkondigen
u hoe u gered kunt worden!' " (Handelingen 16:16-17, NBV2004)
Paulus baalde flink van het geschreeuw van de slavin. Sommige lezers zullen
zich misschien afvragen waarom Paulus zo'n punt van maakte van wat ze riep. Het
was toch gratis reclame voor zijn boodschap? Als geestelijk leider van een jeugdgroep heb
ik jaren geleden een persoonlijk gesprek gehad met een meisje, dat enkele keren
was meegekomen. Zij was duidelijk gebonden door satanische machten, maar ze
probeerde me ervan te overtuigen dat ze een goede christen was. Ze citeerde
Bijbelteksten, maar ze klonken uit haar mond als vloeken, gewoon vreselijk. Ik zal dat nooit
vergeten. Ik denk dat Paulus een zelfde soort ervaring had, zodat hij het
demonische geschreeuw niet langer kon aanhoren.
"Dat ging verscheidene dagen zo door. Toen Paulus er genoeg van
kreeg, sprak hij de geest als volgt toe: 'Ik beveel je in de naam van Jezus
Christus: verlaat haar!' En op datzelfde moment ging de geest uit haar weg."
(Handelingen 16:18, NBV2004)
Jaren later, na een tijd van gevangenschap in Caesarea werd Paulus als
gevangene door Romeinse militairen per schip naar Rome vervoerd. Tijdens een
vreselijke storm was iedereen doodsbenauwd, maar Paulus bleef kalm. Hij wist dat
God een taak voor hem had in Rome, dus was hij
niet bang dat het schip zou
vergaan. Hij nam de leiding van het schip, nota bene als gevangene over de
officieren van het machtige Romeinse rijk. Hij zei onder meer het volgende tegen
de opvarenden:
"Nu vraag ik jullie om moed te houden. Want het schip zal
wel zinken, maar niemand van ons zal sterven. Een engel van de God die ik dien,
heeft me dat verteld ... Houd dus allemaal moed! Want ik vertrouw op God. Ik weet
zeker dat alles zal gaan zoals de engel gezegd heeft. Het schip zal zinken in
de buurt van een eiland." (Handelingen 27: 23-26, BGT2014)
Paulus nam
de nodige initiatieven en zo kwamen alle opvarende veilig aan land. Een sterk staaltje van
doortastend en moedig leiderschap! Maar wel vanuit de
kracht en verbondenheid met Jezus.
Paulus was een eersteklas gemeentestichter en als hij ergens het evangelie
had verkondigd en er mensen tot geloof in Jezus waren gekomen, stelde hij
leiders aan om de gemeente verder te helpen en in stand te houden.
"In elke gemeente stelden ze oudsten aan, en na gevast en
gebeden te hebben bevalen ze hen aan bij de Heer, in wie ze hun vertrouwen
hadden gesteld." (Handelingen 14:23, NBV2004)
De brieven van Paulus, die deel uitmaken van het Nieuwe Testament, bevatten
ook aanvullend onderwijs, waarin hij ingaat op allerlei situaties in de gemeente. Op
die manier kon hij op afstand toch zorg dragen voor de jonge gemeenten.
Pastoraal en vaderlijk
Iemand met een overwegend wilskrachtig karakter heeft van nature geen warme persoonlijkheid. Paulus
vormde daarop geen uitzondering. En toch zien wij in zijn brieven hoezeer God zijn hart ook steeds meer heeft vervuld met liefde voor mensen. Dat is
een wonder van betekenis en laat zien hoe de Heilige Geest kan voorzien bij
karakterbeperkingen. Paulus was bijvoorbeeld heel bewogen met de Joden die Jezus
nog niet als hun messias hadden aanvaard:
"ik ben diepbedroefd en word voortdurend door verdriet gekweld.
Omwille van mijn volksgenoten ..." (Romeinen 9:2-3, NBV2004)
"... ik wens uit de grond van mijn hart en bid tot God dat ze
zullen worden gered." (Romeinen 10:1, NBV2004)
Let ook eens op zijn bewogenheid om jonge gelovigen in Efeze te helpen bij
hun geloofsgroei:
"... vergeet niet hoe ik ieder van u drie jaar lang dag en
nacht onder tranen steeds weer raad heb gegeven." (Handelingen 20:31, NBV2004)
Paulus heeft Gods zegenende liefde
leren kennen en doorgegeven aan anderen. Hij was een man die voor zichzelf
steeds de hoogst mogelijke doelen nastreefde en hij had ontdekt wat de hoogst
denkbare weg is die een gelovige kan gaan: de weg van de liefde.
