9.3.2. Eindtijdvisies in de Bijbel
Hoe vreemd het ook klinkt, in de Bijbel komen we verschillende eindtijdvisies
tegen, die elkaar in sommige opzichten tegenspreken. Dat heeft te maken met het
voortschrijdende inzicht dat gelovigen hebben ontvangen in de loop der tijd.
Dat heeft geleid tot belangrijke verschillen tussen eindtijdvisies die we
vandaag de dag onder christenen tegenkomen. We gaan die verschillen op een
rijtje zetten.
1. Eindtijdvisie van de oudtestamentische profeten
Er zijn veel oudtestamentische profetieën over gebeurtenissen in de eindtijd te vinden in de
Bijbelboeken van de profeten. Een greep hieruit:
- Zacharia 12-14:
- Alle omliggende volken verzamelen zich om het
Joodse land te veroveren en de stad Jeruzalem te belegeren.
- De Engel
van de Heer zal op de Olijfberg verschijnen, de vijandelijke legers
bestrijden en die vervolgens vernietigen.
- God stort zijn Geest uit over
zijn volk Israël, dat vervolgens tot inkeer zal komen en zal worden gereinigd van
zonden.
- De vijandige volken zullen strafgerichten ondergaan.
- God
zal voor altijd over de aarde regeren vanuit de herstelde staat Israël en de
stad Jeruzalem.
- Ezechiël 38-39:
- Een leger uit veel omliggende volken strijden tegen
de Joodse staat Israël.
- God
zal deze legers vernietigen en strafgerichten uitvoeren over hun volken.
- God brengt de Joden bijeen uit alle landen van de wereld,
om in het Joodse land te gaan wonen.
- Daniël 7:13-14, 18, 22, 27
- Een door God gezonden Mensenzoon zal heersen over alle
volken van de aarde. Jezus heeft verklaard dat Hij die
Mensenzoon is.
In deze profetieën worden twee categorieën mensen benoemd: (1) het volk
Israël en (2) de overige volken. Dat er ook een volk van God uit de andere
volken zou ontstaan (de
Gemeente van Jezus) was voor hen onbekend.
2. Eindtijdvisie van Johannes de Doper
Johannes de Doper
verwachtte dat Jezus direct zou overgaan op het uitvoeren
van strafgerichten over goddeloze mensen en dat vervolgens het nieuwe tijdperk zou aanbreken, waarin de
wereld zou worden geregeerd door de messias. Daarom waarschuwde hij de mensen
zich tot God te bekeren om niet door Gods strafgerichten verteerd te worden.
"De bijl ligt al aan de wortel van de boom: iedere boom
die geen goede vrucht draagt, wordt omgehakt en in het vuur geworpen." (Matteüs
3:10, NBV2004)
"Zijn (=van Jezus) wan is in Zijn
hand en Hij zal Zijn dorsvloer grondig reinigen en Zijn tarwe in de schuur
verzamelen en Hij zal het kaf met onuitblusbaar vuur verbranden." (Matteüs 3:12,
HSV2010)
Johannes moet verbaasd zijn geweest dat Jezus niet optrad als
bestrijder van de Romeinen, maar als een soort dienaar van het volk. Toen Johannes
in de gevangenis terecht
was gekomen, ondernam Jezus zelfs geen poging om
hem, zijn wegbereider, vrij te krijgen. En toen wist hij helemaal niet meer wat hij van Jezus kon
verwachten. Hij ging twijfelen aan Jezus en misschien ook aan zijn eigen
roeping.
