9.1.6. Op weg naar hemel of hel
"Een leven met Christus betekent eindeloze liefde.
Zonder Hem is het een liefdeloos eind." (Billy Graham)
Hoe gaan mensen vanuit de
tussenwereld
naar de
hemel of naar de
hel
in het dodenrijk? Moeten ze eerst langs 'Petrus bij de hemelpoort' of langs een
soort tribunaal?
Oordeel of scheiding
De Bijbel maakt duidelijk dat na het sterven ieders bestemming in de
geestelijke wereld wordt bepaald:
"Eens moeten mensen sterven en daarna volgt het oordeel."
(Hebreeën 9:27, NBV2004)
"Want wij moeten allen voor de rechterstoel van Christus
verschijnen, zodat ieder van ons krijgt wat hij verdient voor wat hij in zijn
leven heeft gedaan, of het nu goed is of slecht." (2 Korintiërs 5:10, NBV2004)
We sterven dus maar één keer. De Bijbel laat geen ruimte voor
reïncarnatie, zoals die in verschillende wereldreligies voorkomt.
In het Nieuwe Testament komen we over de beoordeling van mensen of over het
bepalen van iemands bestemming in het hiernamaals veel beeldspraak tegen die verband houdt met
rechtspraak. Het Griekse woord 'krisis', dat in onze
Bijbelvertalingen
vaak is vertaald met 'oordeel', maar in veel gevallen betekent het zoiets als:
- scheiding
- aankomen bij een wegsplitsing, waar je twee kanten op kunt gaan
- dat het ene zich onderscheidt van het ander
De nadruk van het Bijbelse begrip 'oordeel' ligt vaak niet op de manier waarop
een scheiding plaats zal vinden, maar op de scheiding zelf. Daarom moet je bij
het woord 'oordeel' in het Nieuwe Testament dus niet meteen denken aan een
letterlijke rechtszitting of een tribunaal, anders word je als Bijbellezer op het verkeerde been
gezet. Let bijvoorbeeld eens op de volgende woorden van Jezus:
"De mannen van Nineve zullen opstaan in het oordeel samen met
dit geslacht en zullen het veroordelen, want zij hebben zich bekeerd op de
prediking van Jona; en zie, meer dan Jona is hier." (Matteüs 12:41, HSV2010)
Nergens in de Bijbel kun je vinden dat een heidens volk een actieve functie
zal hebben bij het vaststellen van iemands eeuwige bestemming. Wat Jezus naar
mijn mening heeft bedoeld, is dat de mensen van Nineve zich door hun
gedragsverandering positief hebben onderscheiden van een deel van de Joden.
Daarom gingen zij voor de eeuwigheid een betere bestemming tegemoet dan Joden
die Jezus bewust hebben afgewezen. Dus ... pas op met het woord oordeel, vooral
in de oudere of meer letterlijke Bijbelvertalingen! Meestal kun je er het woord
'scheiding' of 'het maken van onderscheid' voor in de plaats lezen om het Bijbelgedeelte beter te begrijpen.
Op grond waarvan vindt de scheiding plaats?
Op aarde maken mensen keuzes die bepalend zijn voor de
plaats waar ze na hun aardse leven zullen thuis horen.
We hebben het dan over keuzes over het al of niet aannemen en volgen van Jezus
tijdens het leven op aarde. Die keuzes zullen in het hiernamaals eenvoudigweg
bevestigd worden: de goeden gaan het licht en de slechten gaan de duisternis
tegemoet. De mensen zullen daar heengaan waar ze thuis horen. Mensen die 'in
Gods licht wandelen' voelen zich thuis in het licht van de hemel. Mensen die dat licht haten,
zullen in het hiernamaals ook niet het licht tegemoet gaan, maar naar de
duisternis in de hel van
het dodenrijk.
Bij de beoordeling of iemand het eeuwige leven of de
eeuwige dood tegemoet gaat, vind ik onder meer de volgende uitgangspunten in de
Bijbel:
- Geen mens verdient de hemel en geen mens is te goed voor de hel.
- God is zowel
rechtvaardig
als
genadig.
- Gods genadigheid is sterker dan zijn gerechtvaardigde boosheid. De
beoordeling wordt niet met een koude precisie uitgevoerd. Er zit een
liefdevolle God achter, die zover gaat met zijn genade als zijn
rechtvaardigheid Hem toelaat.
- Genade wordt verleend op grond van het plaatsvervangend sterven van
Jezus. Alleen God bepaalt in welke gevallen deze genade wordt verleend.