"Richt u dus op de belangrijkste gaven. Maar ik zal u een weg
wijzen die dit alles overtreft." (1 Korintiërs 12:31, GNB1996)
En deze woorden vormen zijn inleiding op het briljante hoofdstuk over de
zegenende liefde: 1 Korintiërs 13. Paulus wist waar hij het over had. God had
zijn hart langzaam maar zeker veranderd en hem tot een liefdevol persoon
gemaakt. Dat was misschien wel het grootste wonder in het leven van Paulus. Aan de gemeente in
Tessalonica schreef Paulus het volgende:
"Hoewel we ons als apostelen van Christus hadden kunnen laten
gelden, zijn we u tegemoet getreden met de tederheid van een voedster die haar
kinderen koestert. In die gezindheid, vol liefde voor u, waren we niet alleen
bereid u te laten delen in Gods evangelie, maar ook in ons eigen leven. Zo
dierbaar was u ons geworden." (2 Timoteüs 2:7-8, NBV2004)
De brieven die de apostel Paulus heeft geschreven aan Timoteüs, Titus en
Filemon worden ook wel zijn pastorale brieven genoemd.
- Timoteüs was een jonge leider van een christengemeente op het eiland
Kreta. Paulus schreef hem twee brieven om hem bemoediging, extra
onderwijs en praktische tips te geven.
- Titus was één van zijn eerste medewerkers, ook werkzaam op
Kreta. In zijn brief aan Titus gaf Paulus aanvullend onderwijs om leiding te
geven in zijn gemeente.
- Filemon was de eigenaar van een weggelopen slaaf, Onesimus genaamd. Deze
was tot geloof gekomen en had een ontmoeting met Paulus gehad. In zijn brief
aan Filemon vroeg Paulus hem om zijn slaaf weer te accepteren als hij
terugkwam en hem vooral als een medegelovige te beschouwen.
In deze (en trouwens ook in de andere brieven) lezen we veel wijze
adviezen die op het pastorale vlak liggen.
Conclusie
Voor wilskrachtige gelovigen is er meer dan genoeg reden om God te
vertrouwen om nieuwe, spannende dingen in hun leven te doen. Als zij hun
oude natuur volgen
kunnen ze heel veel schade veroorzaken. Maar als ze hun wil laten ombuigen door
Jezus en zich op Gods koninkrijk gaan richten, kunnen ze ongekend veel betekenen
voor het werk van de Heer.
Wilskrachtige gelovigen worden niet gemotiveerd door hen voor te houden dat
ze
schaapjes van Jezus, de goede herder
zijn, wel door het feit dat ze mogen vechten in
Gods leger. Vooral de onbeperkte uitdagingen van het koninkrijk van God
spreken hen aan en motiveren hen tot radicaal
discipelschap, om
waarheid te verkondigen, onrecht te
bestrijden, leugens te ontmaskeren en het op te nemen voor de zwakkeren. Het
zijn de pioniers die vooruit denken, nieuwe wegen durven in te slaan en nieuw
werk opstarten. Al deze dingen zien we in het leven van de wilskrachtige Paulus.
Gods plannen zijn soms heel vreemd in onze ogen, maar ze kloppen wel. De
meeste vruchten van Paulus' werk komen waarschijnlijk voort uit ... zijn brieven
die hij vanuit de gevangenis schreef en een belangrijk onderdeel zijn geworden
van ons Nieuwe Testament. Dat had hij destijds vast nooit durven vermoeden. Wat
zal hij zich vaak geërgerd hebben aan die boeien om zijn polsen tijdens zijn
gevangenschap. Hij wist niet dat die boeien hem op de plek hielden van waaruit
hij verreweg de meeste vrucht zou dragen. Wonderlijk toch. Paulus heeft
waarschijnlijk meer betekend voor de christenen van alle eeuwen dan alle andere
apostelen bij elkaar.
Zie ook onderwerp 'Lijden
van Paulus' in hoofdstuk 'Geloofsvervolging'.
Einde hoofdstuk: 8.10. Karakter van Paulus