3. Eindtijdvisie van de discipelen van Jezus
Toen de twaalf discipelen een jaar of drie met Jezus hadden opgetrokken, verwachtten
ze dat Hij zichzelf binnenkort aan het Joodse volk zou presenteren als
hun redder, om vervolgens de Romeinen het land uit te jagen en zijn nieuwe
koninkrijk op te starten. Ze droomden van een toekomst waarin zij, als zijn
trouwe volgelingen, ministers zouden worden in zijn kabinet. En niet zonder
reden, want Jezus had gezegd:
"... Ik verzeker jullie: wanneer de tijd aanbreekt dat alles
vernieuwd wordt, wanneer de Mensenzoon in zijn majesteit zal zetelen op zijn
troon, zullen ook jullie die mij gevolgd zijn plaatsnemen op de twaalf tronen en
rechtspreken over de twaalf stammen van Israël." (Matteüs 19:28, NBV2004)
Maar toen Jezus gekruisigd was, vielen de toekomstverwachtingen van de
discipelen in scherven. Jezus was gestorven en met Hem waren hun
toekomstdromen in één klap verdwenen. En toen stond Jezus tot hun verrassing na
enkele dagen weer op uit het graf. Jezus was weer terug en alles zou weer
doorgaan zoals voorheen. Goed, Jezus was gestorven om door zijn dood de wereld
met God te verzoenen, maar dan zou nu de weg toch vrij zijn voor het
koningschap? Nu Jezus uit de dood was opgestaan, zou heel Israël natuurlijk in
Hem gaan geloven! Die vraag hield hen natuurlijk bezig.
"Zij die bijeengekomen waren (=apostelen), vroegen hem:
'Heer, gaat u dan binnen afzienbare tijd het koningschap over Israël
herstellen?' Hij antwoordde: 'Het is niet jullie zaak om te weten wat de
Vader in zijn macht heeft vastgesteld over de tijd en het ogenblik waarop deze
gebeurtenissen zullen plaatsvinden. Maar wanneer de heilige Geest over jullie
komt, zullen jullie kracht ontvangen en van mij getuigen in Jeruzalem, in heel
Judea en Samaria, tot aan de uiteinden van de aarde.' " (Handelingen
1:6-8, NBV2004)
En weer moesten de discipelen een grote omslag in hun toekomstvisie meemaken. Nu ging
Jezus naar de hemel en moesten ze ZELF het
koninkrijk van de hemel gestalte geven op aarde.
Geen aards koninkrijk, maar een geestelijk koninkrijk.
Zie meer hierover in onderwerp 'Uitzending
van de apostelen' in hoofdstuk 'Opstanding
van Jezus'.
4. Eindtijdvisie van de apostel Petrus
Toen de Heilige Geest was gekomen, kregen de apostelen meer zicht op hun
bediening en raakten ze gewend aan de gedachte dat Jezus op een gegeven moment
zou terugkomen, en DAN zijn eeuwige koninkrijk op een nieuwe aarde zou vestigen. In 2 Petrus 3 lezen
het volgende over de eindtijd:
"Maar de tegenwoordige hemel en aarde worden ... bewaard om op
de dag van het oordeel, waarop de goddelozen ten onder zullen gaan, te worden
prijsgegeven aan het vuur." (2 Petrus 3:7, NBV2004)
"... Dan zullen de hemelen met gedruis voorbijgaan en de
elementen brandend vergaan, en de aarde en de werken daarop zullen verbranden. "
(2 Petrus 3:10, HSV2010)
"... Die dag gaan de hemelsferen in vlammen op, en de
elementen vatten vlam en smelten weg. Maar wij vertrouwen op Gods belofte en
zien uit naar een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, waar gerechtigheid woont."
(2 Petrus 3:12-13, NBV2004)
Uit deze Bijbelgedeelten komt de volgende eindtijdvisie naar voren:
- Bij Jezus' wederkomst zal de aarde vergaan.
- De goddelozen zullen veroordeeld worden.
- God schept een nieuwe hemel en een nieuwe aarde.
- De gelovigen zullen op de nieuwe
aarde mogen wonen.
Petrus heeft hiermee de indruk gewekt dat al deze gebeurtenissen min
of meer tegelijk zullen plaatsvinden bij de wederkomst van Jezus. Het is
begrijpelijk dat veel gelovigen na het lezen van deze Bijbelgedeelten
eerder bang zijn voor de wederkomst van Jezus dan dat ze ernaar uitzien. Kort
samengevat komt het immers hierop neer: als Jezus terugkomt, vergaat de wereld.
In deze eindtijdvisie is geen ruimte voor een messiaans vrederijk,
dat voorafgaat aan het laatste oordeel en de schepping van de nieuwe hemel en aarde.
Verder kun je zien dat deze visie van Petrus sterk lijkt op die van Johannes de
Doper. Vergeet niet dat Petrus een discipel van Johannes de Doper was voordat
hij Jezus ontmoette.