De Bijbel geeft aanknopingspunten waardoor we zekerheid kunnen hebben over
eeuwig leven of eeuwige dood. Maar er is ook een grijs tussengebied waar we
niet al te stellig over kunnen spreken. Dit wordt in de volgende onderwerpen
nader uitgelegd.
Op weg naar het licht
Soendar Singh heeft gezien dat gelovigen bij hun aankomst in de
tussenwereld
een soort reiniging meemaken, alsof ze door een soort bad gaan. Vervolgens
worden ze bekleed met zuiver witte kleding, een symbool van het volkomen
gereinigd zijn van alle restanten van negatieve aardse invloeden en van hun oude
natuur. in het Bijbelboek Openbaring zien we een bevestiging van dat beeld:
"... Dat zijn de mensen die de grote verdrukking hebben
doorstaan en in het bloed van het Lam hun gewaad hebben witgewassen."
(Openbaring 7:14, GNB1996)
De gestorven gelovigen gaan dan als vanzelf het licht van de hemel tegemoet.
Hun hart was immers al verbonden met dat licht, zoals Jezus in een ander verband
met de volgende woorden had gezegd:
"Maar wie oprecht handelt zoekt het licht op, zodat zichtbaar
wordt dat God werkzaam is in alles wat hij doet." (Johannes 3:21, NBV2004)
Ze zijn gereinigd van hun zonden
en alle aardse smetten.
Daarom zijn ze niet bang dat het hemelse licht hun zonden zichtbaar maakt,
waarvoor ze zich zouden moeten schamen. Soendar Singh schrijft:
"Menigmaal heb ik gezien, dat de goede geesten (kinderen
van het licht) als zij in de geestelijke wereld binnenkomen, zich allereerst
baden in de ontastbaar op lucht gelijkende wateren van een kristalheldere oceaan
en daarin een intense en verfrissende verkwikking ondergaan. In deze wonderlijke
wateren bewegen zij zich als in de open lucht, zij verdrinken niet als zij
geheel ondergedompeld zijn. Ook worden ze niet nat, maar geheel wonderbaarlijk
gereinigd en geheel gezuiverd en verfrist komen zij in de wereld van licht en
heerlijkheid, waar zij voor altijd in de tegenwoordigheid van hun Heer en in het
gezelschap van talloze heiligen en engelen zullen verblijven."
Op weg naar de duisternis
De mensen, die op aarde voor de zonde gekozen hebben, voelen zich niet thuis
in het hemelse licht. Dat licht is eerder een kwelling dan een verkwikking voor
hen omdat hun zonden daar zo pijnlijk als afzichtelijk smerige plekken 'aan het
licht komen'. Daarom gaan ze als vanzelf naar de duisternis van de hel, waar hun
zonden niet zo opvallen. Soendar Singh weer aan het woord:
"Ik zag dat de werkelijk misdadige zielen geen goede
geesten om zich hadden, maar slechte geesten die met hen van het sterfbed waren
meegekomen. Niet op hun gemak in de nabijheid van de 'kinderen van het licht' en
gekweld door het zich overal openbarende licht van de heerlijkheid, trachten zij
zich zelf in plaatsen te verbergen, waar hun onreine en zondige naturen niet
zichtbaar zijn. In hun poging om zich voor dat licht te verbergen, ijlen deze
'kinderen van de duisternis' omlaag en werpen zich hals over kop in de
duisternis."
Tijdelijk verblijf
De hemel is het begin van de eeuwige bestemming, maar nog niet de
eindbestemming van de gelovige. Het is een tijdelijke verblijfplaats in de
geestelijke wereld, waar mensen verblijven nadat hun leven op aarde is geëindigd
en wachten op de
opstanding aan het begin van het messiaanse vrederijk. De Bijbel beschrijft deze opstanding als het begin van het
eeuwigdurende leven met een nieuw
lichaam. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de Bijbel meer spreekt over
de opstanding dan over het naar de hemel gaan.
Op dezelfde manier is de hel in het dodenrijk de tijdelijke verblijfplaats in
de geestelijke wereld voor degenen, die geen toegang tot de hemel hebben
verkregen. Zij blijven daar in afwachting van de tweede opstanding die vooraf zal gaan aan
het
laatste oordeel.
Zie ook onderwerp 'Eindtijd
overzicht' in hoofdstuk 'Eindtijd'.
Volgend onderwerp: 9.1.7. Voor wie is
het eeuwige leven?