5. Eindtijdvisie van de apostel Paulus
De apostel Paulus had een bredere visie dan Petrus. Hij
schreef onder meer over de opkomst van antichristelijke machten, de opname van
christengelovigen, de wederopstanding van gelovigen en het herstel van Israël.
Paulus heeft het in zijn tweede brief aan de Tessalonicenzen over een
Antichrist figuur die over de hele wereld zal regeren voordat Jezus terugkomt:
"... Want die dag
komt niet, tenzij eerst de afval gekomen is en de mens van de wetteloosheid, de
zoon van het verderf, geopenbaard is, de tegenstander, die zich ook verheft
boven al wat God genoemd of als God vereerd wordt, zodat hij als God in de
tempel van God gaat zitten en zichzelf als God voordoet." (2 Tessalonicenzen 2:3-4,
HSV2010)
Ook beschrijft Paulus enkele belangrijke gebeurtenissen rondom Jezus' wederkomst:
de eerste opstanding en de
opname van de Gemeente:
"Wij zeggen u met een woord van de Heer: wij, die in leven
blijven tot de komst van de Heer, zullen de doden in geen geval voorgaan.
Wanneer het signaal gegeven wordt, de aartsengel zijn stem
verheft en de bazuin van God weerklinkt, zal de Heer zelf uit de hemel
neerdalen. Dan zullen eerst de doden die Christus toebehoren opstaan, en daarna
zullen wij, die nog in leven zijn, samen met hen op de wolken worden weggevoerd
en gaan we in de lucht de Heer tegemoet. Dan zullen we altijd bij hem zijn." (1
Tessalonicenzen 4:15-17, NBV2004)
Dit 'Woord van de Heer' kan een aanhaling zijn van wat Jezus zo aan zijn
discipelen heeft verteld, maar wat niet in de evangeliën is opgenomen, ofwel een
directe openbaring van God. Dit geeft ons weer een nieuw inzicht over de
eindtijd:
- Op de 'dag van de Heer' zullen overleden gelovigen samen met Jezus en
een menigte engelen naar de aarde komen. Onderweg gaan de christengelovigen
hen tegemoet om vervolgens als één grote groep naar de aarde te gaan. Vanaf
dat moment zullen alle christengelovigen altijd dichtbij Jezus zijn.
- Deze gebeurtenis wordt meestal de 'opname
van de Gemeente 'genoemd.
- Alle genoemde gelovigen maken dan een
opstanding mee
(zoals
Jezus die eeuwen geleden zelf meemaakte) en ontvangen dan een
opstandingslichaam (1 Korintiërs 15:35-58).
In Romeinen 10-11 heeft de apostel Paulus uitvoerig uitgelegd dat het volk
Israël na het ontstaan van de Gemeente van Jezus over de hele wereld is
verstrooid en in een achtergrondpositie is terechtgekomen. Maar ook dat Gods
plan met zijn volk Israël daarmee niet is afgelopen, want hij verwacht dat het
hele volk in de eindtijd tot geloof in Jezus zal komen (Romeinen 11:25-32). Deze
visie van Paulus loopt parallel met de vele oudtestamentische profetieën over
het herstel van Israël.
In 1 Korintiërs 15 geeft Paulus uitvoerig uitleg over de
opstanding van Jezus en in het
verlengde daarvan: de opstanding van gelovigen in de toekomst. Daarin noemt
Paulus een zestal gebeurtenissen die in deze taalkundige vorm niet in
tijdsvolgorde zijn aangegeven. De cijfers 1-6 geven de werkelijke tijdsvolgorde
aan.
"Zoals wij door Adam allen sterven, zo zullen wij door Christus
allen levend worden gemaakt. Maar ieder op de voor hem bepaalde tijd:
(1) Christus
als eerste
(2) en daarna, wanneer hij komt, zij die hem toebehoren.
(5) En dan komt het
einde en draagt hij het koningschap over aan God, de Vader,
(4) nadat hij alle
heerschappij en elke macht en kracht vernietigd heeft.
(3) Want hij moet koning zijn
totdat ‘God alle vijanden aan zijn voeten heeft gelegd’.
(6) De laatste vijand die
vernietigd wordt is de dood." (1 Korintiërs 15:22-26, NBV2004)
Paulus noemt in dit Bijbelgedeelte de volgende gebeurtenissen die
achtereenvolgens zullen plaatsvinden na de wederkomst van Jezus:
-
opstanding van Jezus
- wederkomst van Jezus +
eerste opstanding van
gelovigen
- wereldregering van Jezus (messiaans
vrederijk)
-
overwinning over alle vijanden
-
einde van het koningschap van Jezus
op de bestaande aarde en
overdracht van het koningschap aan
God de Vader
-
de dood wordt vernietigd
Paulus benoemt het messiaanse vrederijk niet letterlijk in dit
Bijbelgedeelte, maar deze opsomming van gebeurtenissen sluit goed aan bij het meest bekende
Bijbelgedeelte over het messiaanse vrederijk: Openbaring 20:1-6.
6. Eindtijdvisie van de apostel Johannes
Uit de eindtijdvisioenen van Johannes kunnen we opmaken dat er na de
wederkomst van Jezus niet één maar twee tijdperken (aionen) zullen zijn: eerst
een
duizendjarig vrederijk, vervolgens het
laatste oordeel. In Openbaring 20:1 tot en met Openbaring 21:1 lezen we
gebeurtenissen in de tijd na de wederkomst van Jezus die duidelijk in een
concrete tijdsvolgorde zijn geplaatst. Door deze godsopenbaringen kreeg Johannes
een meer uitgebreide eindtijdvisie dan die
we in de brieven van Petrus lezen. In
dat Bijbelgedeelte
lezen we namelijk:
- De satan wordt gebonden zodat hij duizend jaar lang
geen invloed kan uitoefenen op de aardbewoners. (Openbaring 20:1-3)
- Er is een eerste opstanding van gelovigen die samen met koning Jezus
over de aarde zullen regeren gedurende duizend jaar. (Openbaring 20:4-6)
- Na die 1000 jaar wordt de satan een korte tijd losgelaten, Daardoor kan
hij de wereldbewoner verleiden om
met een groot leger tegen Jezus en zijn aanhangers in Jeruzalem te strijden.
(Openbaring 20:7-9)
- De tegenstanders van Jezus worden vernietigd. De satan en al zijn
demonen worden in de vuurpoel geworpen. (Openbaring 20:10)
- Er vindt een tweede opstanding plaats van alle mensen (behalve degenen die
tot de Bruid van Jezus behoren) om het Laatste
Oordeel mee te maken. (Openbaring 20:13-15)
- God vernietigt de bestaande aarde en de hemel, waar op dat moment geen
mensen meer verblijven, en schept een nieuwe aarde. (Openbaring 20:11;
21:1)
- Op de nieuwe aarde wonen uiteindelijk twee groepen mensen: de Bruid van
Jezus en de volken, bestaande uit de overige begenadigde
mensen. (Openbaring 21:24-26; 22:2).
Door deze visoenen van de apostel Johannes hebben we een veel completer toekomstbeeld
ontvangen, waardoor de
vorige visies als verouderd en incompleet beschouwd mogen worden.
Problemen met elkaar tegensprekende visies in de Bijbel?
Er ontstaan problemen en hevige verschillen tussen (1) gelovigen die de
eindtijdvisie van Petrus als uitgangspunt hebben en (2) gelovigen die de
eindtijdvisie van Johannes in het Bijbelboek Openbaring als uitgangspunt hebben.
Omdat we ervan uitgaan dat
de Bijbel de volle waarheid spreekt, kunnen we er kennelijk moeilijk mee omgaan
dat de ene Bijbelse visie verouderd is en vervangen is door een nieuwere.
Laten we uitgaan van
het principe van voortschrijdend inzicht bij de opeenvolgende Bijbelschrijvers.
We hebben er toch geen moeite mee dat de visie van Johannes de Doper niet
compleet was, omdat Jezus op een verrassende manier optrad, anders dan wat
iedereen had verwacht van de messias? Laten we dan ook niet moeilijk doen
over de verschillen tussen de eindtijdvisie van Petrus en de nog latere
openbaringen aan de
apostel Johannes. Wat wel belangrijk is dat de visie van Paulus goed aansluit
bij die van Johannes.
In Herschepping wordt uitgegaan van de eindtijdvisies van Paulus en Johannes.
Volgend onderwerp: 9.3.3. Eindtijdvisies van vandaag